Mononeuropathie
= aandoening van 1 zenuw.
Zenuwstelsel
- Centraal: hersenen + hersenstam + ruggenmerg
◼ Myelum
- Perifeer: perifere zenuwen + radices + plexus
◼ Voorzien doelorganen
◼ Radices: wortelen
◼ Plexus: zenuwknoop
Neuropathie n. medianus
- Beknelling van de zenuw
- Door de beknelling kunnen er gevoelsstoornissen ontstaan, zwakte van spieren die door de
zenuw worden voorzien.
>> Carpaal tunnel syndroom (CTS)
- Vaker bij zwangeren.
- Door gevoel, tintelingen, pijn dig. 1-4
- Vooral s ’nachts, wapperen helpt
- Hypesthesie n. Medianus gebied
- Soms krachtsverlies/ atrofie distaal van de beknelling
Diagnose
- Ondervragen, LO
◼ Gebieden vergelijken die binnen en buiten de n. Medianus valt, door hier op te vragen of
het gevoel anders is tussen deze gebieden.
- Aanvullend onderzoek:
◼ Elektromyografie (EMG): zenuwgeleiding meten door elektrisch signaal en meten op
verschillende plekken hoe groot het signaal is
o Latentietijd: tijd tussen stimulus en aankomst bij meten.
o Vergeleken tussen n. Medianus en n. Ulnaris.
◼ Echografie: zenuw in beeld brengen
o Als de zenuw bekneld is verwacht je een geïrriteerde, verdikte zenuw.
◼ Laboratoriumonderzoek: soms schildklier en glucose/ HbA1c
Behandeling
- Eventueel eerst met eens spalk of injectief
- Eventueel operatief, de carpale tunnel wordt ruimer gemaakt
,HC ‘Anatomie centraal vs. perifeer’
Centraal zenuwstelsel
= hersenen en ruggenmerg.
Perifeer zenuwstelsel
= afferent deel (sensibel) + efferent (motorisch) deel.
- (Somato-) motorisch/sensibel: betreft lichaam, willekeurige, bewuste motoriek.
◼ Bv. bewust iets pakken.
- Visceromotorisch/sensibel: gericht op de organen (onwillekeurig)
◼ Bv. darmperistaltiek door de gladde spieren.
Ontwikkeling zenuwstelsel
- Ectoderm > neurale buis wordt gevormd.
◼ Dorsale deel: sensibel, afferent (sensibele vleugelplaat)
◼ Ventrale deel: motorisch, efferent (motorische basaalplaat)
◼ Hiertussen een groeve, sulcus limitans.
- Neurale lijst ontstaat.
- Craniale deel: 3 hersenblaasjes
◼ Prosencephalon: grote hersenen
◼ Mesemcephalon: kleine hersenen + hersenstam
◼ Rhombencephalon: kleine hersenen + hersenstam
Centraal zenuwweefsel
= cellichaam in centraal zenuwstelsel.
- Ontstaat uit cellen van (de wand van) neurale buis.
- Centrale neuronen & perifeer motorische neuronen
◼ Perifeer omdat uitloper in perifeer zenuwstelsel ligt maar centraal ligt de cellichamen.
- Astocyten en oligodendrocyten.
Neuronen
= prikkelgeleidende zenuwcellen.
- Grijze stof: cellichamen en cel-uitlopers (dendrieten en axonen) van de neuronen.
- Witte stof: myeline-schede rondom de axonen (lange uitloper)
- Oligodendrocyten (glia-cellen) liggen rondom de neuronen, dragen bij aan vorming myeline-
schede.
- Astrocyten: type steuncellen
Perifeer zenuwweefsel
= cellichaam buiten centraal zenuwstelsel.
- Ontstaat uit cellen van de (wand
van) de neurale lijst.
- Cellichamen liggen buiten centraal
zenuwstelsel.
- Perifeer sensibele neuronen, post-
synaptische viscero-motorische
neuronen en cellen van Schwann.
,Ruggenmerg
- Vleugelplaat en basaalplaat >> vormen achterhoorn en voorhoorn met zijhoornen.
- Grijze stof (cellichamen van neuronen) komt centraal te liggen, met witte stof (axonen) daar
omheen.
◼ Grijze stof: achterhoorn > sensibel uit vleugelplaat.
◼ Witte stof: voorhoorn > motorisch uit basaalplaat.
◼ Zijhoorn: gemengd.
- Ontstaan fila: vezels die samenkomen in wortels (achterwortel aan de achterkant en
voorwortel aan de voorkant van het ruggenmerg).
◼ Ganglion: ophoping grijze stof buiten centrale zenuwstelsel
◼ Bevindt zich aan de achterzijde, spinale ganglion.
◼ Voorwortel= radix ventralis
◼ Achterwortel= radix dorsalis
- Spinale zenuw: waar de achterwortel en voorwortel samen zijn gekomen.
◼ Ontspringt in achtertak (vooral rug) en voortak (buik, benen etc.)
◼ Voortak= ramus ventralis
◼ Achtertak= ramus dorsalis
◼ Bevat zowel sensibele, motorische en autonome vezels.
- 8 cervicale, 12 thoracale, 5 lumbale, 5 sacrale en 1 coccygeale ruggenmergszenuw.
- Ruggenmerg lijkt in de ontwikkeling op te stijgen doordat de wervelkolom steeds sneller
groeit.
- Plaatselijke verdikkingen in het ruggenmerg: waar armen en benen verbonden zijn met
ruggenmerg.
◼ Intumescentia cervicalis
◼ Intumescentia lumbalis
Vlinderviguur
Grijze stof
- Sensibele achterhoorn
- Autonome zijhoorn= sympathisch en parasympatisch
- Motorische voorhoorn
Witte stof
- Achterstreng
- Zijstreng
- Voorstreng
, Autonome zenuwstelsel
- Cervicaal geen zijhoornen.
- Vooral thoracaal.
Somatotopie van motorische voorhoorn
- Binnenste delen >> innerveren buigspieren
- Buitenste delen >> innerveren strekspieren
- Laterale delen >> innerveren distale extremiteiten spieren
- Mediale delen >> innerveren proximale romp- en extremiteit spieren