Consumentenpsychologie
H5 Cultuur
5.1 Wat is cultuur?
De marketeer is geneigd zijn eigen cultuur als uitgangspunt te nemen voor strategie en
tactiek. Vaak is het niet duidelijk welke aspecten cultuurgebonden zijn en daardoor in een
andere cultuur een ander effect zullen hebben.
Cultuur: alles wat mensen hebben, denken en doen als leden van hun maatschappij. Cultuur
heeft betrekking op materiële zaken, ideeën, normen, waarden, attituden en gedrag van
mensen. Er is binnen bedrijven ook sprake van cultuur, organisatiecultuur. Verschillende
soorten markten worden ook wel marktcultuur genoemd.
Cultuur heeft ook invloed op de marketing. Producten kunnen in andere landen worden
geïntroduceerd, het overnemen van aspecten van een andere cultuur wordt ook wel diffusie
genoemd. Een nieuw product kan worden gezien als een innovatie wanneer het gebruik van
het product een aanpassing van het gedrag van de consument vereist. Door betere
aanpassing aan een plaatselijke cultuur wordt een product sneller geaccepteerd. Bij een
promotie is het belangrijk dat de boodschap moet aansluiten op de rollenpatronen in een
bepaalde cultuur. Ook zijn er tussen culturen verschillende soorten distributiekanalen
geschikt.
5.2 Kenmerken van cultuur
1. Cultuur is een samenhangend geheel: aspecten van een cultuur zijn bijvoorbeeld
onderwijs, politiek, techniek, media, economie, rechtssysteem, religie en
samenlevingsvormen. Alle aspecten beïnvloeden elkaar.
2. Cultuur is aangeleerd: normen en waarden zijn aangeleerd. Deze worden door
socialisatie doorgegeven. Het aanleren van de eigen cultuur wordt enculturatie
genoemd. Het aanleren van een nieuwe cultuur heet acculturatie. Bij integratie is er
sprake van helemaal opgaan in de cultuur waar je naar verhuisd bent of verblijft.
3. Cultuur kent universele aspecten: bepaalde aspecten komen in verschillende
vormen overal in de wereld voor. Etnocentrisme is het verschijnsel dat een individu
een andere cultuur beoordeelt of evalueert met zijn eigen cultuur als maatstaf.
4. Cultuur is onzichtbaar: wanneer mensen niet bewust zijn van de invloed van cultuur
op hun gedrag zijn dat niet-merkbare invloeden.
5. Cultuur is functioneel: het voorzien in specifieke behoeften die zich bij
samenlevingen voordoen. Andere functies zijn; 1. Ordende functie: het plaatsen van
gebeurtenissen en gedragingen uit het verleden, juist/onjuist. 2. Richtinggevende
functie: geeft aan hoe iemand zich zou moeten gedragen, gericht op toekomstig
gedrag. 3. Betekenis gevende functie: inschatten van de betekenis van specifieke
gebeurtenissen of gedragingen.
6. Cultuur is veranderlijk: mensen zijn continu naar betere mogelijkheden aan het
zoeken om hun behoeften te voorzien. Veranderingen die een cultuur doormaakt
kunnen van 2 kanten komen. 1 Interne oorzaken van verandering: technische
ontwikkelingen, demografische ontwikkelingen, ideeën en economische
ontwikkelingen. 2 Externe oorzaken van verandering: overname van producten of
ideeën uit andere culturen (diffusie). Er vind wederzijdse uitwisseling plaats tussen
meer en minder ontwikkelde culturen.
1
H5 Cultuur
5.1 Wat is cultuur?
De marketeer is geneigd zijn eigen cultuur als uitgangspunt te nemen voor strategie en
tactiek. Vaak is het niet duidelijk welke aspecten cultuurgebonden zijn en daardoor in een
andere cultuur een ander effect zullen hebben.
Cultuur: alles wat mensen hebben, denken en doen als leden van hun maatschappij. Cultuur
heeft betrekking op materiële zaken, ideeën, normen, waarden, attituden en gedrag van
mensen. Er is binnen bedrijven ook sprake van cultuur, organisatiecultuur. Verschillende
soorten markten worden ook wel marktcultuur genoemd.
Cultuur heeft ook invloed op de marketing. Producten kunnen in andere landen worden
geïntroduceerd, het overnemen van aspecten van een andere cultuur wordt ook wel diffusie
genoemd. Een nieuw product kan worden gezien als een innovatie wanneer het gebruik van
het product een aanpassing van het gedrag van de consument vereist. Door betere
aanpassing aan een plaatselijke cultuur wordt een product sneller geaccepteerd. Bij een
promotie is het belangrijk dat de boodschap moet aansluiten op de rollenpatronen in een
bepaalde cultuur. Ook zijn er tussen culturen verschillende soorten distributiekanalen
geschikt.
5.2 Kenmerken van cultuur
1. Cultuur is een samenhangend geheel: aspecten van een cultuur zijn bijvoorbeeld
onderwijs, politiek, techniek, media, economie, rechtssysteem, religie en
samenlevingsvormen. Alle aspecten beïnvloeden elkaar.
2. Cultuur is aangeleerd: normen en waarden zijn aangeleerd. Deze worden door
socialisatie doorgegeven. Het aanleren van de eigen cultuur wordt enculturatie
genoemd. Het aanleren van een nieuwe cultuur heet acculturatie. Bij integratie is er
sprake van helemaal opgaan in de cultuur waar je naar verhuisd bent of verblijft.
3. Cultuur kent universele aspecten: bepaalde aspecten komen in verschillende
vormen overal in de wereld voor. Etnocentrisme is het verschijnsel dat een individu
een andere cultuur beoordeelt of evalueert met zijn eigen cultuur als maatstaf.
4. Cultuur is onzichtbaar: wanneer mensen niet bewust zijn van de invloed van cultuur
op hun gedrag zijn dat niet-merkbare invloeden.
5. Cultuur is functioneel: het voorzien in specifieke behoeften die zich bij
samenlevingen voordoen. Andere functies zijn; 1. Ordende functie: het plaatsen van
gebeurtenissen en gedragingen uit het verleden, juist/onjuist. 2. Richtinggevende
functie: geeft aan hoe iemand zich zou moeten gedragen, gericht op toekomstig
gedrag. 3. Betekenis gevende functie: inschatten van de betekenis van specifieke
gebeurtenissen of gedragingen.
6. Cultuur is veranderlijk: mensen zijn continu naar betere mogelijkheden aan het
zoeken om hun behoeften te voorzien. Veranderingen die een cultuur doormaakt
kunnen van 2 kanten komen. 1 Interne oorzaken van verandering: technische
ontwikkelingen, demografische ontwikkelingen, ideeën en economische
ontwikkelingen. 2 Externe oorzaken van verandering: overname van producten of
ideeën uit andere culturen (diffusie). Er vind wederzijdse uitwisseling plaats tussen
meer en minder ontwikkelde culturen.
1