100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting voor basiskennis taalonderwijs

Rating
-
Sold
-
Pages
23
Uploaded on
20-01-2025
Written in
2024/2025

In dit document vind je een samenvatting als goede voorbereiding op de toets 'basiskennis Taal'. De samenvatting is gebaseerd op de toetsdoelen die gegeven zijn door de docent. Elk toets doel is samengevat aan de hand van delen uit het boek, de lesstof en de powerpoints. Een prettig en compact document om een voldoende te halen!

Show more Read less
Institution
Course










Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Connected book

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Summarized whole book?
No
Which chapters are summarized?
Enkele stukken uit het boek, aangevuld met de powerpoints en informatie uit de lessen.
Uploaded on
January 20, 2025
Number of pages
23
Written in
2024/2025
Type
Summary

Subjects

Content preview

Samenvatting Taal PABO

Beginnende geletterdheid - groep 1/2

Multi sensorieel leren = Multi sensorieel leren is een leerstrategie
waarbij je meerdere zintuigen tegelijk inzet. Het gaat erom dat je leert
door verschillende zintuigen te combineren, zoals:
Zien: (bijvoorbeeld afbeeldingen)
Horen: (bijvoorbeeld muziek)
Voelen: (bijvoorbeeld letters maken van klei, schrijven in zand etc.)
Bewegen: (bijvoorbeeld dans, naspelen van een verhaal)
Ruiken en proeven: (bijvoorbeeld bij ontdekken van smaken, voedsel etc.)

4 voorleesvormen:
Interactief voorlezen = Bespreek de titel van het boek. Waar denken de
kinderen dat dit verhaal over zal gaan? Vraag wat er te zien is op de kaft?
Waar zal het verhaal zich afspelen? Wie komen er voor in het boek? Welke
emoties kun je zien?

Herhaald voorlezen = Geeft leerlingen de kans om het verhaal
grondiger te verwerken en meer inzicht te krijgen in structuren, verbanden
en woordbetekenissen.

Belevend voorlezen = Gaat over empathie, inleven en meeleven met de
personages. Ook is het belangrijk dat de leerkracht door het meedelen en
het uiten van de eigen gevoelen, belevingen en het stellen van
belevingsvragen die betrokkenheid kan optimaliseren.

Literair voorlezen = Hierbij staat het boek en het voorlezen centraal en
niet het thema, een pop of de gesprekjes tijdens het voorlezen. Ze
worden geattendeerd op het bestaan van personages, perspectief, tijd,
ruimte en spanning en leren onderdelen ervan herkennen. Ook stimuleert
het een kritische luisterhouding, wat weer van belang is voor het latere
begrijpend lezen.

Er zijn voor de leerlingen enkele leesvoorwaarden om het lezen goed
onder de knie te krijgen.
Leesvoorwaarden:
1. Fonologische bewustzijn = Het kunnen reflecteren op de
klankvorm van de taal. Hierbij draait het om luisteren, zinnen en
woorden, rijmen en klankgroepen.
 Hierbij gaat het nog vooral om het omgaan met de klanken. Het
hakken van lettergrepen, plakken van lettergrepen en rijmen.
2. Fonemische bewustzijn = Hierbij is het besef dat woorden uit
fonemen zijn opgebouwd.
 Echt het uitspreken van volledige woorden en de betekenis ervan
weten.
 Fonemen = zijn klanken die door een letter of combinatie van
letters worden weergegeven.

, 3. Letterkennis = Bij letterkennis gaat het om klanktekenkoppeling,
waarbij het kind de klank (en niet de naam) van een letter kan
koppelen aan het beeld van een letterteken.
4. Benoemsnelheid = de snelheid waarmee een reeks symbolen
(plaatjes, kleuren, letters en cijfers) benoemd kan worden.

Foneem = Een klank die betekenisverschil veroorzaakt tussen woorden.
Vis en vies. Hierbij zijn de fonemen /i/ en /ie/ betekenis onderscheidend.

Het fonologische coherentiemodel
Fonologische coherentiemodel = een theoretische model dat beschrijft
hoe fonologische informatie in de hersenen wordt georganiseerd en
verwerkt tijdens het leren lezen en spellen. Ene kind onthoudt beter het
woord, ander de klank en ander de afbeelding.




De verschillende stappen van het fonologische coherentiemodel:
1. Gericht werken aan fonologische bewustzijn
Hierbij ontwikkelen de leerlingen vaardigheden zoals het
herkennen, manipuleren en segmenteren van klanken in woorden
(zoals rijmen, klanksegmentatie en synthese)
 Didactische handelen: activiteiten zoals klapspelletjes, zoals het
aantal klanken in een woordtellen, rijmoefeningen en klankgroepen
maken.

2. Expliciete koppeling tussen fonemen en grafemen
Het aanleren van klank-tekenkoppelingen is cruciaal, zodat
kinderen begrijpen hoe klanken en letters met elkaar verbonden
zijn.
 Didactische handelen: systematische en stapsgewijs letters
introduceren, bijvoorbeeld met expliciete instructie en visuele
ondersteuning.

3. Herhaling en automatisering
Het versterken van de fonologische representaties vereist
oefening en herhaling. Dit helpt bij de automatisering van lees-
en spellingsvaardigheden.

, Didactische handelen: dagelijkse korte oefeningen in
fonemisch bewustzijn en letterherkenning.



4. Signaleren en remediëren van problemen
Leerlingen met zwakke fonologische representaties (bijvoorbeeld
kinderen met dyslexie) hebben specifieke ondersteuning nodig.
Didactische handelen: Intensieve interventies zoals extra
oefening in klankbewustzijn, het gebruik van visuele
hulpmiddelen en multisensoriele aanpakken (bijvoorbeeld
schrijven, uitspreken en horen tegelijkertijd)

5. Rijke taalomgeving
Een taalrijke omgeving bevordert de ontwikkeling van
fonologische vaardigheden. Hierin komen luisteren, spreken,
lezen en schrijven samen.
Didactische handelen: veelvuldig voorlezen, interactieve
gesprekken en gevarieerd taalmateriaal aanbieden.

Tussendoelen van beginnende geletterdheid: Vanaf groep 1 tot en
met groep 3.
1. Boekoriëntatie
 Kinderen begrijpen dat illustraties en tekst samen een verhaal
vertellen
 Ze weten dat boeken worden gelezen van voor naar achter,
bladzijden van boven naar beneden en regels van links naar rechts
 Ze weten dat verhalen een opbouw hebben
 Ze kunnen aan de hand van de omslag van een boek de inhoud van
het boek voorspellen
 Kinderen weten dat je vragen over een boek kunt stellen. Dat helpt
je om goed naar het verhaal te luisteren en te letten op illustraties

2. Verhaalbegrip
 Kinderen begrijpen de taal van voorleesboeken. Ze kunnen
conclusies trekken en voorspellingen doen
 Kinderen weten dat de meeste verhalen zijn opgebouwd uit een
situatieschets en een episode (een bepaald probleem wordt
opgelost)
 Kinderen kunnen een voorgelezen verhaal naspelen, navertellen met
en zonder steun van illustraties.

3. Functies van geschreven taal
 Kinderen weten dat geschreven taalproducten (bijv. brieven/boeken)
een communicatief doel hebben
 Kinderen weten dat symbolen (logo’s/pictogrammen) verwijzen naar
taalhandelingen
 Kinderen weten dat tekenen en tekens mogelijkheden bieden tot
communicatie
$7.17
Get access to the full document:

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached

Get to know the seller
Seller avatar
maresdebruijn
4.0
(1)

Get to know the seller

Seller avatar
maresdebruijn Saxion Hogeschool
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
8
Member since
1 year
Number of followers
0
Documents
6
Last sold
7 months ago

4.0

1 reviews

5
0
4
1
3
0
2
0
1
0

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions