measures of occurence
measures of disease frequency
I. ratio
= een getal gedeeld door een ander getal
II. proportion
= een ratio waarin de teller ook in de noemer zit (A / A+B)
III. rate (velocity)
= een ratio waarin de teller het aantal events is en de noemer de som is van de follow-up tijd die is bijgedragen
door mensen die risico lopen op het event (in tijd of person-time)
= snelheid waarmee nieuwe gevallen van een bepaalde ziekte (of uitkomst van belang) voorkomen in een
populatie die risico loopt op de ziekte
𝑎𝑎𝑛𝑡𝑎𝑙 𝑝𝑒𝑟𝑠𝑜𝑛𝑒𝑛 𝑑𝑎𝑡 𝑑𝑒 𝑧𝑖𝑒𝑘𝑡𝑒 𝑜𝑛𝑡𝑤𝑖𝑘𝑘𝑒𝑙𝑡 𝑔𝑒𝑑𝑢𝑟𝑒𝑛𝑑𝑒 𝑒𝑒𝑛 𝑏𝑒𝑝𝑎𝑎𝑙𝑑𝑒 𝑝𝑒𝑟𝑖𝑜𝑑𝑒
= 𝑠𝑜𝑚 𝑣𝑎𝑛 𝑑𝑒 "𝑑𝑖𝑠𝑒𝑎𝑠𝑒−𝑓𝑟𝑒𝑒" 𝑡𝑖𝑗𝑑 𝑒𝑟𝑣𝑎𝑟𝑒𝑛 𝑑𝑜𝑜𝑟 𝑑𝑒𝑒𝑙𝑛𝑒𝑚𝑒𝑟𝑠 𝑚𝑒𝑡 𝑒𝑒𝑛 𝑟𝑖𝑠𝑖𝑐𝑜 𝑜𝑝 𝑧𝑖𝑒𝑘𝑡𝑒
IV. incidence count
= totaal aantal nieuwe gevallen van de ziekte in een populatie die risico loopt op de ziekte in een gedefinieerde
tijdsperiode
V. incidence proportion
= risk = cumulative incidence
= totaal aantal nieuwe gevallen in de populatie, gedeeld door het totaal aantal individuen dat risico loopt op de
ziekte in de populatie
𝑡𝑜𝑡𝑎𝑎𝑙 𝑎𝑎𝑛𝑡𝑎𝑙 𝑛𝑖𝑒𝑢𝑤𝑒 𝑔𝑒𝑣𝑎𝑙𝑙𝑒𝑛 𝑖𝑛 𝑒𝑒𝑛 𝑏𝑒𝑝𝑎𝑎𝑙𝑑𝑒 𝑡𝑖𝑗𝑑𝑠𝑝𝑒𝑟𝑖𝑜𝑑𝑒
= 𝑟𝑖𝑠𝑖𝑐𝑜𝑔𝑒𝑣𝑎𝑙𝑙𝑒𝑛 𝑖𝑛 𝑑𝑒 𝑝𝑜𝑝𝑢𝑙𝑎𝑡𝑖𝑒
(𝑖𝑛 %)
VI. attack rate
= cumulative incidence van het oplopen van een ziekte tijdens een epidemie
VII. incidence density rate
= tempo waarin gebeurtenissen (ziektes) in een populatie voorkomen
𝑎𝑎𝑛𝑡𝑎𝑙 (𝑛𝑖𝑒𝑢𝑤𝑒) 𝑒𝑣𝑒𝑛𝑡𝑠 𝑖𝑛 𝑒𝑒𝑛 𝑏𝑒𝑝𝑎𝑎𝑙𝑑𝑒 𝑡𝑖𝑗𝑑𝑠𝑝𝑒𝑟𝑖𝑜𝑑𝑒
