Deel 1: groepsdynamica
Hoofdstuk 1: Groepsdynamica als vakgebied
1.1 DE GROEP ALS VERBINDINGSSCHAKEL TUSSEN INDIVIDU EN MAATSCHAPPIJ
• De maatschappij beïnvloedt een groep en een groep beïnvloedt individu (bv in een gezin
wordt bepaalde door de maatschappij wat doorgegeven moet worden aan het individu)
• Soms beïnvloeden individuele personen een groep en die groep dan de maatschappij (bv
Greta Thunberg heeft een groep gecreëerd voor het klimaat en nu komt dit in de
maatschappij meer aanbod)
= groepen zijn zeer belangrijk want zijn het doorschuifluik
Definitie volgens Remmerswaal:
• De studie van hoe groepen zich vormen, hoe ze functioneren en hoe ze weer uiteenvallen
• De studie van menselijk gedrag in (kleine) groepen
= in groepen gaan mensen zich anders gedragen dan ze zich gedragen individueel, ze geven
aanleiding tot verschijnsels en patronen
= in groep kunnen mensen meer, ze kunnen hogere doelen bereiken (1+1=3)
1.2 HET ONDERSCHEID GROEPSTAAK EN GROEPSPROCES
• Je vind heel veel terug in een groep, bv veiligheid, plezier, gezelligheid, zelfvoldoening,
ondersteuning,… -> positieve groepssfeer
• Het kan ook destructief zijn, het kan negatief zijn, bv machtsmisbruik, pesten, …
1
, Groepstaak (taakstructuur) Groepsproces (processtructuur)
= het zichtbare in de groep (wat) = niet zichtbaar naar de buitenwereld (hoe)
- Wat een groep doet - Manier van omgaan met elkaar
- Ontstaat uit organisatie - Ontstaat uit mensen
- Verwijst naar de inhoud en - Verwijst naar sociaal, emotionele
groepsactiviteiten behoeften en gevoelsaspecten
Het is een formele, zakelijke functies Het is een informele, psychologische
- Groepsleden functies
- Groepsdoel - Groepscohesie
- Werkwijze - Relatiepatronen
- Taakverdeling - Rollen
- Vormgeving - Groepsnormen
- Resultaat ➔ Na verloop van tijd ook een
➔ Chronologische volgorde structuur in te zien
➔ Is universeel
Het is bedacht en afgesproken (dus wat Spontaan en onvoorspelbaar
voorspelbaar Zorgt voor het voortbestaan van de groep
Het zorgt ook voor het voortbestaan van de omwille van de groep
groep tegenover de buitenwereld
= de groepsleider kan dit heel concreet = de groepsleider heeft een indirect
maken, direct beïnvloeden en bepalen beïnvloeden en aansturen
Dit is in elke groep aanwezig p5
Hoofdstuk 2: Definitie van de groep en soorten groepen
2.1 DE LESSEN VAN EEN GANS
• Zijn lessen over de kracht van samenwerken
1. Mensen die een gemeenschappelijk doel nastreven en samenwerken gaan sneller en
makkelijker het doel bereiken
2. Blijf bij de groep die dezelfde kant als jouw wil opgaan
3. Zoek een goede beurtwisseling om de moeilijke taken en het leiderschap op te nemen
4. Blijf bij je eigen waarden en stimuleer zelfbesef en waardenbesef in anderen
5. Zowel in goede tijden als slechte tijden voor elkaar klaarstaan
6. Vergeet niet om je energie terug op te laden
Is dit een groep?
