VOEDING EN SONDEVOEDING
11.1 VOEDINGSLEER
Voedingsleer is wetenschap vn voedingsmiddelen, voedingsstoffen en
andere stoffen die in voeding zitten, en hoe deze in ons lichaam werken.
Van levensbelang zijn:
- Koolhydraten
- Vetten
- Eiwitten
- In vet en wateroplosbare vitaminen
- Mineralen en water
Lichaam goed evenwicht tussen voedingsstoffen, vitaminen en mineralen
nodig voor
Energie, groei, ontwikkeling, weefselherstel, regulering en
onderhoud vn processen i/h lichaam.
Ondervoeding wanneer evenwicht wordt verstoord
Gebrek aan voedingsstof veroorzaakt abnormaliteit die nrl verdwijnt als
gebrek wordt gecorrigeerd. Gebrek kan gevolg zijn vn verminderde
inname voeding, ziekte of interacties van geneesmiddelen.
11.1.1 ADH EN REFERENTIEWAARDE VOOR DE INNAME
Aanbevelingen zijn gebaseerd op behoefte vn een gemiddelde, gezonde
persoon vn bepaalde:
- Leeftijd
- Geslacht
- Gewicht
- Lengte
- Mate vn lichaamsbeweging
Zodat inname vn energie de behoefte aan energie niet overschrijdt
vetzucht (adipositas, obesitas) wordt voorkomen.
Body mass index-tabel
Normaal gewicht 18.5-24.5
Overgewicht 25-29.9
Obesitas 30-39.9
Morbide obesitas >40
1
, Energie producerende voedingsstoffen = macronutriënten
- Koolhydraten (45-65%)
- Vetten (20-35%)
- Eiwitten (10-35%)
11.2 MACRONUTRIËNTEN
11.2.1 KOOLHYDRATEN
Bron van energie
Bevat: koolstof, waterstof, zuurstof
Koolhydraten enkelvoudige suikers: zetmeel en cellulose
Koolhydraten (geraffineerde), witte suiker, witte rijst en bloem= makkelijk
verteren
- Veroorzaken schommelingen i/d bloedsuikerspiegel
- Geven honger gevoel
Koolhydraten zoals zetmeel, volkoren, sommige vruchten, groenten=
complexer
- Verfijndere enzymprocessen
- Langzamer in glucose omgezet
Glucose in lichaam als bloedsuiker, wordt door weefsels gebruikt als
brandstof
- Rode bloedlichaampjes
- Centraal zenuwstelsel
- Placenta
- Foetus
Min 100gr koolhydraten per dag voor hersenen (ketose te voorkomen)
Deel glucose in lever verwerkt, in glycogeen omgezet opgeslagen in lever
Te weinig koolhydraten: verlies energie, depressiviteit, ketose, afbraak
lichaamseiwitten
11.2.2 VETTEN
Lipiden -> omgezet in glycerol en vrije vetzuren -> in cel gebruikt
energieleverancier
Vetten dragers vn in vet oplosbare vit A,D,E,K
2
11.1 VOEDINGSLEER
Voedingsleer is wetenschap vn voedingsmiddelen, voedingsstoffen en
andere stoffen die in voeding zitten, en hoe deze in ons lichaam werken.
Van levensbelang zijn:
- Koolhydraten
- Vetten
- Eiwitten
- In vet en wateroplosbare vitaminen
- Mineralen en water
Lichaam goed evenwicht tussen voedingsstoffen, vitaminen en mineralen
nodig voor
Energie, groei, ontwikkeling, weefselherstel, regulering en
onderhoud vn processen i/h lichaam.
Ondervoeding wanneer evenwicht wordt verstoord
Gebrek aan voedingsstof veroorzaakt abnormaliteit die nrl verdwijnt als
gebrek wordt gecorrigeerd. Gebrek kan gevolg zijn vn verminderde
inname voeding, ziekte of interacties van geneesmiddelen.
11.1.1 ADH EN REFERENTIEWAARDE VOOR DE INNAME
Aanbevelingen zijn gebaseerd op behoefte vn een gemiddelde, gezonde
persoon vn bepaalde:
- Leeftijd
- Geslacht
- Gewicht
- Lengte
- Mate vn lichaamsbeweging
Zodat inname vn energie de behoefte aan energie niet overschrijdt
vetzucht (adipositas, obesitas) wordt voorkomen.
Body mass index-tabel
Normaal gewicht 18.5-24.5
Overgewicht 25-29.9
Obesitas 30-39.9
Morbide obesitas >40
1
, Energie producerende voedingsstoffen = macronutriënten
- Koolhydraten (45-65%)
- Vetten (20-35%)
- Eiwitten (10-35%)
11.2 MACRONUTRIËNTEN
11.2.1 KOOLHYDRATEN
Bron van energie
Bevat: koolstof, waterstof, zuurstof
Koolhydraten enkelvoudige suikers: zetmeel en cellulose
Koolhydraten (geraffineerde), witte suiker, witte rijst en bloem= makkelijk
verteren
- Veroorzaken schommelingen i/d bloedsuikerspiegel
- Geven honger gevoel
Koolhydraten zoals zetmeel, volkoren, sommige vruchten, groenten=
complexer
- Verfijndere enzymprocessen
- Langzamer in glucose omgezet
Glucose in lichaam als bloedsuiker, wordt door weefsels gebruikt als
brandstof
- Rode bloedlichaampjes
- Centraal zenuwstelsel
- Placenta
- Foetus
Min 100gr koolhydraten per dag voor hersenen (ketose te voorkomen)
Deel glucose in lever verwerkt, in glycogeen omgezet opgeslagen in lever
Te weinig koolhydraten: verlies energie, depressiviteit, ketose, afbraak
lichaamseiwitten
11.2.2 VETTEN
Lipiden -> omgezet in glycerol en vrije vetzuren -> in cel gebruikt
energieleverancier
Vetten dragers vn in vet oplosbare vit A,D,E,K
2