Wetenschappen en techniek
Toelichting examen
- 2 didactische vragen ➔ 1/3 van de punten
- Inhoudelijke vragen ➔ 2/3 van de punten
o Natuur
o Fysica/techniek
o Aardrijkskunde
Levende natuur
Begrippenlijst systematiek
A
Autotroof Auto = zelf, trofe = voeding: Ze kunnen zelf
hun voeding aanmaken.
Archaea = oerbacteriën
Rijk van eencellige organismen zonder
celkern.
➔ extreme omstandigheden
B
Bacteria/bacteriën Rijk van eencellige organismen zonder
celkern.
➔normale omstandigheden
➔schadelijk/nuttig
C
Classificatie Groeperen/ordenen van levende wezens in
een hiërarchisch systeem.
Cladogram Het model die de afstamming schematisch
weergeeft.
D
E
Eukaryoten wezens met een celkern (en dus
kernmembraan)
➔ eu = goed, karyos = kern ➔ goede kern
Exponentiële groei ➢ 1 bacterie splitst zich in 2 bacteriën
(elk splits nogmaal in 2 =), 4, 8,
16…
➢ Kunnen zich heel snel
vermenigvuldigen
F
Fylogenie De wetenschap die zich bezighoudt met het
onderzoeken van de
afstammingsgeschiedenis van een groep.
G
Jade De Muynck academiejaar 2023-2024 1
semester 2
, H
Heterotroof hetero = anderen, troof = voeden: Ze voeden
zich met anderen.
Hechtorganen Hiermee kunnen ze zich vastzetten op bij
voorbeeld wortels.
I
J
K
Kolonie Alle cellen kunnen zonder elkaar leven,
maar er kan al eenvoudige taakverdeling
zijn.
L
M
Mixotroof Kunnen zich zowel heterotroof als autotroof
voeden.
N
Nomenclatuur Naamgeving (volgens de regels)
O
P
Q
R
S
Systematiek De taxonomie + fylogenie.
Soort een groep levende wezens/organismen die
zich onder natuurlijke omstandigheden
onderling kunnen voortplanten en zich op
hun beurt opnieuw kunnen voortplanten
T
Taxonomie De wetenschap die zich bezighoudt met de
identificatie, de nomenclatuur en de
classificatie van levende organismen.
Thallus nog geen stengel, wortels of bladeren.
U
V
Virussen Een hoeveelheid erfelijk materiaal. (RNA of
DNA) in een omhulsel van eiwit.
W
X
Y
Jade De Muynck academiejaar 2023-2024 2
semester 2
, Z
Jade De Muynck academiejaar 2023-2024 3
semester 2
, Systematiek
Je kan de vetgedrukte begrippen uit het hoofdstuk uitleggen en met elkaar in verband brengen.
Je kan de termen taxonomie, fylogenie en systematiek duiden.
Indelen van levende wezens in groepen door middel van hun kenmerken.
Taxonomie: De wetenschap die zich bezighoudt met de identificatie (vinden, beschrijven,
tekenen), de nomenclatuur (naamgeving) en de classificatie (het ordenen) van levende
organismen.
Fylogenie: De wetenschap die zich bezighoudt met het onderzoeken van de
afstammingsgeschiedenis van een groep.
Wat is de verwantschap tussen levende wezens?
Besluit:
Er zijn meerdere mogelijkheden om organismen te classificeren.
1 methode wordt algemeen aanvaard:
Systematiek:
➢ Maakt gebruik van evolutieve verwantschappen (= taxonomie + fylogenie)
➢ Het schema dat hoort bij het taxonomische systeem noemt met een cladogram of
afstammingsschema.
Je kan een cladogram of afstammingsschema duiden en aflezen.
(in gedachten kan je er een tijdslijn naast plaatsen: Van boven naar onder = van minst lang geleden tot het
langst geleden)
Hoe verder ik moet teruggaan in de tijd, hoe lager de verwantschap.
bv. Wie is er het nauwst verwant met de krokodillen? De vogels.
Wie zijn vogels het nauwst verwant? Met de primaten of amfibiën? De primaten.
