Kua Havo 5 De Bespiegeling H8, Cultuur van het Moderne samenvatting

Samenvatting kunst algemeen Havo 5.
De Bespiegeling Hoofdstuk 8: Cultuur van het Moderne (1900-
1945)


Modernisme-dans
Het expressionistisch ballet en moderne dans in Europa:
In Rusland bloeide het ballet op. Sergei Diaghilev organiseerde veel
balletvoorstelingen, met zijn theatergezelschap Les Ballets Russes, waarbij hij
samenwerkte met onder andere de bekende choreograaf Michel Fokine, de
componist Igor Stravinsky en Rusland’s bekendste ballet danser Vaslav Nijinsky. De
voorstellingen van Les Ballets Russes waren niet zoals de klassieke ballet
voorstellingen die men gewend was.
Ze waren juist vernieuwend door:
 Expressionistische dans; de dansers dansen vanuit hun personage. Dit is
duidelijk terug te zien in Petrushka.
 Erotiek, bijvoorbeeld het tafereel met de sjaal op het einde van l’Après Midi
d’un Faune.
 De kostuums waren kleurrijk en apart
 Ongebruikelijke manier van dans; stijf en houterig in plaats van soepel. Bij Le
Sacre du Printemps wordt er ook veel gesprongen, wat ook apart was.
 Andere rolverdeling; in Le Spectre de la Rose is de mannelijke danser de
hoofddanser in plaats van de ballerina
In de rest van Europa raakte het ballet echter in verval en ontstonden er gehele
nieuwe danskunsten. Zo had je Isadora Duncan die met alledaagse bewegingen
danste op blote voeten en in een loshangend gewaad, Loïe Fuller die doeken en
stokken gebruikte voor haar dans en dat kleurde met licht en Dennishawn die
allemaal verschillende soorten dans combineerden.
Verder was er nog dans expressionisme, ook wel Ausdruckstanz. De danser kan
door middel van dans uitdrukking geven aan gevoel, ideeën en strevingen. Dit deed
bijvoorbeeld Mary Wigman door haar karakter expressionistisch te maken met
maskers en haar lichaam te gebruiken als instrument. Voor Wigman was het
belangrijk dat ze door de zeggingskracht van de beweging zelf diepe en sterke
emoties tot uiting bracht. Ademhaling was hier ook belangrijk bij, voor een golvende,
harmonieuze bewegingsstijl.

, Moderne dans in de VS
Tegelijkertijd met de opkomst van de blues en jazz, ontwikkelden in Afro-
Amerikaanse gemeenschappen ook nieuwe vormen van dans, namelijk de Lindy
Hop, de tapdans en de cakewalk.

Lindy Hop
 Ritmisch
 Acrobatisch
 Partnerdans
 Improvisatie
Lindy hop is een dansstijl die opkwam in de tijd van de swing en werd dus gedanst
op jazzmuziek. Lindy hop is een dynamische en energieke dansstijl, waar, net als bij
jazz, spontaniteit belangrijk is. Dansers bedenken vaak nieuwe bewegingen tijdens
de dans. Kenmerkend voor Lindy hop zijn de partnerdans, de acrobatische
elementen zoals lifts en flips en de swing-outs.

Tapdans
 Extra ritme toevoegen aan de muziek
 Imitatie van andere instrumenten
Bij tapdans wordt gebruik gemaakt van metalen plaatjes onder de schoenen,
waardoor de schoenen geluid maken wanneer ze op de grond tikken. Tapdansers
gebruiken de vloer als percussie-instrument. Vaak is dit in combinatie met muziek,
maar tapdansers kunnen ook solo hun eigen ritme creëren. De muziek krijgt zo een
extra ritme, omdat zwakkere tellen worden benadrukt en er soms wordt
geïmproviseerd.

Cakewalk
 Overdreven
 Elegant
 Kort en stapsgewijs
 Satire/imitatie
De cakewalk is ontstaan op plantages waar Afro-Amerikanen werkten als imitatie van
hun slavenhouders. De cakewalk werd gedanst met elegante passen en een rechte
houding. Deze bewegingen werden overdreven, zodat de dans een satirische
ondertoon kreeg. De dansers probeerden elkaars overdreven cakewalk steeds te
overtreffen, wat zorgde voor een competitief element.