Week 9
De student:
Kan beschrijven wat effecten kunnen zijn van empathie. Een zorgvrager
voelt zich gehoord en gezien.
Kan de voorwaarden van persoonsgerichte counseling herkennen in een
casus. Congruentie, onvoorwaardelijke positieve waardering en empathie.
Kan uitleggen hoe hij zichzelf schat op de persoonlijkheidstrek ‘Empathie’.
Ik zou mijzelf een tien geven op de persoonlijkheidstrek ‘empathie’, omdat
ik mij heel erg goed kan inleven in een ander en heel benieuwd ben naar
de ander.
Kan beschrijven wat de rol van empathie is bij Somatisch Onvoldoende
verklaarde Lichamelijke Klachten (SOLK). Het is heel belangrijk om een
zorgvrager het gevoel te geven dat deze persoon gehoord en gezien is,
ondanks dat de klachten SOLK zijn. Het is voor een zorgvrager al een
vervelend gevoel dat de klachten niet verklaard kunnen worden, dus dan is
het des te belangrijker dat de zorgvrager zich op zijn gemak voelt.
Kan uitleggen waarom pijn een perceptie wordt genoemd (in plaats van
sensatie). Pijn wordt een perceptie genoemd omdat het meer is dan alleen
een fysieke reactie op een prikkel. Het omvat ook een subjectieve
component die afhankelijk is van iemands ervaring, emoties en
interpretatie van de sensorische informatie.
Kan psychosociaal factoren benoemen in pijn perceptie. De emoties en
stemming: iemand kan ongerust zijn, angstig zijn of zich depressief voelen
over pijn. Cognities: wat is voor iemand de betekenis van pijn? En de
aandacht afleiden. Sociale bekrachtiging: het is heel belangrijk hoe de
omgeving mee gaat in de pijn.
Week 10
De student:
Kan benoemen hoe de zelfredzaamheid kan worden bevorderd bij
zorgvragers. Door dagbesteding, lichamelijk, psychisch en cognitief
functioneren, sociaal netwerk, woonsituatie, huishouden, algemene
dagelijkse levensverrichtingen, mobiliteit en financiën.
Kan benoemen welke soorten hulpmiddelen er zijn om de zelfredzaamheid
te vergroten. Er zijn hulpmiddelen mogelijk vanuit de
ziekteverzekeringswet, de wmo of de wlz.
Kan onderzoeken hoe duur een hulpmiddel is. Dit is te vinden op internet.
Kan benoemen welke zorg vanuit de Wet Maatschappelijke Ondersteuning
(Wmo) bekostigd en geregeld wordt. Door middel van een
keukentafelgesprek wordt er gekeken wat er voor hulp nodig en
beschikbaar is en dit wordt bekostigd door de gemeente en mensen
betalen een eigen bijdrage aan het CAK.
Kan beschrijven wat er in richtlijnen wordt beschreven. Een richtlijn is een
document dat het doel heeft de besluitvorming van de zorgprofessional te
ondersteunen en aan te geven wat gedaan kan worden gedurende een
bepaald zorgproces bij een omschreven groep cliënten. In richtlijnen wordt
beschreven welke zorg je zou moeten verlenen bij een diagnose en het kan
per locatie verschillen. In een richtlijn staat wat je aan diagnostiek en
behandeling doet, het zijn aanbevelingen en geen stappenplan. Ze zijn
gebaseerd op evidence based en klinische ervaringen.
De student:
Kan beschrijven wat effecten kunnen zijn van empathie. Een zorgvrager
voelt zich gehoord en gezien.
Kan de voorwaarden van persoonsgerichte counseling herkennen in een
casus. Congruentie, onvoorwaardelijke positieve waardering en empathie.
Kan uitleggen hoe hij zichzelf schat op de persoonlijkheidstrek ‘Empathie’.
Ik zou mijzelf een tien geven op de persoonlijkheidstrek ‘empathie’, omdat
ik mij heel erg goed kan inleven in een ander en heel benieuwd ben naar
de ander.
Kan beschrijven wat de rol van empathie is bij Somatisch Onvoldoende
verklaarde Lichamelijke Klachten (SOLK). Het is heel belangrijk om een
zorgvrager het gevoel te geven dat deze persoon gehoord en gezien is,
ondanks dat de klachten SOLK zijn. Het is voor een zorgvrager al een
vervelend gevoel dat de klachten niet verklaard kunnen worden, dus dan is
het des te belangrijker dat de zorgvrager zich op zijn gemak voelt.
Kan uitleggen waarom pijn een perceptie wordt genoemd (in plaats van
sensatie). Pijn wordt een perceptie genoemd omdat het meer is dan alleen
een fysieke reactie op een prikkel. Het omvat ook een subjectieve
component die afhankelijk is van iemands ervaring, emoties en
interpretatie van de sensorische informatie.
Kan psychosociaal factoren benoemen in pijn perceptie. De emoties en
stemming: iemand kan ongerust zijn, angstig zijn of zich depressief voelen
over pijn. Cognities: wat is voor iemand de betekenis van pijn? En de
aandacht afleiden. Sociale bekrachtiging: het is heel belangrijk hoe de
omgeving mee gaat in de pijn.
Week 10
De student:
Kan benoemen hoe de zelfredzaamheid kan worden bevorderd bij
zorgvragers. Door dagbesteding, lichamelijk, psychisch en cognitief
functioneren, sociaal netwerk, woonsituatie, huishouden, algemene
dagelijkse levensverrichtingen, mobiliteit en financiën.
Kan benoemen welke soorten hulpmiddelen er zijn om de zelfredzaamheid
te vergroten. Er zijn hulpmiddelen mogelijk vanuit de
ziekteverzekeringswet, de wmo of de wlz.
Kan onderzoeken hoe duur een hulpmiddel is. Dit is te vinden op internet.
Kan benoemen welke zorg vanuit de Wet Maatschappelijke Ondersteuning
(Wmo) bekostigd en geregeld wordt. Door middel van een
keukentafelgesprek wordt er gekeken wat er voor hulp nodig en
beschikbaar is en dit wordt bekostigd door de gemeente en mensen
betalen een eigen bijdrage aan het CAK.
Kan beschrijven wat er in richtlijnen wordt beschreven. Een richtlijn is een
document dat het doel heeft de besluitvorming van de zorgprofessional te
ondersteunen en aan te geven wat gedaan kan worden gedurende een
bepaald zorgproces bij een omschreven groep cliënten. In richtlijnen wordt
beschreven welke zorg je zou moeten verlenen bij een diagnose en het kan
per locatie verschillen. In een richtlijn staat wat je aan diagnostiek en
behandeling doet, het zijn aanbevelingen en geen stappenplan. Ze zijn
gebaseerd op evidence based en klinische ervaringen.