incidence density = 𝑠𝑜𝑚 𝑣𝑎𝑛 𝑑𝑒 𝑡𝑖𝑗𝑑𝑠𝑝𝑒𝑟𝑖𝑜𝑑𝑒𝑛 𝑖𝑛 𝑑𝑒 𝑝𝑜𝑝𝑢𝑙𝑎𝑡𝑖𝑒 𝑑𝑖𝑒 𝑟𝑖𝑠𝑖𝑐𝑜 𝑙𝑜𝑝𝑒𝑛
VIII. prevalence
= beschrijving van de populatie met bestaande ziekte (of exposure) op een bepaald moment of over een
bepaalde periode
𝑡𝑜𝑡𝑎𝑎𝑙 𝑎𝑎𝑛𝑡𝑎𝑙 𝑐𝑎𝑠𝑒𝑠 𝑖𝑛 𝑑𝑒 𝑝𝑜𝑝𝑢𝑙𝑎𝑡𝑖𝑒
= 𝑎𝑎𝑛𝑡𝑎𝑙 𝑖𝑛𝑑𝑖𝑣𝑖𝑑𝑢𝑒𝑛 𝑖𝑛 𝑑𝑒 𝑏𝑒𝑣𝑜𝑙𝑘𝑖𝑛𝑔
𝑛𝑢𝑚𝑏𝑒𝑟 𝑜𝑓 𝑝𝑒𝑜𝑝𝑙𝑒 𝑤𝑖𝑡ℎ 𝑑𝑖𝑠𝑒𝑎𝑠𝑒 · 𝑎𝑡 𝑡𝑖𝑚𝑒 𝑡
= 𝑛𝑢𝑚𝑏𝑒𝑟 𝑜𝑓 𝑝𝑒𝑜𝑝𝑙𝑒 𝑎𝑡 𝑟𝑖𝑠𝑘 𝑓𝑜𝑟 𝑑𝑖𝑠𝑒𝑎𝑠𝑒 · 𝑎𝑡 𝑡𝑖𝑚𝑒 𝑡
= 𝑘 · 𝑖𝑛𝑐𝑖𝑑𝑒𝑛𝑐𝑒 · 𝑑𝑢𝑟𝑎𝑡𝑖𝑜𝑛
1
, risk en odds
I. risk
𝑎𝑎𝑛𝑡𝑎𝑙 𝑒𝑣𝑒𝑛𝑡𝑠 (𝐴)
= 𝑎𝑎𝑛𝑡𝑎𝑙 𝑚𝑜𝑔𝑒𝑙𝑖𝑗𝑘𝑒 𝑒𝑣𝑒𝑛𝑡𝑠 (𝑁)
II. odds
𝑎𝑎𝑛𝑡𝑎𝑙 𝑒𝑣𝑒𝑛𝑡𝑠 (𝐴)
= 𝑎𝑎𝑛𝑡𝑎𝑙 𝑛𝑜𝑛−𝑒𝑣𝑒𝑛𝑡𝑠 (𝑁−𝐴)
III. risk odds (RO)
= incidence odds = prevalence odds
= waarschijnlijkheid om een ziekte te krijgen tegenover waarschijnlijkheid om geen ziekte te krijgen
𝑟𝑖𝑠𝑘 𝑒𝑣𝑒𝑛𝑡𝑠
= 𝑟𝑖𝑠𝑘 𝑛𝑜𝑛−𝑒𝑣𝑒𝑛𝑡𝑠
2
measures of disease frequency
I. ratio
= een getal gedeeld door een ander getal
II. proportion
= een ratio waarin de teller ook in de noemer zit (A / A+B)
III. rate (velocity)
= een ratio waarin de teller het aantal events is en de noemer de som is van de follow-up tijd die is bijgedragen
door mensen die risico lopen op het event (in tijd of person-time)
= snelheid waarmee nieuwe gevallen van een bepaalde ziekte (of uitkomst van belang) voorkomen in een
populatie die risico loopt op de ziekte
𝑎𝑎𝑛𝑡𝑎𝑙 𝑝𝑒𝑟𝑠𝑜𝑛𝑒𝑛 𝑑𝑎𝑡 𝑑𝑒 𝑧𝑖𝑒𝑘𝑡𝑒 𝑜𝑛𝑡𝑤𝑖𝑘𝑘𝑒𝑙𝑡 𝑔𝑒𝑑𝑢𝑟𝑒𝑛𝑑𝑒 𝑒𝑒𝑛 𝑏𝑒𝑝𝑎𝑎𝑙𝑑𝑒 𝑝𝑒𝑟𝑖𝑜𝑑𝑒
= 𝑠𝑜𝑚 𝑣𝑎𝑛 𝑑𝑒 "𝑑𝑖𝑠𝑒𝑎𝑠𝑒−𝑓𝑟𝑒𝑒" 𝑡𝑖𝑗𝑑 𝑒𝑟𝑣𝑎𝑟𝑒𝑛 𝑑𝑜𝑜𝑟 𝑑𝑒𝑒𝑙𝑛𝑒𝑚𝑒𝑟𝑠 𝑚𝑒𝑡 𝑒𝑒𝑛 𝑟𝑖𝑠𝑖𝑐𝑜 𝑜𝑝 𝑧𝑖𝑒𝑘𝑡𝑒
IV. incidence count
= totaal aantal nieuwe gevallen van de ziekte in een populatie die risico loopt op de ziekte in een gedefinieerde
tijdsperiode
V. incidence proportion
= risk = cumulative incidence
= totaal aantal nieuwe gevallen in de populatie, gedeeld door het totaal aantal individuen dat risico loopt op de
ziekte in de populatie
𝑡𝑜𝑡𝑎𝑎𝑙 𝑎𝑎𝑛𝑡𝑎𝑙 𝑛𝑖𝑒𝑢𝑤𝑒 𝑔𝑒𝑣𝑎𝑙𝑙𝑒𝑛 𝑖𝑛 𝑒𝑒𝑛 𝑏𝑒𝑝𝑎𝑎𝑙𝑑𝑒 𝑡𝑖𝑗𝑑𝑠𝑝𝑒𝑟𝑖𝑜𝑑𝑒
= 𝑟𝑖𝑠𝑖𝑐𝑜𝑔𝑒𝑣𝑎𝑙𝑙𝑒𝑛 𝑖𝑛 𝑑𝑒 𝑝𝑜𝑝𝑢𝑙𝑎𝑡𝑖𝑒
(𝑖𝑛 %)
VI. attack rate
= cumulative incidence van het oplopen van een ziekte tijdens een epidemie
VII. incidence density rate
= tempo waarin gebeurtenissen (ziektes) in een populatie voorkomen
𝑎𝑎𝑛𝑡𝑎𝑙 (𝑛𝑖𝑒𝑢𝑤𝑒) 𝑒𝑣𝑒𝑛𝑡𝑠 𝑖𝑛 𝑒𝑒𝑛 𝑏𝑒𝑝𝑎𝑎𝑙𝑑𝑒 𝑡𝑖𝑗𝑑𝑠𝑝𝑒𝑟𝑖𝑜𝑑𝑒
incidence density = 𝑠𝑜𝑚 𝑣𝑎𝑛 𝑑𝑒 𝑡𝑖𝑗𝑑𝑠𝑝𝑒𝑟𝑖𝑜𝑑𝑒𝑛 𝑖𝑛 𝑑𝑒 𝑝𝑜𝑝𝑢𝑙𝑎𝑡𝑖𝑒 𝑑𝑖𝑒 𝑟𝑖𝑠𝑖𝑐𝑜 𝑙𝑜𝑝𝑒𝑛
VIII. prevalence
= beschrijving van de populatie met bestaande ziekte (of exposure) op een bepaald moment of over een
bepaalde periode
𝑡𝑜𝑡𝑎𝑎𝑙 𝑎𝑎𝑛𝑡𝑎𝑙 𝑐𝑎𝑠𝑒𝑠 𝑖𝑛 𝑑𝑒 𝑝𝑜𝑝𝑢𝑙𝑎𝑡𝑖𝑒
= 𝑎𝑎𝑛𝑡𝑎𝑙 𝑖𝑛𝑑𝑖𝑣𝑖𝑑𝑢𝑒𝑛 𝑖𝑛 𝑑𝑒 𝑏𝑒𝑣𝑜𝑙𝑘𝑖𝑛𝑔
𝑛𝑢𝑚𝑏𝑒𝑟 𝑜𝑓 𝑝𝑒𝑜𝑝𝑙𝑒 𝑤𝑖𝑡ℎ 𝑑𝑖𝑠𝑒𝑎𝑠𝑒 · 𝑎𝑡 𝑡𝑖𝑚𝑒 𝑡
= 𝑛𝑢𝑚𝑏𝑒𝑟 𝑜𝑓 𝑝𝑒𝑜𝑝𝑙𝑒 𝑎𝑡 𝑟𝑖𝑠𝑘 𝑓𝑜𝑟 𝑑𝑖𝑠𝑒𝑎𝑠𝑒 · 𝑎𝑡 𝑡𝑖𝑚𝑒 𝑡
= 𝑘 · 𝑖𝑛𝑐𝑖𝑑𝑒𝑛𝑐𝑒 · 𝑑𝑢𝑟𝑎𝑡𝑖𝑜𝑛
1
, risk en odds
I. risk
𝑎𝑎𝑛𝑡𝑎𝑙 𝑒𝑣𝑒𝑛𝑡𝑠 (𝐴)
= 𝑎𝑎𝑛𝑡𝑎𝑙 𝑚𝑜𝑔𝑒𝑙𝑖𝑗𝑘𝑒 𝑒𝑣𝑒𝑛𝑡𝑠 (𝑁)
II. odds
𝑎𝑎𝑛𝑡𝑎𝑙 𝑒𝑣𝑒𝑛𝑡𝑠 (𝐴)
= 𝑎𝑎𝑛𝑡𝑎𝑙 𝑛𝑜𝑛−𝑒𝑣𝑒𝑛𝑡𝑠 (𝑁−𝐴)
III. risk odds (RO)
= incidence odds = prevalence odds
= waarschijnlijkheid om een ziekte te krijgen tegenover waarschijnlijkheid om geen ziekte te krijgen
𝑟𝑖𝑠𝑘 𝑒𝑣𝑒𝑛𝑡𝑠
= 𝑟𝑖𝑠𝑘 𝑛𝑜𝑛−𝑒𝑣𝑒𝑛𝑡𝑠
2