Ja, want op dit moment
wachten ze samen op de
bus, dus een tijdelijke groep
want op dit moment hebben
ze dezelfde waarden en
normen namelijk wachten op
de bus
2
,2.2 DEFINITIE VAN EEN GROEP
• Je hebt auteurs die zeggen dat er een direct contactsituatie moet zijn, dus face -to-face
• Andere auteurs zeggen dat er een groepsbewustzijn moet zijn, dus een soort groepsgevoel
hebben en het gevoel hebben dat ze samen horen
• Andere auteurs vinden het ontstaan van normen, gedeelde gedragsregels
= er is niet echt een eenduidige definitie
• Een groep kan positieve elementen hebben (gezelligheid), maar ook destructief zijn
(negatief, bv machtsmisbruik)
Kenmerken van een groep:
Groepsaspecten volgens Remmerswaal:
• Motivatie
- Je haalt er voordeel uit, je bent er voor gemotiveerd
- Dit is iets individueel
- Als het niet meer voldoet aan de behoeften en belangen van de leden dreigt de groep in
gevaar te geraken
- Het wordt beloont
Bv een jongentje heeft als droom profvoetballer te worden en gaat daarom bij een
bepaalde club omdat die goede technieken aanleren
• Doelstelling
- Er is een gemeenschappelijk doel, alle groepsleden willen dat doel bereiken
- Overlapt met motivatie, maar dit is in groepsverband
Bv als je tot de groep BaO hoort is het doel uw diploma halen
• Structuur
- Ze gaan zich organiseren, ze gaan een bepaalde communicatie gaan creëren bv bij de
KLJ een kus geven bij aankomst
- Er zijn verschillende waarden en normen en rollen die worden ingevuld
- Bepaalde groepsleden gaan een specifieke rol op zich nemen
- Dus hoe je je organiseert om dat doel te bereiken
• Interdependentie
- De groepsleden zijn onderling van elkaar afhankelijk, zijn wederzijdse betrokkenheid van
elkaar
• Interactie
- Ze reageren op elkaar, zowel verbaal als non-verbaal, dit kan ook emotioneel
Bv je mama ziet dat je stress hebt met de examens en maakt je lievelingsgerecht
Het is belangrijk dat elk groepslid interactie heeft met elkaar, geen contact via derden
Samengevat: een groep (= 2 of meer personen), in interactie met elkaar, die elkaar
beïnvloeden, een doel hebben en ervoor gemotiveerd zijn, en daardoor als eenheid
functioneren
Groepsaspecten volgens Hare
• Interactie: hierdoor gaan onderscheiden van andere groepen
• Gezamenlijk doel
• Normen: verwachtingen tegenover andere groepsleden
• Rollen: verwachtingen van specifieke groepsleden
• Interpersoonlijke attracties aan de hand van sympathieën en antipathieën
=> samen groepsstructuur
3
, 2.3 SOORTEN GROEPEN
• Primaire en secundaire groepen
- Primair:
Persoonlijk, intiem
Sociale afstand klein
Persoonlijk en intrinsiek
- Secundaire:
Onpersoonlijk, koel, formeel
Sociale afstand groot
Categorisch en extrinsiek -> hoor je erbij van sociale categorieën of status
• Formele en informele groepen
- Formeel:
Werk- en taakgroepen in het bedrijfsleven
Groepsstructuur ligt vast en kunnen controles op worden uitgeoefend
- Informeel:
Als het doel, rollen, normen vaag blijven
Spontaan
➔ Intern en extern systeem vragen Noa
• Lidmaatschapsgroepen en referentiegroepen
- L: Je bent lid van een groep, maar je bent er verder niet betrokken , bv de hondenschool
je bent lid maar je gaat niet verder dan naar de lessen gaan
- R: Het is een groep die betekenisvol voor me is en waar ik me aan zo willen spiegelen bv
de jeugdbeweging, je identificeert je er graag aan. Bv voetbalclub
- Je hebt positieve en negatieve referentiegroepen -> negatief wil je gaan vermijden
- In referentiegroepen wordt ook aan sociale vergelijking gedaan om zijn eigen gedrag te
evalueren
- Ook in referentiegroepen wordt je als lid geëvalueerd om te zien hoe goed je je aan de
groepsnormen houdt
• Ingroup en outgroup
- I: Al degene die we beschouwen als die van ons, denken ze zeer positief over
- O: Degene die we beschouwen als de andere buiten de groep, denken ze negatiever over
Tussen deze 2 kan er wat conflicten plaatsvinden
◼ Stereotypering: ingroupleden neigen tot een stereotypering van de outgroupleden
◼ Vijandige opstelling tegenover de buitenwereld: elke bedreiging van de outgroup
versterkt de cohesie en solidariteit van de ingroup
Hoofdstuk 3: Groepsontwikkeling en groepsontwikkelingsmodellen
DETERMINANTEN (=REDEN) VAN GROEPSVORMING
Waarom wordt men lid van een groep?
Groepstaak:
• Groepsdoel: om samen het groepsdoel te bereiken bv in een fitnessclub afvallen, politiek
• Groepsactiviteiten: omdat er leuke activiteiten zijn en je die ook wil doen
• Privédoel: bv ik word lid van manege om te kunnen paardrijden, want kan zelf geen paard
kopen
4
Hoofdstuk 1: Groepsdynamica als vakgebied
1.1 DE GROEP ALS VERBINDINGSSCHAKEL TUSSEN INDIVIDU EN MAATSCHAPPIJ
• De maatschappij beïnvloedt een groep en een groep beïnvloedt individu (bv in een gezin
wordt bepaalde door de maatschappij wat doorgegeven moet worden aan het individu)
• Soms beïnvloeden individuele personen een groep en die groep dan de maatschappij (bv
Greta Thunberg heeft een groep gecreëerd voor het klimaat en nu komt dit in de
maatschappij meer aanbod)
= groepen zijn zeer belangrijk want zijn het doorschuifluik
Definitie volgens Remmerswaal:
• De studie van hoe groepen zich vormen, hoe ze functioneren en hoe ze weer uiteenvallen
• De studie van menselijk gedrag in (kleine) groepen
= in groepen gaan mensen zich anders gedragen dan ze zich gedragen individueel, ze geven
aanleiding tot verschijnsels en patronen
= in groep kunnen mensen meer, ze kunnen hogere doelen bereiken (1+1=3)
1.2 HET ONDERSCHEID GROEPSTAAK EN GROEPSPROCES
• Je vind heel veel terug in een groep, bv veiligheid, plezier, gezelligheid, zelfvoldoening,
ondersteuning,… -> positieve groepssfeer
• Het kan ook destructief zijn, het kan negatief zijn, bv machtsmisbruik, pesten, …
1
, Groepstaak (taakstructuur) Groepsproces (processtructuur)
= het zichtbare in de groep (wat) = niet zichtbaar naar de buitenwereld (hoe)
- Wat een groep doet - Manier van omgaan met elkaar
- Ontstaat uit organisatie - Ontstaat uit mensen
- Verwijst naar de inhoud en - Verwijst naar sociaal, emotionele
groepsactiviteiten behoeften en gevoelsaspecten
Het is een formele, zakelijke functies Het is een informele, psychologische
- Groepsleden functies
- Groepsdoel - Groepscohesie
- Werkwijze - Relatiepatronen
- Taakverdeling - Rollen
- Vormgeving - Groepsnormen
- Resultaat ➔ Na verloop van tijd ook een
➔ Chronologische volgorde structuur in te zien
➔ Is universeel
Het is bedacht en afgesproken (dus wat Spontaan en onvoorspelbaar
voorspelbaar Zorgt voor het voortbestaan van de groep
Het zorgt ook voor het voortbestaan van de omwille van de groep
groep tegenover de buitenwereld
= de groepsleider kan dit heel concreet = de groepsleider heeft een indirect
maken, direct beïnvloeden en bepalen beïnvloeden en aansturen
Dit is in elke groep aanwezig p5
Hoofdstuk 2: Definitie van de groep en soorten groepen
2.1 DE LESSEN VAN EEN GANS
• Zijn lessen over de kracht van samenwerken
1. Mensen die een gemeenschappelijk doel nastreven en samenwerken gaan sneller en
makkelijker het doel bereiken
2. Blijf bij de groep die dezelfde kant als jouw wil opgaan
3. Zoek een goede beurtwisseling om de moeilijke taken en het leiderschap op te nemen
4. Blijf bij je eigen waarden en stimuleer zelfbesef en waardenbesef in anderen
5. Zowel in goede tijden als slechte tijden voor elkaar klaarstaan
6. Vergeet niet om je energie terug op te laden
Is dit een groep?
Ja, want op dit moment
wachten ze samen op de
bus, dus een tijdelijke groep
want op dit moment hebben
ze dezelfde waarden en
normen namelijk wachten op
de bus
2
,2.2 DEFINITIE VAN EEN GROEP
• Je hebt auteurs die zeggen dat er een direct contactsituatie moet zijn, dus face -to-face
• Andere auteurs zeggen dat er een groepsbewustzijn moet zijn, dus een soort groepsgevoel
hebben en het gevoel hebben dat ze samen horen
• Andere auteurs vinden het ontstaan van normen, gedeelde gedragsregels
= er is niet echt een eenduidige definitie
• Een groep kan positieve elementen hebben (gezelligheid), maar ook destructief zijn
(negatief, bv machtsmisbruik)
Kenmerken van een groep:
Groepsaspecten volgens Remmerswaal:
• Motivatie
- Je haalt er voordeel uit, je bent er voor gemotiveerd
- Dit is iets individueel
- Als het niet meer voldoet aan de behoeften en belangen van de leden dreigt de groep in
gevaar te geraken
- Het wordt beloont
Bv een jongentje heeft als droom profvoetballer te worden en gaat daarom bij een
bepaalde club omdat die goede technieken aanleren
• Doelstelling
- Er is een gemeenschappelijk doel, alle groepsleden willen dat doel bereiken
- Overlapt met motivatie, maar dit is in groepsverband
Bv als je tot de groep BaO hoort is het doel uw diploma halen
• Structuur
- Ze gaan zich organiseren, ze gaan een bepaalde communicatie gaan creëren bv bij de
KLJ een kus geven bij aankomst
- Er zijn verschillende waarden en normen en rollen die worden ingevuld
- Bepaalde groepsleden gaan een specifieke rol op zich nemen
- Dus hoe je je organiseert om dat doel te bereiken
• Interdependentie
- De groepsleden zijn onderling van elkaar afhankelijk, zijn wederzijdse betrokkenheid van
elkaar
• Interactie
- Ze reageren op elkaar, zowel verbaal als non-verbaal, dit kan ook emotioneel
Bv je mama ziet dat je stress hebt met de examens en maakt je lievelingsgerecht
Het is belangrijk dat elk groepslid interactie heeft met elkaar, geen contact via derden
Samengevat: een groep (= 2 of meer personen), in interactie met elkaar, die elkaar
beïnvloeden, een doel hebben en ervoor gemotiveerd zijn, en daardoor als eenheid
functioneren
Groepsaspecten volgens Hare
• Interactie: hierdoor gaan onderscheiden van andere groepen
• Gezamenlijk doel
• Normen: verwachtingen tegenover andere groepsleden
• Rollen: verwachtingen van specifieke groepsleden
• Interpersoonlijke attracties aan de hand van sympathieën en antipathieën
=> samen groepsstructuur
3
, 2.3 SOORTEN GROEPEN
• Primaire en secundaire groepen
- Primair:
Persoonlijk, intiem
Sociale afstand klein
Persoonlijk en intrinsiek
- Secundaire:
Onpersoonlijk, koel, formeel
Sociale afstand groot
Categorisch en extrinsiek -> hoor je erbij van sociale categorieën of status
• Formele en informele groepen
- Formeel:
Werk- en taakgroepen in het bedrijfsleven
Groepsstructuur ligt vast en kunnen controles op worden uitgeoefend
- Informeel:
Als het doel, rollen, normen vaag blijven
Spontaan
➔ Intern en extern systeem vragen Noa
• Lidmaatschapsgroepen en referentiegroepen
- L: Je bent lid van een groep, maar je bent er verder niet betrokken , bv de hondenschool
je bent lid maar je gaat niet verder dan naar de lessen gaan
- R: Het is een groep die betekenisvol voor me is en waar ik me aan zo willen spiegelen bv
de jeugdbeweging, je identificeert je er graag aan. Bv voetbalclub
- Je hebt positieve en negatieve referentiegroepen -> negatief wil je gaan vermijden
- In referentiegroepen wordt ook aan sociale vergelijking gedaan om zijn eigen gedrag te
evalueren
- Ook in referentiegroepen wordt je als lid geëvalueerd om te zien hoe goed je je aan de
groepsnormen houdt
• Ingroup en outgroup
- I: Al degene die we beschouwen als die van ons, denken ze zeer positief over
- O: Degene die we beschouwen als de andere buiten de groep, denken ze negatiever over
Tussen deze 2 kan er wat conflicten plaatsvinden
◼ Stereotypering: ingroupleden neigen tot een stereotypering van de outgroupleden
◼ Vijandige opstelling tegenover de buitenwereld: elke bedreiging van de outgroup
versterkt de cohesie en solidariteit van de ingroup
Hoofdstuk 3: Groepsontwikkeling en groepsontwikkelingsmodellen
DETERMINANTEN (=REDEN) VAN GROEPSVORMING
Waarom wordt men lid van een groep?
Groepstaak:
• Groepsdoel: om samen het groepsdoel te bereiken bv in een fitnessclub afvallen, politiek
• Groepsactiviteiten: omdat er leuke activiteiten zijn en je die ook wil doen
• Privédoel: bv ik word lid van manege om te kunnen paardrijden, want kan zelf geen paard
kopen
4