Blok 1.2
Hoorcollege 1 Vetten
Leerdoelen
De estergroep komt in de toets. Alcohol + carbonzuur = ester + water. Esters ontstaan uit een
condensatiereactie tussen een alcohol/suiker en een zuur/zuurchloride. Ziet er zo uit:
Je moet deze slide uit je hoofd leren: de linker structuurformule: glycerol. Pamitinezuur hoef je niet
te leren. Veresteren = wanneer je glycerol en palmitinezuur samenvoegt. Water splitst dan af. Dit is
de condensatiereactie. Hydrolyse is juist andersom. Dit is wanneer je water nodig hebt en stoffen
gaat splitsen.
1. Deel de vetten in categorieën in, op basis van hun structuur
- Verzadigde vetzuren: bij verzadigde vetzuren heb je alleen maar enkele bindingen en geen dubbele
bindingen. Molecuulformule: CnH2n+1COOH
- Enkelvoudig onverzadigde vetzuren.
Enkelvoudig onverzadigde vetzuren hebben een dubbele binding.
- Meervoudig onverzadigde vetzuren
Meervoudig onverzadigde vetzuren hebben twee of meer dubbele bindingen.
,Naam
- palminezuur = C15H31COOH, 0 dubbele bindingen
- Stearinezuur = C17H35COOH, 0 dubbele bindingen dus verzadigd vetzuur → wel 18 C atomen
omdat je die van COOH meetelt.
- Oliezuur = C17H33COOH, 1 dubbele binding dus een enkelvoudig onverzadigd vetzuur
- linolzuur = C17H31COOH,2 dubbele bindingen dus een meervoudig onverzadigd vetzuur
- linoleenzuur = C17H29COOH, 3 dubbele bindingen dus een meervoudig onverzadigd vetzuur
Op de toets: je krijgt linoleenzuur, hoeveel dubbele bindingen zitten daarin. Hoe zie je dit?
Een enkelvoudige binding kan draaien/is inwendig vrij draaibaar. Voorbeeld: ethaanmolecuul
, Een dubbele binding is niet inwendig vrij draaibaar. Voorbeeld: etheenmolecuul
De dubbele binding is een starre binding. Je kan het molecuul wel draaien maar de binding niet.
Cis en trans
Cis = wanneer je Br (of welke groep dan ook) aan dezelfde kant staan (beide boven of beneden). Cis
herken je aan een tafeltje.
Trans = wanneer de Br (of welke groep dan ook) aan verschillende kanten staan. Trans herken je aan
een stoeltje.
Tip: als de dubbele binding bij het eerste of laatste koolstofatoom zit heb je nooit cistrans isomerie.
Bij trans zie je stoeltjes (H’tjes) en bij Cis zie je tafeltjes (H’tjes).
Door condities van hydrogeneren (hoge temperatuur, katalysator) kan een dubbele binding
‘’omklappen’’: cis veranderd dan in trans.