Samenvatting psychomotoriek
Inleidende begrippen motorische ontwikkeling
Definiëring
● Wat is ontwikkeling
○ Verandering in functionele capaciteit
○ Gerelateerd aan leeftijd
○ Min of meer sequentieel (maar daarom niet lineair!)
○ Sociale, cognitieve, emotionele, motorische…
○ Omvat volledige levensloop
■ Pre-perinataal
■ Baby’s en peuters
■ Kinderen
■ Volwassenen
■ Ouderen
○ Ontwikkeling vd reactietijd
■ Snelle ontwikkeling tot puberteit
■ Stabilisatie tot 40j.
■ Langzame vertraging vanaf 40j.
● Motorische ontwikkeling omvat de veranderingen in motorisch gedrag gedurende de
levensloop en processen aan basis van deze veranderingen
● = sequentieel, continu, leeftijdsgerelateerd proces waarbij veranderingen in
motorisch gedrag (of gedragsmogelijkheden) optreden en studie vd factoren die deze
veranderingen mee bepalen
● Aging = motorische ontwikkeling wanneer de fysieke mogelijkheden vh lichaam over
hun piek heen zijn
● Motorische controle
○ Studie vd processen en factoren die instaan voor de controle van
doelgerichte, gecoördineerde bewegingsuitvoering
● Motorisch leren
○ = relatief permanente veranderingen in gedragsmogelijkheden als gevolg
oefening en ervaring
○ Vaak interferentie met motorische ontwikkeling
● Fysieke groei
○ Kwantitatieve toename in afmetingen
○ (<> groei spiermassa door training)
● Maturatie
○ Rijping van systemen
,Constraints model van Newell (1986)
● Constraint
○ = beperking
○ Maar ook: mogelijkheid
● Constraints bij lopen
○ Peuter vs volwassene (I)
○ Below-knee amputee (I)
○ Strand vs betonvloer (O)
○ Joggen vs bus halen (T)
○ Interactie
● Individuele constraints
○ Structurele C’s
■ Lengte, gewicht, spiermassa
■ Wijzigen langzaam tijdens ontwikkeling
○ Functionele C’s
■ Motivatie, coördinatie, aandacht
■ Kunnen snel wijzigen
● Omgevingsconstraints
○ Fysiek
○ Socio-cultureel
, ● Taakconstraints
○ Regels, materiaal
■ Sport
■ Patiënt die na revalidatie naar huis terugkeert
Coördinatie
● Aantal vrijheidsgraden/bewegingsmogelijkheden in ons lichaam is quasi oneindig
groot
● Hoe slagen we erin deze keer op keer te combineren in een goed georganiseerde
actie
● = basis om vlot nieuwe vaardigheden aan te leren (bouwsteen)
● Hoe meet je coördinatie
○ Test die zo weinig mogelijk appelleert op kracht, snelheid, lenigheid of
uithouding
○ Meer accent op sensomotorische aspect
○ Jongleren, mikken, vangen, samenspel tussen lichaamsdelen
■ Niet evident
Coördinatie, motorische competentie, motoriek en fysieke fitheid
, Het meten van motorische ontwikkeling: onderzoeksdesigns
● 1. Longitudinaal design
○ Het opvolgen van eenzelfde groep individuen over langere tijd
○ Pro
■ Zuiver design
○ Contra
■ Grote tijdsinvestering
■ Grote drop-out
● Overlijden
● Niet terug te vinden
● Geen medewerking meer
● 2. Cross-sectioneel
○ Groepen individuen verschillende leeftijden op een bepaald moment met
elkaar vergelijken
○ Pro
■ Veel informatie op korte termijn
○ Contra
■ Naast leeftijd (~ ontwikkeling) meer kans op storende invloeden
■ Je vergelijkt verschillende individuen met elkaar
● 3. Best of both worlds: gecombineerd design
○ Verschillende cohortes (generaties) opnemen
■ Nulmeting of baseline
■ Longitudinaal opvolgen (beperkte tijdsduur)
○ Overlap in leeftijd voorzien op verschillende tijdsstippen om mogelijke bias te
controleren
○ Pro
■ Onderzoeksperiode korter dan periode waarover onderzoek wordt
gedaan
■ Sneller onderzoeksresultaten (in vgl longitudinaal design)
○ Contra
■ Complexer, meer middelen op korte tijd nodig
Het meten van motorische ontwikkeling: variatie
● Het gemiddelde individu bestaat niet: variatie is constanten
○ Mijlpalen vroeger/later bereikt
○ Mijlpalen worden in andere volgorde bereikt
○ Vertraging - deviatie - dissociatie
○ Verschillen in actueel niveau: cross-sectioneel
○ Verschillen in ontwikkelingstempo
Coördinatie en variatie
● Gestuurd door brein
Inleidende begrippen motorische ontwikkeling
Definiëring
● Wat is ontwikkeling
○ Verandering in functionele capaciteit
○ Gerelateerd aan leeftijd
○ Min of meer sequentieel (maar daarom niet lineair!)
○ Sociale, cognitieve, emotionele, motorische…
○ Omvat volledige levensloop
■ Pre-perinataal
■ Baby’s en peuters
■ Kinderen
■ Volwassenen
■ Ouderen
○ Ontwikkeling vd reactietijd
■ Snelle ontwikkeling tot puberteit
■ Stabilisatie tot 40j.
■ Langzame vertraging vanaf 40j.
● Motorische ontwikkeling omvat de veranderingen in motorisch gedrag gedurende de
levensloop en processen aan basis van deze veranderingen
● = sequentieel, continu, leeftijdsgerelateerd proces waarbij veranderingen in
motorisch gedrag (of gedragsmogelijkheden) optreden en studie vd factoren die deze
veranderingen mee bepalen
● Aging = motorische ontwikkeling wanneer de fysieke mogelijkheden vh lichaam over
hun piek heen zijn
● Motorische controle
○ Studie vd processen en factoren die instaan voor de controle van
doelgerichte, gecoördineerde bewegingsuitvoering
● Motorisch leren
○ = relatief permanente veranderingen in gedragsmogelijkheden als gevolg
oefening en ervaring
○ Vaak interferentie met motorische ontwikkeling
● Fysieke groei
○ Kwantitatieve toename in afmetingen
○ (<> groei spiermassa door training)
● Maturatie
○ Rijping van systemen
,Constraints model van Newell (1986)
● Constraint
○ = beperking
○ Maar ook: mogelijkheid
● Constraints bij lopen
○ Peuter vs volwassene (I)
○ Below-knee amputee (I)
○ Strand vs betonvloer (O)
○ Joggen vs bus halen (T)
○ Interactie
● Individuele constraints
○ Structurele C’s
■ Lengte, gewicht, spiermassa
■ Wijzigen langzaam tijdens ontwikkeling
○ Functionele C’s
■ Motivatie, coördinatie, aandacht
■ Kunnen snel wijzigen
● Omgevingsconstraints
○ Fysiek
○ Socio-cultureel
, ● Taakconstraints
○ Regels, materiaal
■ Sport
■ Patiënt die na revalidatie naar huis terugkeert
Coördinatie
● Aantal vrijheidsgraden/bewegingsmogelijkheden in ons lichaam is quasi oneindig
groot
● Hoe slagen we erin deze keer op keer te combineren in een goed georganiseerde
actie
● = basis om vlot nieuwe vaardigheden aan te leren (bouwsteen)
● Hoe meet je coördinatie
○ Test die zo weinig mogelijk appelleert op kracht, snelheid, lenigheid of
uithouding
○ Meer accent op sensomotorische aspect
○ Jongleren, mikken, vangen, samenspel tussen lichaamsdelen
■ Niet evident
Coördinatie, motorische competentie, motoriek en fysieke fitheid
, Het meten van motorische ontwikkeling: onderzoeksdesigns
● 1. Longitudinaal design
○ Het opvolgen van eenzelfde groep individuen over langere tijd
○ Pro
■ Zuiver design
○ Contra
■ Grote tijdsinvestering
■ Grote drop-out
● Overlijden
● Niet terug te vinden
● Geen medewerking meer
● 2. Cross-sectioneel
○ Groepen individuen verschillende leeftijden op een bepaald moment met
elkaar vergelijken
○ Pro
■ Veel informatie op korte termijn
○ Contra
■ Naast leeftijd (~ ontwikkeling) meer kans op storende invloeden
■ Je vergelijkt verschillende individuen met elkaar
● 3. Best of both worlds: gecombineerd design
○ Verschillende cohortes (generaties) opnemen
■ Nulmeting of baseline
■ Longitudinaal opvolgen (beperkte tijdsduur)
○ Overlap in leeftijd voorzien op verschillende tijdsstippen om mogelijke bias te
controleren
○ Pro
■ Onderzoeksperiode korter dan periode waarover onderzoek wordt
gedaan
■ Sneller onderzoeksresultaten (in vgl longitudinaal design)
○ Contra
■ Complexer, meer middelen op korte tijd nodig
Het meten van motorische ontwikkeling: variatie
● Het gemiddelde individu bestaat niet: variatie is constanten
○ Mijlpalen vroeger/later bereikt
○ Mijlpalen worden in andere volgorde bereikt
○ Vertraging - deviatie - dissociatie
○ Verschillen in actueel niveau: cross-sectioneel
○ Verschillen in ontwikkelingstempo
Coördinatie en variatie
● Gestuurd door brein