100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Class notes

Complete aantekeningen Mapping 1.0 hoorcolleges (MAN-BCU-V)

Rating
-
Sold
-
Pages
37
Uploaded on
12-03-2025
Written in
2024/2025

Volledige aantekeningen van alle hoorcolleges.

Institution
Course















Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Uploaded on
March 12, 2025
Number of pages
37
Written in
2024/2025
Type
Class notes
Professor(s)
Henk van houtum, linda carton en kevin raaphorst
Contains
All classes

Subjects

Content preview

Mapping 1.0 – Alle hoorcolleges & practica
Hoorcollege 1: Geschiedenis van de Cartografie - 28-01-2025

Cartografie (stuk papier, schrijven): draait om het vertalen van de driedimensionale
werkelijkheid (de aarde is bol) naar een tweedimensionaal weergave (een kaart is plat)
- Afhankelijk van ideeën en machten van tijd.
- Afhankelijk van middelen van cartograaf
Map: doek, kleed waarop kaarten worden getekend
- Voor het eerst in 16e eeuw om iets onder de aandacht te brengen.
Je schrijft dus als het ware een verhaal.

Tijds-overzicht cartografie
- Vroegste kaarten figuratief, ceremonieel, artistiek
- 1e eeuw: Grieken ontwikkelen concept geometrie (= meetkundig maken van de
ruimte, minder figuratief en artistiek)
- 13e eeuw: ‘church maps’ à kaart werd onderdeel van de macht van kerken à ‘zo
moet de wereld eruitzien’ (volgens de kerk)
- 14e eeuw: renaissance: meer wereldkennis en reizen à meer preciezere kaarten
gebaseerd op de werkelijkheid vanwege groei interesse wetenschap en
ontdekkingen
- 15e/ 16e eeuw: ‘ontdekkings’ reizen àkaarten waren staat centrisch à gebruikt
voor koloniale doeleinden à lijntjes werden getekend op een kaart om landen te
verdelen.
- 17e eeuw: the Enlightenment; westerse wetenschap à opkomst
wetenschappelijke cartografie à de verlichting leidde tot meer systematische/
wiskundige kaarten
- 19e eeuw: natiestaten à gebruikte kaarten om nationale identiteiten te
versterken; thematische kaarten à brachten specifieke aspecten van de wereld
in kaart.
- 1950+: cartografisch modelleren en pc-technologie
- 1990+ critical/ radical cartografie
- Filmpje over kaarten door de tijd heen :
https://www.youtube.com/watch?v=fLdvInDrQ2c

Soorten kaarten in de geschiedenis
Stadsplan van Çatalhöyük: Een van de oudste bekende kaarten (ca. 6200 v.Chr.), mogelijk een
plattegrond van deze neolithische nederzetting in Turkije.
Peutingerkaart (3e-4e eeuw): Een middeleeuwse kopie van een Romeinse reiskaart met wegen
en steden.
Kaart van Al-Idrisi (1154): Een gedetailleerde middeleeuwse wereldkaart, opvallend door de
zuid-boven oriëntatie.
Tripartite T-O kaart (15e eeuw): Een symbolische christelijke wereldkaart die Europa, Azië en
Afrika scheidt.
Mappa Mundi (1459): Middeleeuwse Europese kaarten met zowel geografische als religieuze
elementen.
Globe van Martin Behaim (1492): De oudste nog bestaande wereldbol, gemaakt vóór de
ontdekking van Amerika.

,Mercatorprojectie (1569): Een navigatiekaart waarbij hoeken correct blijven, maar
landmassa’s worden vervormd.
Theatrum Orbis Terrarum (1570): De eerste moderne atlas, samengesteld door Abraham
Ortelius.
Fool’s Cap Map: Een satirische wereldkaart in de vorm van een narrenkap.
Gall-Peters projectie: Toont landen in hun werkelijke oppervlakteverhoudingen, maar vervormt
de vormen.
Wat doet een kaartmaker:
- Richten van de aandacht op de ruimte: het verhaal.
- Verzamelen en selecteren van data voor het modelleren en visualiseren van het
‘verhaal’.
- Classificatie, simplificatie, overdrijving, symbolisering, manipulatie en
generalisatie van de data voor de kaart.
- Ontwerpen en construeren van de kaart: projectie.
- Lezen en interpreteren van de kaart, het grafisch vertellen van het verhaal.