De rode streepjes = vanaf dan zijn deze kenmerken aanwezig bij de diersoorten die nadien
komen.
bv. 4 benen: amfibiën, primaten, knaagdieren en konijnen, krokodillen, vogels
Jade De Muynck academiejaar 2023-2024 4
semester 2
Toelichting examen
- 2 didactische vragen ➔ 1/3 van de punten
- Inhoudelijke vragen ➔ 2/3 van de punten
o Natuur
o Fysica/techniek
o Aardrijkskunde
Levende natuur
Begrippenlijst systematiek
A
Autotroof Auto = zelf, trofe = voeding: Ze kunnen zelf
hun voeding aanmaken.
Archaea = oerbacteriën
Rijk van eencellige organismen zonder
celkern.
➔ extreme omstandigheden
B
Bacteria/bacteriën Rijk van eencellige organismen zonder
celkern.
➔normale omstandigheden
➔schadelijk/nuttig
C
Classificatie Groeperen/ordenen van levende wezens in
een hiërarchisch systeem.
Cladogram Het model die de afstamming schematisch
weergeeft.
D
E
Eukaryoten wezens met een celkern (en dus
kernmembraan)
➔ eu = goed, karyos = kern ➔ goede kern
Exponentiële groei ➢ 1 bacterie splitst zich in 2 bacteriën
(elk splits nogmaal in 2 =), 4, 8,
16…
➢ Kunnen zich heel snel
vermenigvuldigen
F
Fylogenie De wetenschap die zich bezighoudt met het
onderzoeken van de
afstammingsgeschiedenis van een groep.
G
Jade De Muynck academiejaar 2023-2024 1
semester 2
, H
Heterotroof hetero = anderen, troof = voeden: Ze voeden
zich met anderen.
Hechtorganen Hiermee kunnen ze zich vastzetten op bij
voorbeeld wortels.
I
J
K
Kolonie Alle cellen kunnen zonder elkaar leven,
maar er kan al eenvoudige taakverdeling
zijn.
L
M
Mixotroof Kunnen zich zowel heterotroof als autotroof
voeden.
N
Nomenclatuur Naamgeving (volgens de regels)
O
P
Q
R
S
Systematiek De taxonomie + fylogenie.
Soort een groep levende wezens/organismen die
zich onder natuurlijke omstandigheden
onderling kunnen voortplanten en zich op
hun beurt opnieuw kunnen voortplanten
T
Taxonomie De wetenschap die zich bezighoudt met de
identificatie, de nomenclatuur en de
classificatie van levende organismen.
Thallus nog geen stengel, wortels of bladeren.
U
V
Virussen Een hoeveelheid erfelijk materiaal. (RNA of
DNA) in een omhulsel van eiwit.
W
X
Y
Jade De Muynck academiejaar 2023-2024 2
semester 2
, Z
Jade De Muynck academiejaar 2023-2024 3
semester 2
, Systematiek
Je kan de vetgedrukte begrippen uit het hoofdstuk uitleggen en met elkaar in verband brengen.
Je kan de termen taxonomie, fylogenie en systematiek duiden.
Indelen van levende wezens in groepen door middel van hun kenmerken.
Taxonomie: De wetenschap die zich bezighoudt met de identificatie (vinden, beschrijven,
tekenen), de nomenclatuur (naamgeving) en de classificatie (het ordenen) van levende
organismen.
Fylogenie: De wetenschap die zich bezighoudt met het onderzoeken van de
afstammingsgeschiedenis van een groep.
Wat is de verwantschap tussen levende wezens?
Besluit:
Er zijn meerdere mogelijkheden om organismen te classificeren.
1 methode wordt algemeen aanvaard:
Systematiek:
➢ Maakt gebruik van evolutieve verwantschappen (= taxonomie + fylogenie)
➢ Het schema dat hoort bij het taxonomische systeem noemt met een cladogram of
afstammingsschema.
Je kan een cladogram of afstammingsschema duiden en aflezen.
(in gedachten kan je er een tijdslijn naast plaatsen: Van boven naar onder = van minst lang geleden tot het
langst geleden)
Hoe verder ik moet teruggaan in de tijd, hoe lager de verwantschap.
bv. Wie is er het nauwst verwant met de krokodillen? De vogels.
Wie zijn vogels het nauwst verwant? Met de primaten of amfibiën? De primaten.
De rode streepjes = vanaf dan zijn deze kenmerken aanwezig bij de diersoorten die nadien
komen.
bv. 4 benen: amfibiën, primaten, knaagdieren en konijnen, krokodillen, vogels
Jade De Muynck academiejaar 2023-2024 4
semester 2