Samenvatting Inleiding Recht
Week 1
College 1 Inleiding Recht/ Terreinverkenning
Voorbereidingsopdracht:
Bekijk voor de bijeenkomst onderstaande video en maak de volgende vragen:
1. Wat is materieel recht?
2. Wat is formeel recht?
3. Waarom is het onderscheid tussen materieel en formeel recht belangrijk?
4. In welke rechtsbronnen vind je materieel en formeel recht?
https://www.youtube.com/watch?
time_continue=63&v=TOOMZjkkJqk&feature=emb_logo
Instructievideo Casus OplossenMedia collection
, 1
hoge
raad
5 gerechtshoven
11 rechtbanken
Beslissingen/uitspraken doen aan de hand van wetboeken en kennis +
het afwegen van zaken om tot het juiste besluit: om juiste rechtvaardige
uitspraak te doen.
Cursus Inleiding Recht
Week 1 Terreinverkenning B-opdrachten
Opdracht 1 Introductieopdracht
Op de introductiepagina in Moodle van deze cursus staan drie juridische
symbolen: wat is de juridische betekenis van deze symbolen?
, Opdracht 2 Introductieopdracht
Een van de voorbereidingsopdrachten is een mindmap maken van jouw
associaties met recht. Welk juridisch thema (mag alles zijn: van een theorie,
maatschappelijk fenomeen of probleem tot een specifiek strafbaar feit) heeft
jouw aandacht, interesse of intrigeert en zou je meer willen weten? Beschrijf dit
zo concreet en gedetailleerd mogelijk.
Opdracht 3
Zoek op in de wettenbundel
1. Artikel 56 Grondwet: welke eisen worden gesteld aan het lidmaatschap
van de Staten- Generaal?
2. Artikel 112 Grondwet: welke opdracht wordt hier gegeven en aan wie?
Wat is burgerlijk recht?
3. Zoek in het register het volgende trefwoord op: overeenkomst. Wat valt je
op? Is het trefwoord ‘overeenkomst’ een goed gekozen trefwoord?
4. Zoek in het register het volgende trefwoord op: doodstraf. Wat valt je op?
Naar welke regelingen wordt verwezen als je op dit trefwoord zoekt? Wat
bepaalt de Nederlandse regeling omtrent de doodstraf en welke regeling is
dit?
5. Zoek in het register het volgende trefwoord op: onrechtmatige daad. In
welk wetsartikel staat de definitie van de onrechtmatige daad? In welk
wetsartikel is de onrechtmatige daad gepleegd door kinderen geregeld?
6. Bij opdracht 2 heb je een juridisch thema beschreven: zoek op welke
wetsartikel(en) hierbij horen.
Opdracht 4
1. Ontleed de volgende wetsartikelen in rechtsvoorwaarde(n) en
rechtsgevolg(en).
2. Geef daarbij aan of het om cumulatieve of alternatieve
rechtsvoorwaarden/ rechtsgevolgen gaat:
1. Artikel 56 Grondwet;
2. Artikel 3:33 BW;
3. Artikel 3:84 lid 1 BW;
4. Artikel 1a, lid 2 Wet gelijke behandeling van mannen en vrouwen;
5. Artikel 310 Wetboek van Strafrecht
6. Ontleed een van de artikelen die je bij opdracht 3.6 hebt gevonden. Je mag
er een willekeurige uitkiezen, maar wel een artikel dat het meeste bij jouw
juridische thema past.
Week 1
College 1 Inleiding Recht/ Terreinverkenning
Voorbereidingsopdracht:
Bekijk voor de bijeenkomst onderstaande video en maak de volgende vragen:
1. Wat is materieel recht?
2. Wat is formeel recht?
3. Waarom is het onderscheid tussen materieel en formeel recht belangrijk?
4. In welke rechtsbronnen vind je materieel en formeel recht?
https://www.youtube.com/watch?
time_continue=63&v=TOOMZjkkJqk&feature=emb_logo
Instructievideo Casus OplossenMedia collection
, 1
hoge
raad
5 gerechtshoven
11 rechtbanken
Beslissingen/uitspraken doen aan de hand van wetboeken en kennis +
het afwegen van zaken om tot het juiste besluit: om juiste rechtvaardige
uitspraak te doen.
Cursus Inleiding Recht
Week 1 Terreinverkenning B-opdrachten
Opdracht 1 Introductieopdracht
Op de introductiepagina in Moodle van deze cursus staan drie juridische
symbolen: wat is de juridische betekenis van deze symbolen?
, Opdracht 2 Introductieopdracht
Een van de voorbereidingsopdrachten is een mindmap maken van jouw
associaties met recht. Welk juridisch thema (mag alles zijn: van een theorie,
maatschappelijk fenomeen of probleem tot een specifiek strafbaar feit) heeft
jouw aandacht, interesse of intrigeert en zou je meer willen weten? Beschrijf dit
zo concreet en gedetailleerd mogelijk.
Opdracht 3
Zoek op in de wettenbundel
1. Artikel 56 Grondwet: welke eisen worden gesteld aan het lidmaatschap
van de Staten- Generaal?
2. Artikel 112 Grondwet: welke opdracht wordt hier gegeven en aan wie?
Wat is burgerlijk recht?
3. Zoek in het register het volgende trefwoord op: overeenkomst. Wat valt je
op? Is het trefwoord ‘overeenkomst’ een goed gekozen trefwoord?
4. Zoek in het register het volgende trefwoord op: doodstraf. Wat valt je op?
Naar welke regelingen wordt verwezen als je op dit trefwoord zoekt? Wat
bepaalt de Nederlandse regeling omtrent de doodstraf en welke regeling is
dit?
5. Zoek in het register het volgende trefwoord op: onrechtmatige daad. In
welk wetsartikel staat de definitie van de onrechtmatige daad? In welk
wetsartikel is de onrechtmatige daad gepleegd door kinderen geregeld?
6. Bij opdracht 2 heb je een juridisch thema beschreven: zoek op welke
wetsartikel(en) hierbij horen.
Opdracht 4
1. Ontleed de volgende wetsartikelen in rechtsvoorwaarde(n) en
rechtsgevolg(en).
2. Geef daarbij aan of het om cumulatieve of alternatieve
rechtsvoorwaarden/ rechtsgevolgen gaat:
1. Artikel 56 Grondwet;
2. Artikel 3:33 BW;
3. Artikel 3:84 lid 1 BW;
4. Artikel 1a, lid 2 Wet gelijke behandeling van mannen en vrouwen;
5. Artikel 310 Wetboek van Strafrecht
6. Ontleed een van de artikelen die je bij opdracht 3.6 hebt gevonden. Je mag
er een willekeurige uitkiezen, maar wel een artikel dat het meeste bij jouw
juridische thema past.