Kaart verhaalt/ communiceert
- Locatie, oriëntatie, distantie (waar en waarheen: GPS).
- Attributie (wat en soms wie)
- Schaal (hoeveel)
- Soms:
• Tijd (wanneer)
• Symboliek (hoe belangrijk)
• Relatie (met wat verbonden/ verschillend)
- Niet: waarom, er is een vertellersafhanelijkheid

Cartographic cleansing: delen kaarten weggelaten (wel snelwegen laten zien, niet de
sloppenwijken)

Practicum 1: Introductie ArcGIS - 28-01-2025

Waarom GIS?
- Ruimtelijke informatie (alles met een locatie en coördinaten) samenbrengen.
- Registratie om kadaster, ruimtelijke analyses, visueel communiceren van anders
‘abstracte’ data.
- Voorbeelden zijn: Google Maps, Bestemmingsplan viewer, PDOK-viewer, maar
ook thuisbezorgd, Uber en buienrader.


Waarom ArcGIS?
- Veel gebruikt door gemeenten, provincies, etc.
- Compleet pakket met verschillende onderdelen (ArcMap, ArcScene, etc.)

Hoe werkt GIS? (We gebruiken voor deze practica allees ArgGIS PRO!)
- Geodata/kaartlagen als basis.
- ‘Vector’ bestanden zijn shapefiles (.shp).
Deze bevatten 3 soorten features:
• Punten à points: locatie met X en Y coördinaten

, • Lijnen à polylines: afstand tussen 2/+ punten
• Vlakken à polygons: oppervlakte tussen 3/+ punten
Vector bestanden hebben een attribute table. Elke feature heeft meerdere
attributes, die meer informatie geven.
- ‘Raster’ bestanden heten Rasterfiles (.tif, .jpg, e.a.): indeling/opknippen van de
ruimte in consistente grootte.
• Grid: vierkantjes met een bepaalde resolutie.
• Afbeeldingen (zoals luchtfoto’s).




Vaak worden de features van vector in combinatie gebruikt:




Welke inhoudelijke informatie zit in vectors/ rasters?
- Punten à locatie bomen, lantaarnpalen, adressen, windmolens, etc.)
- Lijnen à wegen, fiets/voetpaden, treinsporen, hoogtelijnen, leidingen, etc.)
- Vlakken à gebouwen, pleinen, water, percelen, burten, gemeenten, landen, etc)
- Raster à hoogte, temperatuur, waterdiepte, % groen, etc.)
Vector bestanden hebben een zogeheten ‘attribute table’ (een soort Excel tabel) met
daarin meer informatie (Attributes).

Vensters in GIS

,- Catalog: hier voeg je de geodata toe.
- Content: hier zie je de kaartlagen/geodata die je gebruikt.
- Project frame: hier worden de kaartlagen geprojecteerd/visueel gemaakt

,Hoorcollege 2: Map Design en Visuele Communicatie (04-02-2025)

Visuele Communicatie
Kaarten zijn meer dan alleen representaties van de werkelijkheid; ze vormen een interpretatie
en beïnvloeden hoe we gebieden waarnemen en gebruiken. De keuze (van de kaartmaker) van
data, kleuren en symbolen heeft invloed op de manier waarop gebruikers de kaart
interpreteren.
Werkelijkheid vs. Kaartbeeld:
- Kaarten zijn abstracties van de werkelijkheid en altijd een selectie van informatie.
- De manier waarop een kaart wordt ontworpen, bepaalt hoe een gebied wordt begrepen
en gebruikt.
- Een kaart die 10 jaar later wordt gemaakt, zal waarschijnlijk anders zijn omdat het
gebruik van het gebied en de focus van de kaart veranderd kunnen zijn.

