Samenvatting taalontwikkeling
Les 1
Oorsprong kindertaal
● Ontwikkeling moedertaal
○ Jonge leeftijd
○ Hoge snelheid
● Welke prikkels/mechanismen doen een kind een taal leren?
○ Theoretische vraag
○ Therapeutisch belangrijk
○ Theoretische modellen
Behavioristische visie
● Oudste verklaring, psychologie
● Operante conditionering
○ Bestudeert enkel uitwendig waarneembaar gedrag
○ Gedragsequens
■ Reflex
■ Aangeleerd
○ (S → R) + beloning = vaker (S → R) = aanleren
○ (S → R) + straf = minder (S → R) = afleren
○ Alles tussen S en R = black box
○ Generalisatie
■ (S’) + (S → R) wordt (S’ → R)
● Taalontwikkeling
○ Een gedrag zoals een ander
○ Skinner
○ Verbal behaviour
■ Taalontwikkeling in termen van stimuli, responsen, beloningen en
straffen
○ Gebrabbel baby
○ Opzettelijke imitatie
■ Geluidsproductie met toevallige gelijkenis, hoe gebrekkig ook, met
uiting vd volwassene + enthousiasme ouders
○ Nazeggen
■ (S’ = moeder zegt iets → R = kind zegt ongeveer na) + blijk
genegenheid → vaker nazeggen
○ Woordenschatontwikkeling
■ Generalisatie
, ■ (S’ = kind ziet beeld hond) + (S= moeder zegt hond) → R = kind
imiteert spraakgeluid als [ɔ]) + blijk genegenheid → zo leert kind dat
geluid hond bij beeld hond hoort
● Kritieken
○ Theorie proefdieren (rat in skinner box)
○ Brown & Harlow
■ Tussenkomst ouders
● Waarheidsgehalte
● Niet voor correcte uitspraak, grammatica
○ Creativiteit
■ Neologismen
■ Rijmpjes
■ Grammaticaliteitsoordeel
● Voordelen
○ Basisidee belonend optreden goed gedrag
■ Toepassingen logopedische therapie
○ Sommige taaluitingen: eenvoudig aanleer mechanisme
Nativistische visie
● Noam Chomsky
○ Amerikaanse taalkundige
○ Hypothese universele grammatica
■ Aangeboren taal eigen aan de mens
■ Verklaart taalovereenkomsten
■ Abstracte basisregels toepasbaar elke taal
● S = NP + VP
● NP → (Det) + nA + N
● VP → V + NP
● Grammaticaal correcte zinnen
○ Transformationeel generatieve grammatica ⇔ behaviorisme
● Argumenten pro
○ Neuropsychologische uitrusting is universeel
■ Alle mensen gelijk (uitz. hersenletsel)
■ Fundamentele gelijkenis tussen talen
■ Beschreven onder vorm universele grammatica
■ Aangeboren taalvaardigheden
○ Language acquisition device
■ Taal uiterst complex
■ Kinderen leren in sneltempo
■ Ondanks aanvankelijk beperkte mentale mogelijkheden
○ Lenneberg, Pinker
■ Kinderen volgen zelfde programma
■ Zelfde tijdschema
■ Levensomstandigheden ≠
● Uniformiteit → biologische verankering taal
, ○ Genie
○ Wolfskinderen
■ Geen milieu-inbreng op taalgebied (bvb. verwaarlozing)
■ Gevoelige periode
● < 6 jaar: redelijke kans herstel
● > 6 jaar: nooit volledig herstel
● // tweedetaalverwerving
● // hersenbeschadiging
● → biologisch vastliggend tijdschema voor ontplooiing vd
aangeboren taalgaven
○ Originaliteit en creativiteit grammatica
■ Overgeneralisaties
■ Omgeving
○ Pidgintaal en creolisering
■ Optreden taalsystematiek in en door (paar) generatie(s)
● Suikerrietplantages Hawaï
● Nicaragua 1979 LSN: Linguaje de Signos Nicaragüense
○ Erfelijke taaldefecten
■ Specific Language Impairment
■ Familiale voorgeschiedenis
● Categoriale perceptie - Patricia Kuhl
○ Spraaklankcontrasten
○ Continuüm van kunstspraakprikkels baby’s
■ Vb. langzaam overgaan van typische ‘r’ naar ‘l’
■ Varianten systematisch wijzigen in gelijke stapjes
■ Gepercipieerd als twee reeksen van gelijke klanken waartussen
abrupt (niet geleidelijk) overgeschakeld wordt
■ Baby’s merken en negeren zelfde onderscheiden
■ Voor spraakklankcontrasten van alle talen
■ → aangeboren fonetisch-fonologische vaardigheid
○ Fonetisch-fonologische vaardigheid
■ Auditieve zintuigen mogelijkheden
■ Stemloze fricatieven minder, want stiller
○ Bij apen ook
○ Ook bij niet-spraak stimuli
○ Onderscheidingsvermogen klankcontrasten voor andere talen stopt op 1 jaar
■ Nativistische verklaring
● Aangeboren klankkenmerkdetectoren sterven af → omgeving
● Door gebrek stimulering
● Gevoelige periode
■ Andere verklaring
● Merken irrelevante klankcontrasten nog wel op
● Reserveren aandacht voor de relevante
● Native Language Magnet-theorie (NML) - Kuhl
○ Kinderen merken fonetische contrasten uit alle talen
■ → Aard van het gehoor
Les 1
Oorsprong kindertaal
● Ontwikkeling moedertaal
○ Jonge leeftijd
○ Hoge snelheid
● Welke prikkels/mechanismen doen een kind een taal leren?
