Namen en datums kennen die in de PPT staan => komen vragen over
Hoofdstuk 1: Wat is psychologie?
Inhoudstafel psychologie semester 1
H1. Wat is psychologie?
1.1 een definitie van psychologie
1.2 ontwikkelingen die de psychologie mogelijk gemaakt hebben
1.2.1 rede, intuïtie en geloof
1.2.1.1 filosofie
1.2.1.2 animistisch/religieus
1.2.2 de wetenschappelijke revolutie
1.2.2.1 nieuwe kijk in de 17de eeuw
1.2.2.2 copernicaanse revolutie
1.2.3 de toepassing van de wetenschappelijke methode op het menselijk functioneren
1.2.3.1 nieuwe kijk in de 19de eeuw
1.2.3.2 de persoonlijke fout
1.2.3.3 Von Helmholtz – de snelheid van zenuwimpulsen
1.2.3.4 het onderzoek van Donders- mentale chronometrie
1.2.4 De evolutietheorie
1.2.5 groeiende macht v/d wetenschap en onstaan van 2 culturen
1.3 Het ontstaan van de psychologie
1.3.1 ontwikkelingen die de filosofie dichter bij de wetenschappen brachten
1.3.2 psychologie als nieuwe wetenschap
1.3.2.1 Wilhelm Wundt
1.3.2.2 Edward Tichener
1.3.2.3 Alfred Binet en de geboorte van de toegepaste psychologie
1.3.2.4 de vertaling naar amerikaanse context: functionalisme- W.James
1.3.2.5 behaviorisme: hoe psychologie wetenschappelijker maken? -Watson
1.3.2.6 radicaal behaviourisme-Skinner
1.3.2.7 Freud en het hermeneutisch alternatief
1.4 onderzoeksmethoden in de psychologie
1.4.1 beschrijvend onderzoek
1.4.1.1 naturalistische observatie
1.4.1.2 vragenlijsten
1.4.1.3 interviews
1.4.1.4 opiniepeiling
1.4.1.5 psychologische tests
1.4.1.6 archiefdate
1.4.1.7 gevalsstudies
1.4.1.8 kwalitatief onderzoek
1.4.2 correlationeel onderzoek
1.4.3 experimenteel onderzoek
, 1.4.4 ethiek bij psychologisch onderzoek
1.5 het belang van biologische factoren voor de verklaring van menselijk gedrag
1.6 de onmisbaarheid van cognities
1.6.1 problemen met het behaviorisme
1.6.2 ontwikkeling van de computer
1.6.3 ontstaan cognitieve psychologie
1.7 sociale invloeden: mens maakt deel uit van een groep
1.7.1 Hofstede over cultuurverschillen
1.8 het biopsychosociale model
1.9 de plaats van psychologie in de samenleving
H2: De biologische basis van het gedrag
2.1 de bouwstenen van het zenuwstelsel
2.1.1 Neuronen
2.2.1.1 aantal neuronen
2.2.1.2 neurogenese
2.2.1.3 types neuronen
2.2.1.4 componenten van een neuron
2.2.1.5 neuronen communiceren met elkaar
2.2.1.6 communicatie binnen een neuron
2.2.1.7 communicatie tussen neuronen
2.1.2 neurotransmitters
2.1.2.1 dopamine
2.1.2.2 noradrenaline en serotonine
2.1.2.3 acetylcholine
2.1.2.4 GABA
2.1.2.5 endorfines
2.1.2.6 oxytocine
2.1.3 De gliacellen
2.2 overzicht van het zenuwstelsel
2.2.1 centrale zenuwstelsel en perifere zenuwstelsel
2.3 De hersenen
2.3.1 de kleine hersenen
2.3.2 de grote hersenen
2.4 Het brein in actie
2.4.1 technieken om de werking van de hersenen te bestuderen
2.4.2 netwerken in de hersenen
2.4.2.1 default network of standaard netwerk
2.4.2.2 dorsale aandachtsnetwerk
2.4.2.3 Fronto-pariëtale controlenetwer
, 2.4.3 hersenlateralisatie
2.4.3.1 de spraak- en taalcentra in de hersenen
2.4.3.2 L vs R
2.4.3.3 de split-brain experimenten
2.4.4 hersenplasticiteit
2.5 het endocriene systeem
2.5.1 de hypofyse
2.5.2 de bijnieren
2.5.3 de geslachtsklieren
2.5.4 de pijnappelklize
2.6 erfelijkheid en prenatale invloeden
2.6.1 de bevindingen van mendel
2.6.2 chromosomen
2.6.3 DNA
2.6.4 gedragsgenetica
2.6.5 dierenonderzoek: selectieve teelt
2.6.6 biotechnologie
2.6.7 mensonderzoek
2.6.8 belang van de prenatale omgeving
H4: waarneming
4.1 van zintuigelijke gewaarwording naar waarneming
4.1.1 gewaarwording vs waarneming
4.2 van de retina naar de hersenen: BOTTOM-UP processen
4.2.1 bottom-up en top-down
4.2.2 de primaire schets
4.2.3 de perceptuele organisatie
4.2.4 patroon- en objectherkenning
, 1. Wat is psychologie?
1.1 Een definitie van psychologie
Intro: Psychologen proberen menselijk gedrag te begrijpen. Om dit te kunnen zullen ze
gedrag observeren en kijken op welke manier dit beïnvloed wordt door gebeurtenissen en
omgeving + ze zullen het gedrag proberen te begrijpen. Om dit inzicht te krijgen moet men
observeren, meten en theorieën stellen over interne (deels onzichtbare) processen &
motieven die eraan ten grondslag liggen.
Definitie psychologie: Psychologie is een wetenschap (1) waarbij het gedrag bestudeerd
wordt (2) om de interne processen te begrijpen (3) die aan dat gedrag ten grondslag liggen
1. Wetenschap: gebaseerd op empirische evidentie en niet op persoonlijke
overtuigingen
2. Gedrag: we kunnen gedrag zien, hoe mensen reageren, dit bestuderen we op
basis van observatie en manipulatie => experimenten
3. Interne processen: probeert men te begrijpen door theorieën te stellen over
de processen die aan het gedrag ten grondslag liggen (“black box”)
De definitie heeft een grote overeenkomst met andere wetenschappen. Net zoals andere
wetenschappers proberen psychologen door systematische observatie van meetbare
kenmerken = GEDRAG inzicht te krijgen processen die niet rechtstreeks te observeren
vallen = INTERNE PROCESSEN. Een goed inzicht in deze processen maakt het mogelijk om te
voorspellen wat in bepaalde omstandigheden zou moeten gebeuren
1.2 Ontwikkelingen die de psychologie mogelijk gemaakt hebben
1.2.1 REDE, INTUÏTIE EN GELOOF
In alle culturen zijn er 2 soorten spontane ideeën/opvattingen over de wereld en de mens
(zichzelf). We gaan het hebben over filosofie (in het Oude Griekenland) en
Animistisch/religieus (de Rooms-Katholieke Kerk).