100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting Hoofdstuk 3: Het kader van het werkveld

Rating
-
Sold
-
Pages
4
Uploaded on
25-11-2019
Written in
2019/2020

Hierbij een samenvatting van hoofdstuk 3 uit het boek ''Werken in Gedwongen Kader''. Dit hoofdstuk gaat over de diverse fasen in de rechtsgang, over detentie en over forensische psychiatrie/zorg. Dit bestand is bruikbaar voor onder andere studenten van de Hogeschool Rotterdam, die momenteel in jaar drie zitten van hun opleiding Social Work (GGZ).

Show more Read less
Institution
Course








Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Connected book

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Summarized whole book?
No
Which chapters are summarized?
Hoofdstuk 3
Uploaded on
November 25, 2019
Number of pages
4
Written in
2019/2020
Type
Summary

Subjects

Content preview

Hoofdstuk 3.1 Forensisch sociale professionals doen hun werk in opdracht van justitiële
instanties/de gemeente. Behalve de opdrachtgevers zijn er gedurende het justitiële traject
verschillende organisaties/professionals bij de delinquent betrokken.
Wanneer iemand een strafbaar feit pleegt en met de politie in aanraking komt zijn er diverse
fasen te onderscheiden in de rechtsgang:

- Aanhouding: wanneer iemand wordt verdacht van een strafbaar feit mag de politie
hem aanhouden en verhoren op het politiebureau. De politie mag hem max 6 uur
vasthouden, waarbij de tijd tussen 0:00 en 09:00 niet meetelt. Forensisch sociale
professionals hebben in deze fase meestal geen rol. Wel kan de reclassering
geïnformeerd worden wanneer de aangehouden persoon onder toezicht staat.

- ZSM-kamer: zorgvuldig, snel en op maat. Deze werkwijze wordt gebruikt bij
veelvoorkomende criminaliteit (VVC): winkeldiefstal, vernieling, huiselijk geweld en
andere vormen van agressie. In een ZSM-kantoor zitten vertegenwoordigers van de
politie, het Openbaar Ministerie, reclassering, Slachtofferhulp Nederland en de Raad
voor de Kinderbescherming bij elkaar. Wanneer de verdachte is aangehouden
spreken deze professionals over de zaak, wisselen zij informatie uit en beslissen ze
zo snel mogelijk over de aanpak. Er wordt gezocht naar een betekenisvolle en
contextgerichte interventie (niet alleen passend voor de daad en de dader, maar doet
tevens ook recht aan de positie van het slachtoffer en als de omgeving merkt dat
daders snel gecorrigeerd worden).

- Inverzekeringstelling: wanneer er voldoende aanleiding is om de verdachte langer
vast te houden, wordt hij voorgeleid aan een officier van justitie die kan besluiten om
hem in verzekering te stellen. Deze fase duurt max. 3 dagen en kan bij dringende
noodzakelijkheid eenmaal voor max 3 dagen worden verlengd. In deze fase heeft de
verdachte recht op een advocaat. De reclassering wordt geïnformeerd over de
inverzekeringstelling en kan besluiten tot een vroeghulpbezoek aan de verdachte. Op
grond van dit bezoek kan een advies worden uitgebracht aan de officier van justitie
en de rechter-commissaris.

- Inbewaringstelling: indien de officier van justitie van mening is dat de verdachte nog
langer moet worden vastgehouden, vordert hij voorgeleiding en een bevel tot
bewaring bij de rechter-commissaris. De bewaring duurt max 14 dagen. De rechter-
commissaris kan ook beslissen om de voorlopige hechtenis te schorsen en daar
eventueel voorwaarden aan te koppelen waar de verdachte zich aan moet houden.

- Gevangenhouding: op vordering van de officier van justitie beslist de rechter in
raadkamer over de gevangenhouding voor max 90 dagen. De verdachte kan in hoger
beroep gaan. Deze bevoegdheden van politie en justitie bij een stafrechtelijk
onderzoek worden dwangmiddelen genoemd. De verdachte wordt dan geplaatst in
een huis van bewaring. De rechter kan in deze fase ook besluiten dat de
omstandigheden zodanig zijn dat het niet nodig is om de verdachte gevangen te
houden. Hij blijft dan wel verdachte.

- Onderzoek door de rechter-commissaris: de officier van justitie kan de rechter-
commissaris vragen om een onderzoek te starten. De rechter-commissaris beschikt
over meer bevoegdheden dan de officier van justitie. De officier heeft de leiding over
de opsporing en is verantwoordelijk voor de vervolging. De rechter krijgt de taak om
toezicht te houden op het verloop van het onderzoek. Daarnaast kan hij op verzoek
van de officier of de verdachte aanvullende onderzoekshandelingen verrichten.
In deze fase kan de officier of rechter de reclassering vragen om een advies uit te
brengen om de rechtszitting te ondersteunen. Een adviseur van de reclassering
$3.61
Get access to the full document:

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached


Also available in package deal

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
ndenb4 Hogeschool Rotterdam
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
77
Member since
8 year
Number of followers
66
Documents
29
Last sold
8 months ago

Ik ben momenteel een derdejaars student Social Work op Hogeschool Rotterdam.

3.6

28 reviews

5
5
4
12
3
7
2
3
1
1

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions