100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting Week 8 RA-1

Rating
3.0
(1)
Sold
2
Pages
56
Uploaded on
18-12-2019
Written in
2018/2019

Samenvatting van week 8 van het blok RA-1. Bevat zowel college-aantekeningen als studiestof.

Institution
Course











Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Uploaded on
December 18, 2019
Number of pages
56
Written in
2018/2019
Type
Summary

Subjects

Content preview

ZSO Energiemetabolisme

Enzymen
Bouw en werking
- Enzymen: eiwitten
- Actief centrum met specifieke structuur bevindt zich in het eiwit.
- Substraat= stof waarop enzym inwerkt.
Substraatmolecuul past precies in het actieve centrum.
◼ Zodra substraat aan actieve plaats bindt > reactie.
◼ Moment van binding= enzym-substraat-complex.
◼ Na reactie laat ontstane molecuul los van actieve centrum > kan nieuwe reactie weer
plaatsvinden.
o Enzym wordt dus gebruikt, maar niet verbruikt.
◼ Doordat substraat en actieve centrum precies op elkaar passen: zijn enzymen substraat-
specifiek.
o Elk enzym > werkt in op 1 stof.




Activeringsenergie
= de energie die een systeem nodig heeft om een chemische reactie te laten verlopen.
- Enzymen verlagen de energiedrempel van een reactie, zodat er minder activeringsenergie
nodig is.
- Chemische reactie: bewegingen van moleculen en botsing van moleculen tegen elkaar.

,Enzymactiviteit
= de snelheid waarmee een enzym een reactie versnelt.
- Wordt uitgedrukt in hoeveelheid substraat die per tijdseenheid wordt omgezet of in de
hoeveelheid reactieproduct die per tijdseenheid ontstaat.
- Wordt beïnvloed door:
◼ Temperatuur
◼ Zuurgraad
◼ Concentratie deelnemende stoffen
◼ Bindingen van enzymen met stoffen die de activiteit kunnen verhogen of remmen




Co-factoren
= als een enzym voor zijn werking een ander enzym nodig heeft > dit molecuul is dan een co-factor.
- Het eigenlijke enzymmolecuul wordt dan apo-enzym genoemd.
- Kan organische of anorganische stof zijn.
◼ Anorganische co-factoren: metaal-ionen, zoals ZN-ionen in hydrolase-enzymen.
◼ Organische stof: co-enzym.
o Veel vitamines, NADH.




Vertering en opname
Soorten voedingsstoffen
- Monosachariden, water, mineralen en vitaminen kunnen zonder vertering in het bloed
worden opgenomen.
- Eiwitten, polysachariden, disachariden en vetten moeten eerst worden verteerd.
◼ Eiwitmoleculen > afzonderlijke aminozuren.
◼ Polysachariden/ disachariden > monosachariden.
◼ Vetzuren (triglyceriden) > 2 vetzuurmoleculen een voor een afgesplitst > vrije
vetzuurmoleculen + afzonderlijk monoacylglycerol molecuul.
- Vetten: glycerolmolecuul + 3 vetzuurmoleculen > triglyceriden.

, ◼ Brandstof, eventueel bouwstof (bv. fosfolipiden als bestanddeel van celmembranen).
◼ Bij te veel vet > reserve-energiebron onder huid en rondom organen.
- Koolhydraten: monosachariden (glucose, fructose), disachariden (sacharose, lactose) en
polysachariden (zetmeel, glycogeen).
◼ Belangrijke brandstoffen, eventueel bouwstof (DNA-molecuul bevat bv. Ribose).
◼ Bij te veel koolhydraten > overtollige hoeveelheid opgeslagen in lichaam.
o Klein deel hiervan omgezet in glycogeen en opgeslagen in lever en spieren.
o Grootste deel overtollige wordt omgezet in vet en opgeslagen onder huid of
rondom organen.
- Eiwitten: polymeren van aminozuren.
◼ Tijdens vertering: polymeren gesplitst > afzonderlijke aminozuren > kunnen worden
opgenomen in bloed.
◼ 20 verschillende aminozuren, 12 kan lichaam zelf maken (in lever: door bv.
transaminering, overplaatsen aminogroep) en overige 8 zijn essentieel dus moet via
voedsel.
◼ Belangrijke bouwstoffen, ook evt. bij transport betrokken.
◼ Aminogroepen die niet bij synthese van eiwitten worden gebruikt > uitgescheiden met
urine als ureum.
◼ Ontstaan stoffen die bv. deel uitmaken van glycolyse, zoals pyruvaat > eiwit kan ook nog
energie dus leveren.
o Gebeurt bij overschot aan aminozuren en onvoldoende glucose.




