Dringende zorgverlening
Rampenmanagement
Definitie ramp – rampenplan
Een ramp
Ernstige verstoring van de openbare veiligheid
Leven en de gezondheid van vele personen, het milieu of grote materiële
belangen in ernstige maten bedreigd of geschaad
Gecoördineerde inzet van diensten en organisaties van verschillende
disciplines is vereist om de dreiging weg te nemen of de schadelijke gevolgen
te beperken.
NC 112
Europees noodnummer 112 (ambulance, brandweer, politie)
1 per provincie (uitz. Waals-Brabant) + Brussel
Keten van de dringende geneeskundige hulpverlening
o Noodcentrale
o Interventiediensten (ambulance, MUG, PIT)
o Spoedgevallendiensten
Disciplines
Als enige bevoegd om een MIP (medisch interventieplan) af te kondigen bij
grote incidenten
FGI (federaal gezondheidsinspecteur) en eerste MUG-arts mogen dit
aanvragen
Alarmeren en uitsturen van middelen
o Vb. SIM (snel inzetbare middelen van het Rode Kruis)
o Alarmering ziekenhuizen
Communicatie tussen de verschillende middelen
Dagdagelijkse dringende hulpverlening
Aannemen noodoproepen
Inschatten ernst een aard van het incident
Uitsturen middelen (brandweer, MUG, PIT, ambulance)
Medische regulatie (verdeling patiënten over ziekenhuizen)
Communicatie tussen diensten en disciplines
Phone CPR
,Disciplines
Discipline 1: brandweer
Blussing
Redding
Evacuatie
CBRN (chemisch, biologisch, radioactief en nucleair)
Discipline 2: medisch – sanitaire diensten
Ambulanciers
MUG
PIT
Rode Kruis
Psychologen
Discipline 3: politie (ter plaatse)
Lokale of federale politie
DVI (disaster victim identification)
DSU (directe special units)
Discipline 4: logistiek
Civiele bescherming
Leger
Private ondersteuning (Vb. De lijn, infrabel, FANC)
Discipline 5: informatie
Woordvoerder, gouverneur, burgemeester,…
Communicatiemedewerkers
Scannen sociale media, info verzamelen
Burgers informeren
,Ziekenhuisnoodplan
= ZNP
Hoofd bieden aan incidenten/rampspoedige gebeurtenissen:
o binnen (bv. stroompanne, chemisch ongeval, ziekenhuisbacterie…)
o buiten het ziekenhuis (bv. kettingbotsing, overstroming, aanslag…)
die de normale werking van het ziekenhuis bedreigen
Opvangen van een plotse grote patiënteninstroom
Ondersteuning van “monodisciplinaire noodplan van Discipline 2“
Steeds op papier ter beschikking in ZH
Digitaal bij de noodplanambtenaar stad/gemeente en bij de FGI
3 grote delen
1. 'pre-incident’
a. de preventie, alertheid en paraatheid
2. 'incident'(-beheersing)
a. beheersen van het incident en de directe gevolgen
3. 'post-incident’
a. waarbij het ziekenhuis herstelt en leert
b. Evaluatie
Doel en bevoegdheden
Verplicht voor elk ziekenhuis
Noodsituaties opvangen
o dagdagelijkse hulpverlening => dringende noodhulpverlening
Materiële en organisatorische noodmaatregelen:
o op de campus tussen komen
o zoveel mogelijk de nefaste gevolgen van een noodsituatie binnen of
buiten het ziekenhuis beperken
De interventie van externe overheden en diensten toestaan.
, 3 mogelijke soorten incidenten
1. binnen de instelling met gevolgen die beperkt zijn tot de campus;
2. binnen de instelling met gevolgen die de instellingsgrenzen overschrijden;
3. buiten de instelling maar met gevolgen voor de normale werking van het
ziekenhuis
Concretisering via actiekaarten
met richtlijnen voor alle personeelsleden
voor het onthaal op de spoedgevallendienst
voor de medisch coördinator op de spoedgevallendiensten
voor de arts-coördinator op het operatiekwartier
voor de arts-coördinator op de dienst intensieve zorg
Evacuatieoefeningen – noodplanningsoefeningen
Afdelingsgebonden
Grote oefeningen met extramurale partners
Zandbakoefeningen
o Enkel oefening op coördinatie en organisatie zonder effectieve
evacuatie
Mix van verschillende types maken het mogelijk om iedereen én het volledige
noodplan te oefenen.
Rampenmanagement
Definitie ramp – rampenplan
Een ramp
Ernstige verstoring van de openbare veiligheid
Leven en de gezondheid van vele personen, het milieu of grote materiële
belangen in ernstige maten bedreigd of geschaad
Gecoördineerde inzet van diensten en organisaties van verschillende
disciplines is vereist om de dreiging weg te nemen of de schadelijke gevolgen
te beperken.
NC 112
Europees noodnummer 112 (ambulance, brandweer, politie)
1 per provincie (uitz. Waals-Brabant) + Brussel
Keten van de dringende geneeskundige hulpverlening
o Noodcentrale
o Interventiediensten (ambulance, MUG, PIT)
o Spoedgevallendiensten
Disciplines
Als enige bevoegd om een MIP (medisch interventieplan) af te kondigen bij
grote incidenten
FGI (federaal gezondheidsinspecteur) en eerste MUG-arts mogen dit
aanvragen
Alarmeren en uitsturen van middelen
o Vb. SIM (snel inzetbare middelen van het Rode Kruis)
o Alarmering ziekenhuizen
Communicatie tussen de verschillende middelen
Dagdagelijkse dringende hulpverlening
Aannemen noodoproepen
Inschatten ernst een aard van het incident
Uitsturen middelen (brandweer, MUG, PIT, ambulance)
Medische regulatie (verdeling patiënten over ziekenhuizen)
Communicatie tussen diensten en disciplines
Phone CPR
,Disciplines
Discipline 1: brandweer
Blussing
Redding
Evacuatie
CBRN (chemisch, biologisch, radioactief en nucleair)
Discipline 2: medisch – sanitaire diensten
Ambulanciers
MUG
PIT
Rode Kruis
Psychologen
Discipline 3: politie (ter plaatse)
Lokale of federale politie
DVI (disaster victim identification)
DSU (directe special units)
Discipline 4: logistiek
Civiele bescherming
Leger
Private ondersteuning (Vb. De lijn, infrabel, FANC)
Discipline 5: informatie
Woordvoerder, gouverneur, burgemeester,…
Communicatiemedewerkers
Scannen sociale media, info verzamelen
Burgers informeren
,Ziekenhuisnoodplan
= ZNP
Hoofd bieden aan incidenten/rampspoedige gebeurtenissen:
o binnen (bv. stroompanne, chemisch ongeval, ziekenhuisbacterie…)
o buiten het ziekenhuis (bv. kettingbotsing, overstroming, aanslag…)
die de normale werking van het ziekenhuis bedreigen
Opvangen van een plotse grote patiënteninstroom
Ondersteuning van “monodisciplinaire noodplan van Discipline 2“
Steeds op papier ter beschikking in ZH
Digitaal bij de noodplanambtenaar stad/gemeente en bij de FGI
3 grote delen
1. 'pre-incident’
a. de preventie, alertheid en paraatheid
2. 'incident'(-beheersing)
a. beheersen van het incident en de directe gevolgen
3. 'post-incident’
a. waarbij het ziekenhuis herstelt en leert
b. Evaluatie
Doel en bevoegdheden
Verplicht voor elk ziekenhuis
Noodsituaties opvangen
o dagdagelijkse hulpverlening => dringende noodhulpverlening
Materiële en organisatorische noodmaatregelen:
o op de campus tussen komen
o zoveel mogelijk de nefaste gevolgen van een noodsituatie binnen of
buiten het ziekenhuis beperken
De interventie van externe overheden en diensten toestaan.
, 3 mogelijke soorten incidenten
1. binnen de instelling met gevolgen die beperkt zijn tot de campus;
2. binnen de instelling met gevolgen die de instellingsgrenzen overschrijden;
3. buiten de instelling maar met gevolgen voor de normale werking van het
ziekenhuis
Concretisering via actiekaarten
met richtlijnen voor alle personeelsleden
voor het onthaal op de spoedgevallendienst
voor de medisch coördinator op de spoedgevallendiensten
voor de arts-coördinator op het operatiekwartier
voor de arts-coördinator op de dienst intensieve zorg
Evacuatieoefeningen – noodplanningsoefeningen
Afdelingsgebonden
Grote oefeningen met extramurale partners
Zandbakoefeningen
o Enkel oefening op coördinatie en organisatie zonder effectieve
evacuatie
Mix van verschillende types maken het mogelijk om iedereen én het volledige
noodplan te oefenen.