Antwoorden oefentoets 2.1
1. B
2. B
3. B (nooit competentievoorschrift zonder Doelcreterium)
4. A (alles wat met bevoegdheidstoekenning te maken heeft is het
attributiebeginsel)
5. B
6. B
7. B
8. A
9. C
10.B (toetsingsverbod koppelen --> je mag wetten en verdragen niet toetsen
aan de grondwet alleen wetten in matriele zin mogen getoetst worden)
11.C
12.A (Formele wet mag wel worden getoetst aan verdragen)
13.C
14.A
15.C
16.B (gaat het erover dat de zaak al helder is) (antwoord C is acte eclaire)
17.C
18.B
19.C (zowel douane unie als vrijhandelszone)
20.A !!!!! (je moet als lidstaten elkaars standaarden accepteren)
21.B
22.C
23.B
24.B
25.A (procedure waarbij secundair EU recht tot stand komt)
26.B ( regels er voor zorgen dat bedrijven eerlijk concurreren)
27.C
28.C (afspraken maken onderling) (art. 101 VWEU)
29.A
30.B
1. B
2. B
3. B (nooit competentievoorschrift zonder Doelcreterium)
4. A (alles wat met bevoegdheidstoekenning te maken heeft is het
attributiebeginsel)
5. B
6. B
7. B
8. A
9. C
10.B (toetsingsverbod koppelen --> je mag wetten en verdragen niet toetsen
aan de grondwet alleen wetten in matriele zin mogen getoetst worden)
11.C
12.A (Formele wet mag wel worden getoetst aan verdragen)
13.C
14.A
15.C
16.B (gaat het erover dat de zaak al helder is) (antwoord C is acte eclaire)
17.C
18.B
19.C (zowel douane unie als vrijhandelszone)
20.A !!!!! (je moet als lidstaten elkaars standaarden accepteren)
21.B
22.C
23.B
24.B
25.A (procedure waarbij secundair EU recht tot stand komt)
26.B ( regels er voor zorgen dat bedrijven eerlijk concurreren)
27.C
28.C (afspraken maken onderling) (art. 101 VWEU)
29.A
30.B