○ Theoretische vraag
○ Therapeutisch belangrijk
○ Theoretische modellen
Behavioristische visie
● Oudste verklaring, psychologie
● Operante conditionering
○ Bestudeert enkel uitwendig waarneembaar gedrag
○ Gedragsequens
■ Reflex
■ Aangeleerd
○ (S → R) + beloning = vaker (S → R) = aanleren
○ (S → R) + straf = minder (S → R) = afleren
○ Alles tussen S en R = black box
○ Generalisatie
■ (S’) + (S → R) wordt (S’ → R)
● Taalontwikkeling
○ Een gedrag zoals een ander
○ Skinner
○ Verbal behaviour
■ Taalontwikkeling in termen van stimuli, responsen, beloningen en
straffen
○ Gebrabbel baby
○ Opzettelijke imitatie
■ Geluidsproductie met toevallige gelijkenis, hoe gebrekkig ook, met
uiting vd volwassene + enthousiasme ouders
○ Nazeggen
■ (S’ = moeder zegt iets → R = kind zegt ongeveer na) + blijk
genegenheid → vaker nazeggen
○ Woordenschatontwikkeling
■ Generalisatie
, ■ (S’ = kind ziet beeld hond) + (S= moeder zegt hond) → R = kind
imiteert spraakgeluid als [ɔ]) + blijk genegenheid → zo leert kind dat
geluid hond bij beeld hond hoort
● Kritieken
○ Theorie proefdieren (rat in skinner box)
○ Brown & Harlow
■ Tussenkomst ouders
● Waarheidsgehalte
● Niet voor correcte uitspraak, grammatica
○ Creativiteit
■ Neologismen
■ Rijmpjes
■ Grammaticaliteitsoordeel
● Voordelen
○ Basisidee belonend optreden goed gedrag
■ Toepassingen logopedische therapie
○ Sommige taaluitingen: eenvoudig aanleer mechanisme
Nativistische visie
● Noam Chomsky
○ Amerikaanse taalkundige
○ Hypothese universele grammatica
■ Aangeboren taal eigen aan de mens
■ Verklaart taalovereenkomsten
■ Abstracte basisregels toepasbaar elke taal
● S = NP + VP
● NP → (Det) + nA + N
● VP → V + NP
● Grammaticaal correcte zinnen
○ Transformationeel generatieve grammatica ⇔ behaviorisme
● Argumenten pro
○ Neuropsychologische uitrusting is universeel
■ Alle mensen gelijk (uitz. hersenletsel)
■ Fundamentele gelijkenis tussen talen
■ Beschreven onder vorm universele grammatica
■ Aangeboren taalvaardigheden
○ Language acquisition device
■ Taal uiterst complex
■ Kinderen leren in sneltempo
■ Ondanks aanvankelijk beperkte mentale mogelijkheden
○ Lenneberg, Pinker
■ Kinderen volgen zelfde programma
■ Zelfde tijdschema
■ Levensomstandigheden ≠
● Uniformiteit → biologische verankering taal
, ○ Genie
○ Wolfskinderen
■ Geen milieu-inbreng op taalgebied (bvb. verwaarlozing)
■ Gevoelige periode
● < 6 jaar: redelijke kans herstel
● > 6 jaar: nooit volledig herstel
● // tweedetaalverwerving
● // hersenbeschadiging
● → biologisch vastliggend tijdschema voor ontplooiing vd
aangeboren taalgaven
○ Originaliteit en creativiteit grammatica
■ Overgeneralisaties
■ Omgeving
○ Pidgintaal en creolisering
■ Optreden taalsystematiek in en door (paar) generatie(s)
● Suikerrietplantages Hawaï
● Nicaragua 1979 LSN: Linguaje de Signos Nicaragüense
○ Erfelijke taaldefecten
■ Specific Language Impairment
■ Familiale voorgeschiedenis
● Categoriale perceptie - Patricia Kuhl
○ Spraaklankcontrasten
○ Continuüm van kunstspraakprikkels baby’s
■ Vb. langzaam overgaan van typische ‘r’ naar ‘l’
■ Varianten systematisch wijzigen in gelijke stapjes
■ Gepercipieerd als twee reeksen van gelijke klanken waartussen
abrupt (niet geleidelijk) overgeschakeld wordt
■ Baby’s merken en negeren zelfde onderscheiden
■ Voor spraakklankcontrasten van alle talen
■ → aangeboren fonetisch-fonologische vaardigheid
○ Fonetisch-fonologische vaardigheid
■ Auditieve zintuigen mogelijkheden
■ Stemloze fricatieven minder, want stiller
○ Bij apen ook
○ Ook bij niet-spraak stimuli
○ Onderscheidingsvermogen klankcontrasten voor andere talen stopt op 1 jaar
■ Nativistische verklaring
● Aangeboren klankkenmerkdetectoren sterven af → omgeving
● Door gebrek stimulering
● Gevoelige periode
■ Andere verklaring
● Merken irrelevante klankcontrasten nog wel op
● Reserveren aandacht voor de relevante
● Native Language Magnet-theorie (NML) - Kuhl
○ Kinderen merken fonetische contrasten uit alle talen
■ → Aard van het gehoor