Kennistoets gezinsbegeleiding
,H1: goed genoeg ouderschap in complexe opvoedsituaties
Als pedagoog moet je inschatten hoe gaat het met dit gezin, deze ouders en deze
kinderen? Wanneer grijp je in?
Je werkt als:
- Gezinsbegeleider
- Gezinscoach
- Ambulante begeleider
- Pedagogische medewerker
Driehoek van kousmaker: geschematiseerd voor welke problemen het gezin ondersteuning
nodig heeft
Opvoeden: wederkerige proces van relaties en interacties tussen twee of meer generaties
die met elkaar samenleven; ouders en kinderen zijn met elkaar verbonden.
Opvoeding is een veelomvattende taak die plaatsvindt in ervaringen van ouders en kinderen:
- In het samenleven
- In het verbinden
- In het communiceren
Opvoeden liefde, grenzen en structuur
Leren via: familie, social media, professionals
- Zorg dat er een vertrouwensband is, dat ze hulp durven accepteren • Maak sámen
plannen die aansluiten bij wat iemand kán
- Zet het sociale netwerk in
- Positive parenting (Sanderse.a.,2001)
Autoriteit: de intergenerationele spanning in de verbinding tussen ouders en kinderen.
Nieuwe autoriteit: de aanwezigheid en nabijheid van opvoeders, met als effect:
- Overdracht van normen en waarden
- Successen en fouten zien en hiervan leren (hoe gaat een ander hiermee om?)
Ouderschap: hoe je de verantwoordelijkheid als ouder gestalte geeft en welke belangen je
voor je kind behartigt.
, Goed genoeg ouderschap: ouderschap dat jeugdigen voldoende ondersteunt in hun
ontwikkeling.
Elementen van ouderschap:
- Affectief klimaat
- Leefomgeving
- Oog voor ontwikkeling en toekomstperspectief
- Ondersteunende flexibele opvoedingsstructuur
Immateriële en materiële verzorging:
• Dagelijkse verzorging
• Veilig, fysiek leefklimaat
• Stabiliteit in de opvoedsituatie
• Veilige wijdere omgeving
• Respectvolle bejegening
Liefde en aandacht Fundament voor veilige hechting:
- affectief opvoedklimaat
- wezenlijke belangstelling
- continuïteit
Structuur en begrenzing fundament voor veilig hecting
- regelmaat, regels en routines
- wijze van reageren en anticiperen op de kinderen stimuleren, instrueren, begrenzen en
consequent zijn
Oog voor ontwikkeling en fundament
- overdracht van normen en waarden
,H1: goed genoeg ouderschap in complexe opvoedsituaties
Als pedagoog moet je inschatten hoe gaat het met dit gezin, deze ouders en deze
kinderen? Wanneer grijp je in?
Je werkt als:
- Gezinsbegeleider
- Gezinscoach
- Ambulante begeleider
- Pedagogische medewerker
Driehoek van kousmaker: geschematiseerd voor welke problemen het gezin ondersteuning
nodig heeft
Opvoeden: wederkerige proces van relaties en interacties tussen twee of meer generaties
die met elkaar samenleven; ouders en kinderen zijn met elkaar verbonden.
Opvoeding is een veelomvattende taak die plaatsvindt in ervaringen van ouders en kinderen:
- In het samenleven
- In het verbinden
- In het communiceren
Opvoeden liefde, grenzen en structuur
Leren via: familie, social media, professionals
- Zorg dat er een vertrouwensband is, dat ze hulp durven accepteren • Maak sámen
plannen die aansluiten bij wat iemand kán
- Zet het sociale netwerk in
- Positive parenting (Sanderse.a.,2001)
Autoriteit: de intergenerationele spanning in de verbinding tussen ouders en kinderen.
Nieuwe autoriteit: de aanwezigheid en nabijheid van opvoeders, met als effect:
- Overdracht van normen en waarden
- Successen en fouten zien en hiervan leren (hoe gaat een ander hiermee om?)
Ouderschap: hoe je de verantwoordelijkheid als ouder gestalte geeft en welke belangen je
voor je kind behartigt.
, Goed genoeg ouderschap: ouderschap dat jeugdigen voldoende ondersteunt in hun
ontwikkeling.
Elementen van ouderschap:
- Affectief klimaat
- Leefomgeving
- Oog voor ontwikkeling en toekomstperspectief
- Ondersteunende flexibele opvoedingsstructuur
Immateriële en materiële verzorging:
• Dagelijkse verzorging
• Veilig, fysiek leefklimaat
• Stabiliteit in de opvoedsituatie
• Veilige wijdere omgeving
• Respectvolle bejegening
Liefde en aandacht Fundament voor veilige hechting:
- affectief opvoedklimaat
- wezenlijke belangstelling
- continuïteit
Structuur en begrenzing fundament voor veilig hecting
- regelmaat, regels en routines
- wijze van reageren en anticiperen op de kinderen stimuleren, instrueren, begrenzen en
consequent zijn
Oog voor ontwikkeling en fundament
- overdracht van normen en waarden