SAMENVATTING PPT WPO theorie
1. hematologie
= samenstelling van het bloed
na 10 min centrifugeren:
- bloedplasma
- cellulaire fractie
in centrifuge zet: coole slazwierder
- verdeeld in 2 delen (bloedplasma; bloedcellen)
- donkerder (bloedcellen) dan plasma (lichter)
- bloedplasma: bestaat uit water (doorzichtig); elektrolyten
2. PRP
● tendinopathie: is een pathologie waar ze bloedplaatjes via injectie terug in jou gaan
brengen (zie slide hieronder): maar dat duurt lang; niet snel iets van merken; duur;
terwijl als je met voeding en kine eventjes bezig bent dat je sneller resultaat hebt; niet
veel kost; en sneller ervan af bent
● PRP: bloedplaatjes met groeifactor (na 3-6 maanden zou het verbeteren); PRP: vrij
zwaar; lang duurt; duur;
● nemen bloed van P; in centrifuge steken; 2 delen; uit fractie (bloedplaatjes halen) -->
deel plasma (platelet rich plasma)
→ gaat opnieuw injecteren in mensen (voor mensen met haarverlies)
● in platelet rich plasma: zitten groeifactoren in
1) bloed nemen van patiënt
2) steek het bloed in buisje
3) steek het buisje in de centrifuge
4) na de centrifuge zijn de RBC gezakt naar beneden; platelet erop; bloedplasma
erbovenop
5) dan het platelet rijk plasma extracten van het buisje
6) dan transmissie gaan overbrengen via injectie op P
3. bloedplasma
- 90 % water
- elektrolyten: calcium; kalium; chloride; magnesium; natrium
- organische moleculen: AZ; plasmaproteïnen (albumine; globuline); glucose; lipiden;
- tracers en vitamines
- gassen: O2; CO2
- albumine: voor de spieren
4. cellulaire fractie (bloedcellen en bloedplaatjes)
- erythrocyten (RBC)
- leukocyten (WBC): neutrofielen; eosinofielen; basofielen; monocyten
- thrombocyten
- leukocyten (WBC) al de rest hoort eronder
, 5. begrippen
5.1 hematocriet
- Ht
- volumepercentage erythrocyten (RBC) in het bloed
- maat voor O2 bindingscapaciteiten
→ zeer laag: bloedarmoede (anemie) → te veel afbraak RBC door leukemie
→ zeer hoog: polycythemie → meer kans op hart en vaatziekten
- Ht= volume RBC/ totaal bloedvolume
- volume RBC wordt bepaald dmv centrifugatie → cellulaire fractie bezinkt; plasma
blijft bovenaan
5.2 hemoglobine
- bestanddeel van RBC (rode kleur)
- het eiwit of globine bestaat uit 4 polypeptideketens waarin 4 heemgroepen aanwezig
zijn
- eiwit en zorgt voor rode kleur van RBC; ijzer binnen pakt voor zuurstof te gaan
dragen
- heem groep: kan ijzermolecule binden (en die gaat zuurstof binnenkomen)
- per hemoglobine zijn er 4 O2
5.3 anemie
= daling van O2 bindingscapaciteit van het bloed; bloedarmoede
1) totaal aantal RBC gedaald
2) hoeveelheid Hb gedaald
3) Ht gedaald
→ als er twee van de drie gedaald zijn; is er anemie
→ als er twee van de drie verhoogd zijn; is er polycythemie
- anemie (bloedarmoede); te weinig RBC; minder O2 bindingscapaciteit; bloed geen
O2 oppakken (door totaal aantal RBC; minder O2); door hoeveelheid Hb gedaald is
(O2 bindt hieraan); hematocriet gedaald is
- om bloedarmoede te hebben; moet 2 van de drie gedaald zijn
5.4 polycythemie
= Ht boven de referentiewaarde verhoogd
- te veel RBC hebt
- absolute: te veel: te veel aanmaakt in beenmerg (primaire); toevallig kan gebeuren;
secundair: hoogtestage: minder O2 beschikbaar; meer RBC aangemaakt om beetje zuurstof
nog binnen te krijgen; terug normaal O2; meer RBC hebben en meer zuurstof binden en
betere prestatie; EPO doet hetzelfde
- relatieve: wel evenveel RBC; plasma gaat dan naar beneden; dehydratatie; te weinig te
drinken
1) absolute polycythemie= verhoogd aantal RBC
- primaire: abnormaal hoge hematopoiesis in beenmerg
- secundair: hypoxemie geïnduceerd - door bloeddoping - EPO)
2) Relatieve polycythemie= normaal aantal RBC, maar verhoogd Ht door dehydratatie
(afname plasvolume)
1. hematologie
= samenstelling van het bloed
na 10 min centrifugeren:
- bloedplasma
- cellulaire fractie
in centrifuge zet: coole slazwierder
- verdeeld in 2 delen (bloedplasma; bloedcellen)
- donkerder (bloedcellen) dan plasma (lichter)
- bloedplasma: bestaat uit water (doorzichtig); elektrolyten
2. PRP
● tendinopathie: is een pathologie waar ze bloedplaatjes via injectie terug in jou gaan
brengen (zie slide hieronder): maar dat duurt lang; niet snel iets van merken; duur;
terwijl als je met voeding en kine eventjes bezig bent dat je sneller resultaat hebt; niet
veel kost; en sneller ervan af bent
● PRP: bloedplaatjes met groeifactor (na 3-6 maanden zou het verbeteren); PRP: vrij
zwaar; lang duurt; duur;
● nemen bloed van P; in centrifuge steken; 2 delen; uit fractie (bloedplaatjes halen) -->
deel plasma (platelet rich plasma)
→ gaat opnieuw injecteren in mensen (voor mensen met haarverlies)
● in platelet rich plasma: zitten groeifactoren in
1) bloed nemen van patiënt
2) steek het bloed in buisje
3) steek het buisje in de centrifuge
4) na de centrifuge zijn de RBC gezakt naar beneden; platelet erop; bloedplasma
erbovenop
5) dan het platelet rijk plasma extracten van het buisje
6) dan transmissie gaan overbrengen via injectie op P
3. bloedplasma
- 90 % water
- elektrolyten: calcium; kalium; chloride; magnesium; natrium
- organische moleculen: AZ; plasmaproteïnen (albumine; globuline); glucose; lipiden;
- tracers en vitamines
- gassen: O2; CO2
- albumine: voor de spieren
4. cellulaire fractie (bloedcellen en bloedplaatjes)
- erythrocyten (RBC)
- leukocyten (WBC): neutrofielen; eosinofielen; basofielen; monocyten
- thrombocyten
- leukocyten (WBC) al de rest hoort eronder
, 5. begrippen
5.1 hematocriet
- Ht
- volumepercentage erythrocyten (RBC) in het bloed
- maat voor O2 bindingscapaciteiten
→ zeer laag: bloedarmoede (anemie) → te veel afbraak RBC door leukemie
→ zeer hoog: polycythemie → meer kans op hart en vaatziekten
- Ht= volume RBC/ totaal bloedvolume
- volume RBC wordt bepaald dmv centrifugatie → cellulaire fractie bezinkt; plasma
blijft bovenaan
5.2 hemoglobine
- bestanddeel van RBC (rode kleur)
- het eiwit of globine bestaat uit 4 polypeptideketens waarin 4 heemgroepen aanwezig
zijn
- eiwit en zorgt voor rode kleur van RBC; ijzer binnen pakt voor zuurstof te gaan
dragen
- heem groep: kan ijzermolecule binden (en die gaat zuurstof binnenkomen)
- per hemoglobine zijn er 4 O2
5.3 anemie
= daling van O2 bindingscapaciteit van het bloed; bloedarmoede
1) totaal aantal RBC gedaald
2) hoeveelheid Hb gedaald
3) Ht gedaald
→ als er twee van de drie gedaald zijn; is er anemie
→ als er twee van de drie verhoogd zijn; is er polycythemie
- anemie (bloedarmoede); te weinig RBC; minder O2 bindingscapaciteit; bloed geen
O2 oppakken (door totaal aantal RBC; minder O2); door hoeveelheid Hb gedaald is
(O2 bindt hieraan); hematocriet gedaald is
- om bloedarmoede te hebben; moet 2 van de drie gedaald zijn
5.4 polycythemie
= Ht boven de referentiewaarde verhoogd
- te veel RBC hebt
- absolute: te veel: te veel aanmaakt in beenmerg (primaire); toevallig kan gebeuren;
secundair: hoogtestage: minder O2 beschikbaar; meer RBC aangemaakt om beetje zuurstof
nog binnen te krijgen; terug normaal O2; meer RBC hebben en meer zuurstof binden en
betere prestatie; EPO doet hetzelfde
- relatieve: wel evenveel RBC; plasma gaat dan naar beneden; dehydratatie; te weinig te
drinken
1) absolute polycythemie= verhoogd aantal RBC
- primaire: abnormaal hoge hematopoiesis in beenmerg
- secundair: hypoxemie geïnduceerd - door bloeddoping - EPO)
2) Relatieve polycythemie= normaal aantal RBC, maar verhoogd Ht door dehydratatie
(afname plasvolume)