Mechanische vertering
- Zorgt ervoor dat de chemische vertering beter op het voedsel kan inwerken.
- Mond: door kiezen en tanden vermalen tot kleinere stukjes > totale oppervlak van voedsel
wordt vergroot.
- Wand van darmkanaal: bevinden zich kring- en lengtespier: door afwisselend samentrekken
van deze spieren ontstaat darmperistaltiek > voedselbrij wordt voortgeduwd/ gekneed en
gemengd met verteringssappen.

Chemische vertering
- Mondholte: voedsel gemengd met speeksel.

, ◼ Speeksel bevat slijm > bevordert slikken
◼ Enzym amylase > breekt deel van zetmeel af tot maltose (disacharide)
- Maag: hormoon gastrine uit maagwand regelt productie van maagsap.
◼ Maagsap bevat o.a. zoutzuur, slijm en pepsinogeen
o Pepsinogeen is een inactief pro-enzym dat onder invloed van zoutzuur >
omgezet in pepsine.
o Pepsine betrokken bij splitsing eiwitmoleculen tot polypeptiden
◼ Zoutzuur doodt bacteriën
◼ Slijm beschermt maagwand tegen zoutzuur
- Dunne darm: via pylorus (maagportier) worden kleine hoeveelheden van voedselbolus een
voor een doorgelaten tot duodenum
◼ Zure voedselbrij stimuleert bepaalde cellen in wand van duodenum tot uitscheiding van
hormonen secretine en choleystokinine.
- Lever & pancreas:
◼ Secretine stimuleert lever tot produceren > gal en alvleesklier tot secretie van
natriumwaterstofcarbonaat (is basisch, neutraliseert zoutzuur uit maag)
◼ Cholecytstokinine stimuleert galblaas > afgifte gal en alvleesklier tot secretie van
enzymen
o Alvleessap: pro-enzym trypsinogeen en enzymen peptidase, amylase en lipase.
o Peptidase: breekt verteringsproducten verder af tot di- en tripeptiden en
aminozuren.
o Amylase: verdere afbraak zetmeel en maltose.
o Lipase: splitst triglyceriden tot vetzuurmoleculen en monoacylglycerol.
◼ Gal: bevat galkleurstoffen en galzouten
o Galzouten: verdelen grote vetdruppels > kleine druppeltjes: emulgeren > totale
oppervlak van vetdruppels wordt sterk vergroot > lipases kunnen de vetten beter
splitsen.

Opname
- Voornamelijk in dunne darm vindt opname plaats van voedingsstoffen.
◼ Wand is sterk geplooid
◼ Op darmplooien bevinden uitstulpingen (= darmvlokken, of darmvilii)
◼ In darmvili bevinden haarvaten en lymfevaten
◼ Cellen van darmepitheel op vlokken hebben groot aantal kleine uitstulpingen > microvilii.
- Dit alles zorgt voor > enorme oppervlaktevergroting > opname stoffen zeer groot.
- Cellen van darmepitheel nemen water, voedingsstoffen en verteringsproducten op. 2
vormen van stoffentransport via celmembraan:
◼ Passief transport: wanneer concentratie van een stof in darmepitheelcellen lager is dan
in darmholte (voedingsstoffen diffunderen via membraan/membraaneiwitten).
◼ Actief transport: wanneer een stof selectief of tegen concentratieverval in door
transporteiwitten uit darmholte wordt opgenomen (kost energie).
$4.82
Get access to the full document:

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached


Also available in package deal

Reviews from verified buyers

Showing all reviews
5 year ago

3.0

1 reviews

5
0
4
0
3
1
2
0
1
0
Trustworthy reviews on Stuvia

All reviews are made by real Stuvia users after verified purchases.

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
juliajongejan98 Universiteit van Amsterdam
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
219
Member since
8 year
Number of followers
101
Documents
112
Last sold
8 months ago

4.2

63 reviews

5
28
4
19
3
16
2
0
1
0

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions