Taal – Inhoud en Didactiek ll
Spelling op z’n best
Hoofdstuk 1: Doelgericht werken
Twee soorten doen
Bij het doelgericht werken zijn er twee soorten doelen om de leeropbrengsten van spelling te
verhogen.
Inhoudelijke doelen op 3 (4) niveaus: schoolniveau, leerjaarniveau, lesniveau (en voor de zwakke
leerlingen ook leerlingniveau).
Toetsbare doelen op 3 niveaus: groepsniveau, leerlingniveau en schoolniveau.
Inhoudelijke doelen
Schoolniveau
In het referentiekader zijn 4 fundamentele taalniveaus beschreven. Het niveau 1F is het
fundamentele niveau dat aan het einde van het primair onderwijs behaald moet zijn. Daarnaast is er
een streefniveau 2F/1S.
Binnen het referentiekader taal worden ook 4 taal domeinen onderscheiden: mondelinge
taalverzorging, leesvaardigheid, schrijfvaardigheid en begrippenlijst en taalverzorging (concrete
spelling).
Leerjaarniveau
Bij het vaststellen van inhoudelijke doelen per leerjaar kijkt de school naar: de doelen die worden
gehanteerd door de spellingmethode en de doelen en leerstoflijnen behorend bij het domein
begrippenlijst en taalverzorging van het referentiekader taal.
Lesniveau
Voorafgaand aan een les is een concreet lesdoel bepaald. Dit lesdoel moet benoemd worden aan het
begin van de les en aan het einde van de les vragen of het lesdoel behaald is. Het benoemen en
terugvragen van het lesdoel zijn belangrijke onderdelen van effectief spellingonderwijs.
Leerlingniveau
Voor sommige leerlingen is het nodig om naast de inhoudelijke doelen op groepsniveau ook
individuele inhoudelijke spellingdoelen te stellen. Deze doelen worden beschreven in het groepsplan.
Het gaat hier om zeer zwakke spellers én om begaafde leerlingen, voor wie een eigen
ontwikkelingsperspectief wordt beschreven.
Toetsbare doelen
Doelen in groep 1-2
Fonemisch bewustzijn is de vaardigheid om binnen gesproken woorden afzonderlijke klanken te
onderscheiden en ze te manipuleren. Fonemisch bewustzijn bestaat uit twee verschillende auditieve
vaardigheden:
- Auditieve synthese (een voorspeller van het latere lezen): Dit is het samenvoegen van gesproken
klanken tot een woord (plakken)
- Auditieve analyse (een voorspeller van het latere spellen): Dit is het verdelen van een gesproken
woord in afzonderlijke klanken (hakken)
Letterkennis is het vlot kunnen aanwijzen (receptief) en benoemen (productief) van 15 letters aan het
einde van groep 2.
Benoemdsnelheid is de snelheid waarmee bekende informatie uit het geheugen wordt opgehaald en
benoemd.
, Doelen in groep 3-8
Voor de groepen 3 t/m 8 kunnen zowel methodeafhankelijke als methodeonafhankelijke doelen
worden gesteld.
Methodeonafhankelijke doelen
Een school behaalt de doelen voor spelling volgens de landelijke norm, wanneer 75% van de
leerlingen A-, B- of C- score behaalt of 80% van de leerlingen l-, ll-, lll- of lV- score behaald op de
spellingtoetsen van cito volgsysteem primair onderwijs, LVS-toetsen.
Methodeafhankelijke doelen
Bij de methodes horen algemene methodetoetsen, waarbij een normering wordt aangegeven. Er
wordt naar gestreefd om ongeveer 80% van de methodedoelen te behalen.
Doelen voor het einde van het premier onderwijs
75% van de leerlingen moet aan het einde van de basisschool 1F hebben gehaald. Voor 25% van de
leerlingen is dit niet niveau niet te halen, voor hen is extra spellingzorg nodig. Ongeveer 50% zou
1S/2F moeten behalen.
Hoofdstuk 2: Tijd voor spellingonderwijs
Effectief spellingonderwijs
Tijdens de instructie laat de leerkracht de leerlingen steeds weten welke spellingcategorie aan de
orde is en welke van de 4 hoofdstrategieën bij deze categorie van toepassing zijn.
De 4 hoofd strategieën bij spelling
- Luisterstrategie (schrijft het woord zoals je het hoort)
- Regelsstrategie (pas een spellingregel toe)
- Net als-strategie (kijk naar het voorbeeldwoord)
- Inprentstrategie (Je moet het gewoon weten)
Richtlijnen voor tijdsbesteding
Naast de reguliere richtlijnen voor de spellinglessen moet er extra tijd gecreëerd worden voor de
zwakke leerlingen. Instructie en oefening van de oude spellingcategorieën.
Hoofdstuk 3: Het spellingaanbod
Een beredeneerd aanbod
Bij goed spelling onderwijs is er altijd sprake van een beredeneerd aanbod. Dit houdt in dat de
leerstof systematisch, expliciet en gedoseerd aan bod komen.
Groep 3
Spellingonderwijs in groep 3 heet aanvankelijk spellingonderwijs. Dit richt zich in de eerste fase op
correct schrijven van klankzuivere woorden van een lettergreep. In de tweede helft worden niet
klankzuivere woorden toegevoegd, waarbij geen eenduidige relatie is tussen klank en letter.
Werkvormen
Zelfstandige schriftelijke verwerking is pas zinvol als leerlingen de oefeningen zelfstandig tot een goed
einde kunnen brengen.
Schriftelijke oefening wordt succesvol voor de leerling als:
1. De leerling weet welke categorie geoefend wordt.
2. De leerling weet welke strategie bij deze categorie hoort.
3. De leerling deze strategie begrijpt.
4. De leerling weet waarom hij deze oefening gaat maken
5. De leerling weet wat hij moet doen bij de oefening.
6. De leerling zelfstandig kan werken.
Denken-delen-uitwisselen
Spelling op z’n best
Hoofdstuk 1: Doelgericht werken
Twee soorten doen
Bij het doelgericht werken zijn er twee soorten doelen om de leeropbrengsten van spelling te
verhogen.
Inhoudelijke doelen op 3 (4) niveaus: schoolniveau, leerjaarniveau, lesniveau (en voor de zwakke
leerlingen ook leerlingniveau).
Toetsbare doelen op 3 niveaus: groepsniveau, leerlingniveau en schoolniveau.
Inhoudelijke doelen
Schoolniveau
In het referentiekader zijn 4 fundamentele taalniveaus beschreven. Het niveau 1F is het
fundamentele niveau dat aan het einde van het primair onderwijs behaald moet zijn. Daarnaast is er
een streefniveau 2F/1S.
Binnen het referentiekader taal worden ook 4 taal domeinen onderscheiden: mondelinge
taalverzorging, leesvaardigheid, schrijfvaardigheid en begrippenlijst en taalverzorging (concrete
spelling).
Leerjaarniveau
Bij het vaststellen van inhoudelijke doelen per leerjaar kijkt de school naar: de doelen die worden
gehanteerd door de spellingmethode en de doelen en leerstoflijnen behorend bij het domein
begrippenlijst en taalverzorging van het referentiekader taal.
Lesniveau
Voorafgaand aan een les is een concreet lesdoel bepaald. Dit lesdoel moet benoemd worden aan het
begin van de les en aan het einde van de les vragen of het lesdoel behaald is. Het benoemen en
terugvragen van het lesdoel zijn belangrijke onderdelen van effectief spellingonderwijs.
Leerlingniveau
Voor sommige leerlingen is het nodig om naast de inhoudelijke doelen op groepsniveau ook
individuele inhoudelijke spellingdoelen te stellen. Deze doelen worden beschreven in het groepsplan.
Het gaat hier om zeer zwakke spellers én om begaafde leerlingen, voor wie een eigen
ontwikkelingsperspectief wordt beschreven.
Toetsbare doelen
Doelen in groep 1-2
Fonemisch bewustzijn is de vaardigheid om binnen gesproken woorden afzonderlijke klanken te
onderscheiden en ze te manipuleren. Fonemisch bewustzijn bestaat uit twee verschillende auditieve
vaardigheden:
- Auditieve synthese (een voorspeller van het latere lezen): Dit is het samenvoegen van gesproken
klanken tot een woord (plakken)
- Auditieve analyse (een voorspeller van het latere spellen): Dit is het verdelen van een gesproken
woord in afzonderlijke klanken (hakken)
Letterkennis is het vlot kunnen aanwijzen (receptief) en benoemen (productief) van 15 letters aan het
einde van groep 2.
Benoemdsnelheid is de snelheid waarmee bekende informatie uit het geheugen wordt opgehaald en
benoemd.
, Doelen in groep 3-8
Voor de groepen 3 t/m 8 kunnen zowel methodeafhankelijke als methodeonafhankelijke doelen
worden gesteld.
Methodeonafhankelijke doelen
Een school behaalt de doelen voor spelling volgens de landelijke norm, wanneer 75% van de
leerlingen A-, B- of C- score behaalt of 80% van de leerlingen l-, ll-, lll- of lV- score behaald op de
spellingtoetsen van cito volgsysteem primair onderwijs, LVS-toetsen.
Methodeafhankelijke doelen
Bij de methodes horen algemene methodetoetsen, waarbij een normering wordt aangegeven. Er
wordt naar gestreefd om ongeveer 80% van de methodedoelen te behalen.
Doelen voor het einde van het premier onderwijs
75% van de leerlingen moet aan het einde van de basisschool 1F hebben gehaald. Voor 25% van de
leerlingen is dit niet niveau niet te halen, voor hen is extra spellingzorg nodig. Ongeveer 50% zou
1S/2F moeten behalen.
Hoofdstuk 2: Tijd voor spellingonderwijs
Effectief spellingonderwijs
Tijdens de instructie laat de leerkracht de leerlingen steeds weten welke spellingcategorie aan de
orde is en welke van de 4 hoofdstrategieën bij deze categorie van toepassing zijn.
De 4 hoofd strategieën bij spelling
- Luisterstrategie (schrijft het woord zoals je het hoort)
- Regelsstrategie (pas een spellingregel toe)
- Net als-strategie (kijk naar het voorbeeldwoord)
- Inprentstrategie (Je moet het gewoon weten)
Richtlijnen voor tijdsbesteding
Naast de reguliere richtlijnen voor de spellinglessen moet er extra tijd gecreëerd worden voor de
zwakke leerlingen. Instructie en oefening van de oude spellingcategorieën.
Hoofdstuk 3: Het spellingaanbod
Een beredeneerd aanbod
Bij goed spelling onderwijs is er altijd sprake van een beredeneerd aanbod. Dit houdt in dat de
leerstof systematisch, expliciet en gedoseerd aan bod komen.
Groep 3
Spellingonderwijs in groep 3 heet aanvankelijk spellingonderwijs. Dit richt zich in de eerste fase op
correct schrijven van klankzuivere woorden van een lettergreep. In de tweede helft worden niet
klankzuivere woorden toegevoegd, waarbij geen eenduidige relatie is tussen klank en letter.
Werkvormen
Zelfstandige schriftelijke verwerking is pas zinvol als leerlingen de oefeningen zelfstandig tot een goed
einde kunnen brengen.
Schriftelijke oefening wordt succesvol voor de leerling als:
1. De leerling weet welke categorie geoefend wordt.
2. De leerling weet welke strategie bij deze categorie hoort.
3. De leerling deze strategie begrijpt.
4. De leerling weet waarom hij deze oefening gaat maken
5. De leerling weet wat hij moet doen bij de oefening.
6. De leerling zelfstandig kan werken.
Denken-delen-uitwisselen