Werkelijkheid (in alle complexiteit) van de kaartmaker à geo (data) verzameling à kaart
maken/ representatie, dit moet dus leesbaar en duidelijk zijn à interpretatie van de kaart door
lezers à werkelijkheid (waargenomen) voor de lezers à heeft invloed op hun keuzes à dus
kaart is belangrijk (moet duidelijk en leesbaar zijn)

Mensen interpreteren kaarten dus vaak op hun eigen manier à maken dus andere keuzes door
hun interpretaties.

Belangrijke vragen voor cartografen:
- In hoeverre weerspiegelen kaarten de werkelijkheid? à Kaarten tonen slechts een
selectie en vereenvoudiging van de realiteit.
- Hoe worden data verzameld, bewerkt en geclassificeerd? à De manier waarop data
wordt verwerkt, beïnvloedt de boodschap van de kaart.
- Zijn kaarten leesbaar en begrijpelijk voor de doelgroep? à Dit hangt af van de
compositie, kleurgebruik en legenda.
- Hoe beïnvloeden kaarten menselijk handelen? à Een kaart kan beslissingen over
infrastructuur, economie en ruimtelijke ordening sturen.

Data en Classificatie
Om een kaart te maken, moet data geanalyseerd en verwerkt worden. Dit proces verloopt in 8
stappen:
1. Phenomena & Data
- Kaarten visualiseren data.
- De data op een kaart kunnen zowel menselijke als fysieke fenomenen representeren.
2. Data Layers (Datagelaagdheid)
- Meerdere lagen worden gecombineerd, waarbij sommige lagen dienen als achtergrond.
- Data moet op elkaar worden afgestemd om samenhang te garanderen.
3. Data Verzamelen
- Data kan worden verzameld door directe observatie (zoals veldonderzoek).
- Data kan ook uit bestaande databases komen.
4. Data Organiseren
- Data wordt geordend in raster- of vectorformaten.
• Rasterdata: Pixels met waarden (zoals hoogtekaarten of luchtfoto's).
• Vectordata: Punten, lijnen of polygonen (zoals grenzen en wegen).

, 5. Data Kwantificeren
- Data kan kwalitatief of kwantitatief zijn:
• Kwalitatief: Soorten of klassen (bijv. bodemsoorten).
• Kwantitatief: Getallen en metingen (bijv. bevolkingsdichtheid).
- De keuze van kwantificatie bepaalt hoe de data wordt weergegeven.
6. Data Transformeren
- Bewerking maakt data bruikbaarder, bijvoorbeeld door gemiddelden, dichtheden of
ratio’s te berekenen.
7. Data Nauwkeurigheid
- Data moet worden gecontroleerd op betrouwbaarheid en foutmarges.
8. Digitale Data en GIS
- Digitale kaarten vereisen kennis van metadata en auteursrechten.
- GIS-systemen (Geografische Informatiesystemen) helpen bij het beheren en analyseren
van kaartdata.

Klassiek voorbeeld:
Wat verdient een medewerker van bedrijf x gemiddeld?
• 25 medewerkers
• Verschillende functies dus verschillende inkomens.
Hoe wil doe je dit:
- Kan met gemiddelde ($5700)
- Kan met mediaan ($3000)
- Kan met modus ($2000)
De keuze die je maakt, welke data je gebruikt en hoe je het verwerkt/ classificeert, maakt dus uit
voor de interpretatie van de lezers.

Classificatiemethoden
Om kaartdata te groeperen, worden verschillende classificatiemethoden gebruikt:

Equal Interval
- Elke klasse heeft een gelijk bereik (bijv. bevolkingsdichtheid per 100 inwoners).
- Kan zorgen voor ongelijke spreiding van data over de klassen.
Quantile
- Data worden gelijk verdeeld over het aantal klassen.
- De klassenbreedte kan variëren, maar elke klasse heeft evenveel waarden.

De vuistregels voor data visualisatie: 4 ‘soorten’ informatie:
- Nominaal: Classificaties zonder rangorde/ eigenschappen (bijv. goed/ slecht of
bodemgebruik: water, groen, bebouwing).
• à Gebruik van onderscheidende kleuren, abstract of realistisch.
- Ordinaal: Relatieve waarden met een bepaalde hiërarchie (bijv. factoren die meer of
minder belangrijk zijn, of hoger of lager risico op overstroming).
• à Gebruik van kleurverlopen in klassen van meer of minder.
- Ratio: Absolute waarden met een nulpunt (bijv. waterhoogte, verdampingsratio,
hittestraling).
• à Gebruik van een kleurenspectrum.
- Interval waarden: Getallen zonder absoluut nulpunt dus NIET vermenigvuldigbaar (bijv.
temperatuur).
• à Gebruik van een kleurverloop in de juiste verhoudingen.

,Geodata is dus niet zomaar ‘mappable’ à bewerking en classificatie zijn altijd nodig à dit
zijn keuzes die jij (de cartograaf) maakt, geodata is dus niet objectief, classificatie bepaalt
welke delen van de dataset je benadrukt, of juist weglaat, het ‘soort’ informatie bepaalt welke
cartografische conventies relevant zijn.

Cartografische leesbaarheid
Het leesproces:
1. externe (buitenwereld) geografische identificatie
- Of iemand gebeid snel herkent hangt af van die voorstelling, kennis en ervaring
die de persoon heeft van/ met het gebied.
- Gebied-specifieke ruimtelijke structuur en markante beelelementen
- Structuurbepalende elementen:
• Paden (paths): routes waarlangs mensen zich door de stad verplaatsen.
• Randen (edges): grenzen en onderbrekingen in de continuïteit.
• Districten (districts): gebieden gekenmerkt door gemeenschappelijke
kenmerken.
• Knooppunten (nodes): strategische focuspunten voor oriëntatie, zoals
pleinen en kruispunten.
• Landmarks: externe oriëntatiepunten, meestal een gemakkelijk herkenbaar
fysiek object in het stedelijk landschap.
2. interne (cartografische weergave) geografische identificatie.
- Verschllende uitsneden van de kaart
- Dezelfde vormgeving is daarbij erg belangrijk.
3. interne thematische identificatie
- Een duidelijke (visuele) overeenkomst tussen legenda en kaart
4. externe thematische idenfificatie
- Hoe zien de objecten van de kaart er ‘in het echt’ uit?

Vragen te stellen (aan jezelf) over leesbaarheid van je kaart:
- Is het duidelijk om welk gebied het gaat?
- Kan de lezer niet ‘verdwalen’ in de kaart?
- Is het duidelijk om welk fenomeen het gaat?
- Zijn allen objecten/ kleuren, contrasten begrijpelijk, worden ze goed uitgelegd in
de legenda?

Cartografische conventies
Factoren die de leesbaarheid beïnvloeden
- Schaal en detailniveau à uitvergroting = paar dominante aspecten, andere aspecten
worden weggelaten & inzoomen = meer details, meer aspecten te zien
• Planniveaus en schalen
- Nationaal à
- Regionaal à
- Lokaal à
- ‘Bestel’ à <2000
- Vormentaal à gebruik van titel, boodschap, metaforen en concepten
• Mensen, systeem, categorisatie, stroom, tijd, 2 variabelen veranderen met
onderling verband, golfbeweging, geografische ligging of ruimtelijke relevant, sfeer,
abstract concept, model.

, - Kleurgebruik
- Compositie à helpt bij interpreteren van de kaart
Generaliseren voor leesbaarheid
- Selectie: Alleen relevante gegevens tonen.
- Simplificatie: Complexe vormen vereenvoudigen.
- Combinatie: Elementen samenvoegen.
- Smoothing: Natuurlijke lijnen zachter maken.
- Enhancement: Bepaalde elementen benadrukken.

Kaarttypen
- Stippenkaart/ dichthedenkaart: Statistische gegevens als punten weergegeven à
stipjes staan voor allemaal hetzelfde.




- Figuratieve kaart: Stippenkaarten waarbij de grootte van stippen afhangt van data à
stippen staan allemaal niet voor hetzelfde.




- Choropleet kaart: Kleuren representeren kwantitatieve verschillen.
$9.65
Get access to the full document:

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached

Get to know the seller
Seller avatar
maasvanschagen

Get to know the seller

Seller avatar
maasvanschagen Radboud Universiteit Nijmegen
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
0
Member since
1 year
Number of followers
0
Documents
3
Last sold
-

0.0

0 reviews

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions