OZT Urologie, Mw Marleen van Gelder
Urologische chirurgie
1 Positionering van de patiënt
1.2 Liggingen
1.2.1 Rugligging
De hoek tussen een arm en de zijkant van de romp moet daarbij kleiner zijn dan negentig graden.
Daarmee wordt overrekking voorkomen van de zenuwbundels die, via de tweede halswervel en
onder de clavicula door, de arm bereiken.
Figuur 1 rugligging
1.2.2 Steensnedeligging
Figuur 2 steensnedeligging
De benen worden door twee personen gelijktijdig in de steunen geplaatst en ook weer op dezelfde
manier teruggelegd als de ingreep beëindigd is. Het is van belang hieraan aandacht te besteden
omdat het niet ondenkbaar is dat er een heup wordt geluxeerd of een knie overstrekt.
1.2.3 Zijligging met lumbotomieknik
De lumbotomieknik vormt het midden tussen de twaalfde rib en de darmbeenkam.
, Figuur 3 zijligging met lumbotomieknik
Een andere methode om een patiënt in zijligging te positioneren is door gebruik te maken van een
vacuümmatras. Na het uitknikken wordt deze matras vacuüm gezogen zodat de patiënt stabiel
gefixeerd ligt. Als men met een vacuümmatras werkt, kunnen de steunen achterwege worden
gelaten.
1.2.4 Buikligging
Voordat de patiënt in buikligging wordt geplaatst, wordt hij in rugligging onder narcose gebracht.
Er komt een kussen onder de thorax en een kleine rol onder het bekken. De buik ligt zodoende vrij en
heeft ruimte om uit te zetten tijdens de ademhaling. Verder wordt er een kleine rol onder de wreven
geplaatst ter voorkoming van spitsvoeten.
Figuur 4 buikligging
4 Specifieke benodigdheden bij urologische ingrepen
4.1 Katheters
4.1.1 Algemeen
Onder blaaskatheterisatie wordt verstaan het inbrengen van een katheter in de blaas, waardoor de
urine kan aflopen. Er kan onderscheid gemaakt worden in:
- Eenmalige katheterisatie, bijvoorbeeld bij een acute retentieblaas.
- Intermitterende katheterisatie, bij een neurogene blaas.
- Continue katheterisatie; bij een chronische afvoerstoornis wordt een verblijfkatheter via de
urethra (katheter à demeure) in de blaas gebracht, of via een kunstmatige opening in de
buikwand, net boven het os pubis (suprapubische katheter).
Urologische chirurgie
1 Positionering van de patiënt
1.2 Liggingen
1.2.1 Rugligging
De hoek tussen een arm en de zijkant van de romp moet daarbij kleiner zijn dan negentig graden.
Daarmee wordt overrekking voorkomen van de zenuwbundels die, via de tweede halswervel en
onder de clavicula door, de arm bereiken.
Figuur 1 rugligging
1.2.2 Steensnedeligging
Figuur 2 steensnedeligging
De benen worden door twee personen gelijktijdig in de steunen geplaatst en ook weer op dezelfde
manier teruggelegd als de ingreep beëindigd is. Het is van belang hieraan aandacht te besteden
omdat het niet ondenkbaar is dat er een heup wordt geluxeerd of een knie overstrekt.
1.2.3 Zijligging met lumbotomieknik
De lumbotomieknik vormt het midden tussen de twaalfde rib en de darmbeenkam.
, Figuur 3 zijligging met lumbotomieknik
Een andere methode om een patiënt in zijligging te positioneren is door gebruik te maken van een
vacuümmatras. Na het uitknikken wordt deze matras vacuüm gezogen zodat de patiënt stabiel
gefixeerd ligt. Als men met een vacuümmatras werkt, kunnen de steunen achterwege worden
gelaten.
1.2.4 Buikligging
Voordat de patiënt in buikligging wordt geplaatst, wordt hij in rugligging onder narcose gebracht.
Er komt een kussen onder de thorax en een kleine rol onder het bekken. De buik ligt zodoende vrij en
heeft ruimte om uit te zetten tijdens de ademhaling. Verder wordt er een kleine rol onder de wreven
geplaatst ter voorkoming van spitsvoeten.
Figuur 4 buikligging
4 Specifieke benodigdheden bij urologische ingrepen
4.1 Katheters
4.1.1 Algemeen
Onder blaaskatheterisatie wordt verstaan het inbrengen van een katheter in de blaas, waardoor de
urine kan aflopen. Er kan onderscheid gemaakt worden in:
- Eenmalige katheterisatie, bijvoorbeeld bij een acute retentieblaas.
- Intermitterende katheterisatie, bij een neurogene blaas.
- Continue katheterisatie; bij een chronische afvoerstoornis wordt een verblijfkatheter via de
urethra (katheter à demeure) in de blaas gebracht, of via een kunstmatige opening in de
buikwand, net boven het os pubis (suprapubische katheter).