Winstbepaling bij ondernemingen
Box 1 Werk & Woning
De kwalificatie is van belang voor het bepalen van de premies en de grondslag.
● Loon uit dienstbetrekking→ wet LB
● Resultaat overige werkzaamheden = Gezamenlijk bedrag van het resultaat uit een
of meer werkzaamheden die geen belastbare winst of belastbaar loon genereren.
Voorwaarden:
- sprake zijn van een dienst of werkzaamheid
- deelname aan het economisch verkeer
- uitzicht zijn op een bate en die bate moet zijn beoogd.
Daarnaast aparte regeling voor:
- voorzienbaar voordelige vermogenstransacties (art. 3.91, 1, c)
- inkomsten uit ter beschikking gesteld vermogen (art 3.91/3.92) → tbs
- inkomsten uit een lucratief belang
● Winst uit de onderneming (art. 3.2) → Gezamenlijk bedrag van de winst die
de belastingplichtige als ondernemer geniet uit een of meer
ondernemingen.
- Artikel 3.8 geeft aan wat er tot de winst hoort. Als een uitgave door de toetsen
komt, is het aftrekbaar.
Begrip onderneming = De vereisten (staat niet in wettenbundel, belangrijk):
A. Duurzame organisatie
B. Kapitaal en arbeid → kernvraag: gaat die normaal vermogensbeheer te
buiten?
C. Deelname economisch verkeer
D. Winstoogmerk, objectief gezien → als er winst is gemaakt is er sowieso
een oogmerk
Je hebt 5 jaar de tijd om aan te tonen dat er winst kan worden gemaakt (art 3.10 IB 2001).
Begrip ondernemer = Vereisten voor ondernemerschap (art. 3.4)
1. Onderneming moet voor zijn rekening worden gedreven. → Wie is er
gerechtigd tot de stille reserves en goodwill?
- Goodwill = alles boven de
- Stille reserves = verschil boekwaarde en economisch verkeer.
2. Rechtstreeks wordt verbonden voor de verbintenissen van de
onderneming. → Als alles ten onder gaat, wie is er dan aansprakelijk?
Belang van kwalificatie als ondernemer: Inkomensdefinities en Fiscale faciliteiten.
Pseudo ondernemer = Tussenvorm (art. 3.3) :Geniet wel winst, maar kwalificeert niet als
ondernemer als bedoeld in art. 3.4.
Totaalwinst = Artikel 3.8 het zinstuk “verkregen uit de onderneming” bepaalt afbakening
privé vs zakelijk. Bij iedere uitgave moet worden beoordeeld of deze tot de winst behoort of
dat het een privé uitgave betreft.
- Inspecteur heeft toetsingsbevoegdheid mbt motief van de uitgaven
(zakelijk belang) ⇒ onderscheidingsrecht.
- Inspecteur heeft toetsingsverbod mbt de hoogte van de uitgaven van ondernemer,
tenzij er geen redelijk denkend beslissing is gemaakt.
Box 1 Werk & Woning
De kwalificatie is van belang voor het bepalen van de premies en de grondslag.
● Loon uit dienstbetrekking→ wet LB
● Resultaat overige werkzaamheden = Gezamenlijk bedrag van het resultaat uit een
of meer werkzaamheden die geen belastbare winst of belastbaar loon genereren.
Voorwaarden:
- sprake zijn van een dienst of werkzaamheid
- deelname aan het economisch verkeer
- uitzicht zijn op een bate en die bate moet zijn beoogd.
Daarnaast aparte regeling voor:
- voorzienbaar voordelige vermogenstransacties (art. 3.91, 1, c)
- inkomsten uit ter beschikking gesteld vermogen (art 3.91/3.92) → tbs
- inkomsten uit een lucratief belang
● Winst uit de onderneming (art. 3.2) → Gezamenlijk bedrag van de winst die
de belastingplichtige als ondernemer geniet uit een of meer
ondernemingen.
- Artikel 3.8 geeft aan wat er tot de winst hoort. Als een uitgave door de toetsen
komt, is het aftrekbaar.
Begrip onderneming = De vereisten (staat niet in wettenbundel, belangrijk):
A. Duurzame organisatie
B. Kapitaal en arbeid → kernvraag: gaat die normaal vermogensbeheer te
buiten?
C. Deelname economisch verkeer
D. Winstoogmerk, objectief gezien → als er winst is gemaakt is er sowieso
een oogmerk
Je hebt 5 jaar de tijd om aan te tonen dat er winst kan worden gemaakt (art 3.10 IB 2001).
Begrip ondernemer = Vereisten voor ondernemerschap (art. 3.4)
1. Onderneming moet voor zijn rekening worden gedreven. → Wie is er
gerechtigd tot de stille reserves en goodwill?
- Goodwill = alles boven de
- Stille reserves = verschil boekwaarde en economisch verkeer.
2. Rechtstreeks wordt verbonden voor de verbintenissen van de
onderneming. → Als alles ten onder gaat, wie is er dan aansprakelijk?
Belang van kwalificatie als ondernemer: Inkomensdefinities en Fiscale faciliteiten.
Pseudo ondernemer = Tussenvorm (art. 3.3) :Geniet wel winst, maar kwalificeert niet als
ondernemer als bedoeld in art. 3.4.
Totaalwinst = Artikel 3.8 het zinstuk “verkregen uit de onderneming” bepaalt afbakening
privé vs zakelijk. Bij iedere uitgave moet worden beoordeeld of deze tot de winst behoort of
dat het een privé uitgave betreft.
- Inspecteur heeft toetsingsbevoegdheid mbt motief van de uitgaven
(zakelijk belang) ⇒ onderscheidingsrecht.
- Inspecteur heeft toetsingsverbod mbt de hoogte van de uitgaven van ondernemer,
tenzij er geen redelijk denkend beslissing is gemaakt.