100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

SAMENVATTING VAN DE BEGRIPPEN SOCIOLOGIE

Rating
-
Sold
-
Pages
35
Uploaded on
08-02-2025
Written in
2024/2025

SAMENVATTING VAN DE BEGRIPPEN SOCIOLOGIE -> BELANGRIJK

Institution
Course











Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Uploaded on
February 8, 2025
Number of pages
35
Written in
2024/2025
Type
Summary

Subjects

Content preview

Begrippenlijst Sociologie Hanne Depauw
1e bachelor psychologie


BEGRIPPENLIJST SOCIOLOGIE


1: SOCIOLOGIE, EEN EERSTE KENNISMAKING
sociologie Bestudeert de relatie tussen individu en samenleving

Sociologische verbeelding  Sociologische visie, een manier om naar de wereld te kijken die
verbanden legt tussen
1) Persoonlijke, individuele gebeurtenissen en
2) De sociale krachten die er vorm aan geven anderzijds.
(Mills)
 Individuele gebeurtenissen plaatsen en verklaren vanuit het
geheel van sociale relaties die zelf een specifieke historische
oorsprong hebben.
 Historisch proces  Sociale relaties  Individuele gebeurtenissen.


Gedachte-experiment Hierbij stelt men zich de vraag wat er zou gebeurd zijn indien dit of dat
niet zou hebben plaatsgevonden.

Gedrag  Het geheel van motorische en cognitieve activiteiten waardoor
de mens zich aanpast aan zijn/haar omgeving.
 Iedere actie of reactie vh individu.

Interactie Het proces van wederzijdse beïnvloeding tussen personen of sociale
eenheden, dat plaatsgrijpt door middel van gedrag met een
symbolische betekenis. Het geslaagd onderling op elkaar afstemmen
van ‘opdat’-en ‘omdat’-motieven.
WEDERKERIG

Cultuur Het geheel van gemeenschappelijke betekenissen die we aan het gedrag
v/e ander en aan ons eigen gedrag geven. Het antwoord op de
overlevingseisen die fysieke omgevingen stellen aan menselijke
samenlevingen en zo het menselijke, lichamelijke handelen vorm geeft.
Cultuur omvat alles wat door de mens in de loop der tijden werd
verworven: waarden, normen, kennis, ideeën, technieken, materiële
producten en kunstvoorwerpen.

Structuur Het geheel van posities van actoren en de vorm van interacties en
relaties tussen die actoren.

Handelen Gedrag met doelgerichtheid.
NIET WEDERKERIG

Sociaal handelen Alle menselijk gedrag waaraan door de actor een subjectieve betekenis
(Sociale handelings wordt gegeven en dat volgens zijn/haar bedoeling gericht is op het
typologie) gedrag van anderen en erdoor wordt bepaald. (Weber)




1

,Begrippenlijst Sociologie Hanne Depauw
1e bachelor psychologie

1) Instrumenteel rationeel Sociaal handelen dat bepaald wordt door efficiëntieverwachtingen die
handelen een actor heeft in een handelingssituatie: welke middelen zijn het
meest geschikt om een bepaald doel te bereiken? (Weber)

Condities Objecten/mensen die voorwaarden bepalen waaronder tot
doelrealisatie overgegaan kan worden.

Middelen Objecten/mensen die faciliterend werken.

2) Waarde rationeel handelen Sociaal handelen waarbij het bewuste geloof in ultieme waarden
centraal staat, los van enige doelrealisatie. (Weber)

3) Affectief handelen Sociaal handelen gedreven door of gebaseerd op affecten, gevoelens
en/of emoties. (Weber)

4) Traditioneel handelen Sociaal handelen dat volgt uit sociaal in gewortelde
handelingsgewoontes (Weber)

5) Reflexief handelen Overheersend handelingskenmerk in laatmoderne samenlevingen
(reflexiviteit) gekenmerkt door stoppen, denken en kiezen; staat in tegenstelling tot
traditioneel handelen. (Giddens)

Opdat motief Motief dat er op wijst dat iemand iets wil realiseren en zich daar min of
meer bewust mentaal op voorbereidt. (Schütz)

Omdat motief Motief dat er op wijst dat iemand reageert op het ‘opdat’-motief v/e
ander. (Schütz)

1) Conformiteit Het inlossen vd normatieve verwachtingen vh maatschappelijke leven.

Conforme interactie Interactie die verloopt volgens de betekenis die beide partners aan de
interactie vastknopen.

Deviantie/afwijking Gedrag dat regels, normen of verwachtingen vd leden vd sociale groep
schendt en waarop met afkeuring of straf gereageerd wordt.

2) Coöperatie/samenwerking Het samen verwezenlijken v/e vooraf aanvaard gemeenschappelijk
doel.

3) Conflict Interactie die door objectieve of subjectieve tegenstellingen wordt
gekenmerkt, tegenstellingen die het gevolg zijn v/e ongelijke controle
over schaarse elementen.

4) Ruil Sociale ruil waarbij het profijt vd ene, de kost vd ander is en
omgekeerd.

