Business Process Simulation Survival Guide – Samenvatting
N.B.: Het oorspronkelijke artikel is in het Engels geschreven en daarom zitten hier en daar wat
Engelse woorden ter verduidelijking. Ook is dit geschreven om de toets te halen. Deze informatie zal
worden gevraagd, maar niet de exacte logica erachter. Het is dus niet erg als je het wiskundige deel
niet voor 100% begrijpt, als je maar onthoudt wat je gelezen hebt.
1. Introductie
-Redenen om een simulatiemodel te gebruiken:
Inzicht krijgen in een bestaande of voorgestelde toekomstige situatie.
Een echt experiment is wellicht te duur.
Een echt experiment is wellicht te gevaarlijk en niet herhaalbaar om juridische, ethische of
veiligheidsredenen.
-Analytische modellen worden gebruikt om bedrijfsprocessen en abstracties te analyseren. Als een
simpel analytisch model net zo goed werkt, gebruik dan geen simulatie.
-Voordelen van simulatie:
Het is flexibel, elke situatie kan worden gesimuleerd.
Het kan worden gebruikt om een breed bereik aan vragen te beantwoorden.
Het stimuleert creativiteit.
Het is makkelijk te begrijpen.
-Nadelen van simulatie:
Een simulatie kan erg tijdsintensief zijn.
Resultaten moeten voorzichtig geïnterpreteerd worden.
Een simulatie geeft geen bewijs over de definitieve uitkomst van een situatie.
2. Traditionele benadering van business process simulation
-Het is belangrijk om bedrijfsprocessen te analyseren voor ze in productie te brengen om
ontwerpfouten eruit te halen en terwijl ze lopen voor diagnostiek en advies aan het
managementteam.
-Twee types simulatie tools:
Simulatietaal = een programmeertaal met specifieke functionaliteiten voor simulatie.
Voorbeelden zijn Simula, GPSS, Simscript, Simpas, MUST en GASP.
o Voordeel: bijna elke situatie is te simuleren.
o Nadeel: tijdsintensief en moeilijk, specifieke vaardigheden zijn vereist.
Simulatiepakket = een tool met bouwblokken voor een bepaald applicatiegebied die de
simulatiemodel snel en grotendeels grafisch creëert. Voorbeelden zijn: Sim-Factory, Witness
en Taylor. Voorbeelden van simulatiepakketten speciaal ontworpen voor workflow analyse
zijn: Protos, COSA, WoPeD en Yasper en de meeste hedendaagse BPM-systemen.
o Voordeel: model wordt snel neergezet.
o Nadeel: vanwege de vooraf ingestelde bouwblokken is het gebied waarop dit
toegepast kan worden beperkt.
, -Tegenwoordig zijn er veel tools met zowel een simulatiepakket als een simulatietaal geïntegreerd in
de tool, inclusief grafisch ontwerpomgeving, grafische analysefuncties en animatietools. Voorbeelden
zijn: Petri-net simulators (ExSpect, CPN Tools) ARENA simulation tool
-Een procesmodel alleen is niet genoeg voor simulatie, er is extra benodigde informatie nodig. Deze
is beschreven in bovenstaande afbeelding.
-In een simulatie moeten keuzes ook meegenomen worden. Daarvoor worden prioriteiten en
probabilities gebruikt. Als een steekproef over 20% van het totaal wordt gedaan, ziet dat eruit als
activiteit b in bovenstaande afbeelding.
-Ook wordt de duur van de activiteit gemodelleerd; door wachttijden is de totale duur veel lange dan
de tijd die eraan besteed wordt in werkuren.
-Wanneer een bepaalde rol nodig is voor een activiteit, wordt dit meegenomen in het model, evenals
de resources die een rol tot zijn beschikking heeft, selectie van resources en volgorde van pending
activiteiten (voorbeelden: First-Come First-Served (FCFS), Last-Come First Served (LCFS), Random
Order (RO), Rush Orders First (ROF) en Shortest Processing Time First (SPTF)).
-‘Number of subruns’, ‘subrun length’ en ‘warm-up period’ moeten worden ingesteld om de
betrouwbaarheidsintervallen te berekenen.
-In de afbeelding op de volgende pagina is de BPM levenscyclus te zien. In de blauwe fase wordt een
procesmodel ontworpen. In de groene fase wordt deze getransformeerd in een werkend systeem. In
de rode fase worden de processen uitgevoerd en aangepast waar nodig. Dit is geen herontwerpen,
vaste controles worden gebruikt om het proces aan te passen en te reconfigureren.
N.B.: Het oorspronkelijke artikel is in het Engels geschreven en daarom zitten hier en daar wat
Engelse woorden ter verduidelijking. Ook is dit geschreven om de toets te halen. Deze informatie zal
worden gevraagd, maar niet de exacte logica erachter. Het is dus niet erg als je het wiskundige deel
niet voor 100% begrijpt, als je maar onthoudt wat je gelezen hebt.
1. Introductie
-Redenen om een simulatiemodel te gebruiken:
Inzicht krijgen in een bestaande of voorgestelde toekomstige situatie.
Een echt experiment is wellicht te duur.
Een echt experiment is wellicht te gevaarlijk en niet herhaalbaar om juridische, ethische of
veiligheidsredenen.
-Analytische modellen worden gebruikt om bedrijfsprocessen en abstracties te analyseren. Als een
simpel analytisch model net zo goed werkt, gebruik dan geen simulatie.
-Voordelen van simulatie:
Het is flexibel, elke situatie kan worden gesimuleerd.
Het kan worden gebruikt om een breed bereik aan vragen te beantwoorden.
Het stimuleert creativiteit.
Het is makkelijk te begrijpen.
-Nadelen van simulatie:
Een simulatie kan erg tijdsintensief zijn.
Resultaten moeten voorzichtig geïnterpreteerd worden.
Een simulatie geeft geen bewijs over de definitieve uitkomst van een situatie.
2. Traditionele benadering van business process simulation
-Het is belangrijk om bedrijfsprocessen te analyseren voor ze in productie te brengen om
ontwerpfouten eruit te halen en terwijl ze lopen voor diagnostiek en advies aan het
managementteam.
-Twee types simulatie tools:
Simulatietaal = een programmeertaal met specifieke functionaliteiten voor simulatie.
Voorbeelden zijn Simula, GPSS, Simscript, Simpas, MUST en GASP.
o Voordeel: bijna elke situatie is te simuleren.
o Nadeel: tijdsintensief en moeilijk, specifieke vaardigheden zijn vereist.
Simulatiepakket = een tool met bouwblokken voor een bepaald applicatiegebied die de
simulatiemodel snel en grotendeels grafisch creëert. Voorbeelden zijn: Sim-Factory, Witness
en Taylor. Voorbeelden van simulatiepakketten speciaal ontworpen voor workflow analyse
zijn: Protos, COSA, WoPeD en Yasper en de meeste hedendaagse BPM-systemen.
o Voordeel: model wordt snel neergezet.
o Nadeel: vanwege de vooraf ingestelde bouwblokken is het gebied waarop dit
toegepast kan worden beperkt.
, -Tegenwoordig zijn er veel tools met zowel een simulatiepakket als een simulatietaal geïntegreerd in
de tool, inclusief grafisch ontwerpomgeving, grafische analysefuncties en animatietools. Voorbeelden
zijn: Petri-net simulators (ExSpect, CPN Tools) ARENA simulation tool
-Een procesmodel alleen is niet genoeg voor simulatie, er is extra benodigde informatie nodig. Deze
is beschreven in bovenstaande afbeelding.
-In een simulatie moeten keuzes ook meegenomen worden. Daarvoor worden prioriteiten en
probabilities gebruikt. Als een steekproef over 20% van het totaal wordt gedaan, ziet dat eruit als
activiteit b in bovenstaande afbeelding.
-Ook wordt de duur van de activiteit gemodelleerd; door wachttijden is de totale duur veel lange dan
de tijd die eraan besteed wordt in werkuren.
-Wanneer een bepaalde rol nodig is voor een activiteit, wordt dit meegenomen in het model, evenals
de resources die een rol tot zijn beschikking heeft, selectie van resources en volgorde van pending
activiteiten (voorbeelden: First-Come First-Served (FCFS), Last-Come First Served (LCFS), Random
Order (RO), Rush Orders First (ROF) en Shortest Processing Time First (SPTF)).
-‘Number of subruns’, ‘subrun length’ en ‘warm-up period’ moeten worden ingesteld om de
betrouwbaarheidsintervallen te berekenen.
-In de afbeelding op de volgende pagina is de BPM levenscyclus te zien. In de blauwe fase wordt een
procesmodel ontworpen. In de groene fase wordt deze getransformeerd in een werkend systeem. In
de rode fase worden de processen uitgevoerd en aangepast waar nodig. Dit is geen herontwerpen,
vaste controles worden gebruikt om het proces aan te passen en te reconfigureren.