Cultuur Gedeelde betekenis die mensen aan het handelen en de objecten uit
hun omgeving toekennen. De gedeelde betekenis wordt geformaliseerd



2

,Begrippenlijst Sociologie Hanne Depauw
1e bachelor psychologie

in waarden, normen, overtuigingen en wetten.

Structuur Verschillende posities, waarbij er rijken en armen, bezitters en niet-
bezitters, machtigen en machtelozen zijn.
Geheel van posities van actoren en de vorm van de interacties en
relaties tussen die actoren, zoals specialisatie, centralisatie, conflict,
samenw…

Sociale orde Het bestaan van stabiele patronen van handelen en interactie.

Sociale verandering Verandering die objectief waarneembare gevolgen heeft voor de
sociale structuur en de cultuur v/e maatschappij.

Sociologie Analyse van structurele en culturele context bij het verklaren van
interacties en gedrag.
Tijd en ruimte overstegen.
Algemene cultuur (normen en waarden, betekenis interacties…)
Algemene structuur (sociale relaties: posities, statussen, rollen…)

Geschiedenis Poging tot het verklaren van fenomenen uit het verleden.
Tijd en ruimte specifiek/gebonden.
Bronnenonderzoek.

Culturele antropologie Wetenschap die de verscheidenheid aan menselijke leefvormen
bestudeert.
Cultuurspecifiek/gebonden (comparatief: interacties tss culturen)
Veldwerk.

Microsociologie Studie van groepen en de interactie tussen individuen.

Macrosociologie Studie van grotere sociale eenheden.

Biologie Nagaan hoe variaties in fysiologische eigenschappen, hormonale
processen en biogenetische factoren gepaard gaan met variaties in
gedrag.

Psychologie Benadering van gedrag via de studie van interne mechanismen (gedrag
= weerspiegeling van cognitieve en emotionele processen die ‘van
binnen uit’ het gedrag bepalen).

Sociale psychologie Studie van attitudevorming en –verandering (attitude = houding tov
anderen)  = wisselwerking intra- en inter-individuele

Sociale contacttheorie Interetnische contacten leiden tot een vermindering van vooroordelen.

Sociobiologie Wetenschap die sociaal handelen verklaart vanuit een evolutionair
perspectief. Hierbij wordt het effect van biologische evolutieprocessen
op het menselijke gedrag en handelen nagegaan.



3

, Begrippenlijst Sociologie Hanne Depauw
1e bachelor psychologie

Biosociale verklaring Het verklaren van interacties vertrekkende van biologische
kenmerken of factoren.

Concepten ‘Mentale vangnetten’ die sociologen in staat stellen bepaalde aspecten
uit de werkelijkheid te belichten.

Generalisatie Algemene regels ter verklaring v/h sociale leven  meerdere situaties
tegelijk verklaren.

Theories of middle range Geen allesomvattende eengemaakte theorie die deelaspecten uit het
sociale leven kan verklaren.
Vb. De sociale contracttheorie.
Kan toegepast worden in versch. contexten op versch. groepen.

Kwantitatieve gegevens Wet. gegevens die bestaan uit cijfermateriaal en die meestal verwerkt
worden mbv statistische methodes.

Kwalitatieve gegevens Wet. gegevens die niet bestaan uit cijfermateriaal en die meestal
verzameld worden door observatie, beschrijving en interpretatie van
menselijk gedrag.

Cumulativiteit Voortbouwen op resultaten van voorgaand onderzoek.

Literatuurstudie Studie die de beschikbare onderzoeksliteratuur over een bepaald
onderwerp kritisch en synthetisch samenvat.

Verifieerbare rapportering Berichtgeving over onderzoek via wet. artikel .

Peer review Wetenschappelijke beoordeling door 3 andere specialisten,
onderzoekers (collega’s).

Probleemstelling Bondige omschrijving vh eigenlijke onderwerp vd studie die
tegelijkertijd het onderwerp in het geheel vd kennis plaatst.

Positivisme Sociologische benadering waarin de methodologie vd
natuurwetenschap gebruikt wordt om tot geldige wetenschappelijke
kennis te komen, waarin kennis gebaseerd moet zijn op ervaring, en
feiten en waarden strikt gescheiden moeten zijn.
Comte en Durkheim = positivistische grondleggers vd sociologie.

Theoretisch model Schematische beschrijving van (deel van) de wereld  reductie van
complexiteit ob theoretisch relevantie en spaarzaamheid.

Model (theoretisch model) Schematische voorstelling van (een deel van) de wereld, waarbij
verbanden worden gelegd tussen een aantal fenomenen (doel= op
beknopte, overzichtelijke manier inzicht bieden in functioneren vd
wereld).

Variabele (AV, OV) Een veranderlijke is een kenmerk v/e populatie die verschillende


4
$8.66
Get access to the full document:

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached


Also available in package deal

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
sestudgent Universiteit Gent
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
16
Member since
1 year
Number of followers
0
Documents
25
Last sold
1 month ago

2.5

2 reviews

5
0
4
1
3
0
2
0
1
1

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions