Samenvatting - Inspanningsfysiologie Thierry Troosters (L02C0a)

, H1: soorten inspanning en
inspanningstest
Whole body exercise
 Wat zijn whole body exercises en waarom gaan we ze onderzoeken?
 Whole body exercises zijn inspanningen geleverd door het gehele lichaam, waarbij
grote spiergroepen in actie komen. Het heeft een significante cardiovasculaire en
ventilatoire impact
 We gaan ze testen voor verschillende redenen
 Diagnose
 Training en treatment
 Limitatie
 Veiligheid
 Prognose
 Belangrijk om te onthouden is dat de werking van de energiesystemen exact
hetzelfde is tussen een patiënt en een topsporter, maar bij de ene zullen de
energiesystemen beter werken dan bij de andere.
 Tijdens de testen gaan we de O2-consumptie als indirecte maat gaan gebruiken
voor inspanningsvermogen. Opgelet we ademen lucht in en geen zuurstof!!
 Tandwielen van Wasserman: de 3 tandwielen beïnvloeden elkaar, wanneer 1 vd 3 niet
optimaal werkt, zal dit een limiterende factor zijn voor het gehele
systeem en de inspanning. Het is belangrijk om bij de revalidatie ons
te richten op het aangedane systeem
 Ventilatie: longen en ademhalingsspieren
 We kunnen altijd blijven geven zolang er steeds meer O2 wordt
aangevoerd naar de periferie dan dat er CO2 wordt teruggebracht
naar het hart en de longen. Wanneer je denkt dat je maximaal
bent aan het gaan, kan je toch nog steeds een beetje extra lucht
binnenhalen.
 Limiterend systeem bij longpatiënten
 Hart/hartdebiet: contractie myocard, bloeddruk
 Limiterend systeem bij gezonde personen. Het hart kan bij
gezonde personen niet hard genoeg meer pompen om voldoende
O2 naar de spieren te krijgen
 Spier/spiercontracties
 Limiterend systeem bij mensen met spierziekte of metabole
problemen. Die mensen zullen niet genoeg spierkracht kunnen
ontwikkelen. Daarnaast kan het ook zijn dat de energieproductie
in de mitochondriën en spieren beperkt is door een metabole
stoornis
 Welke 2 parameters gaan we meten
 Bij een constante belasting gaan we de V̇ O2 en de V̇ O2-max bepalen (maximale
zuurstofconsumptie). We zullen zien dat de O2-nood 10mL zal stijgen per extra
Watt. Maar er zit een limiet, tussen de bv. 350 en 400W zal het zuurstofverbruik
niet meer stijgen. Het omslagpunt, waar men niet meer O2 meer kan opnemen
ondanks dat er een toenemende belasting is, noemen we V̇ O2-max.

,
,  Er zijn 2 fases
 Steady state fase: het zuurstofverbruik is precies de noodzakelijke om O2 in
de energie te voorzien
 Omgekeerd exponentiële toename in VO2: het zuurstofverbruik stijgt om aan
de energiebehoefte te kunnen voldoen. Een deel van de energie wordt
geleverd door anaerobe processen en die bouwen een zuurstofschuld op.




 VO2 -peak is de maximale zuurstofconsumptie die bereikt wordt wanneer de




belasting langzaam wordt opgedreven tot het maximum
 Factoren die de VO2 -peak beïnvloeden:
 Centrale factoren die instaan voor de zuurstoflevering: tandwiel ventilatie en
hart
 Perifere factoren die instaan voor de zuurstofextractie: tandwiel spieren
 Wanneer de VO2 -peak 1 MET beter is, is er 13% risicoreductie op overlijden
 Welke klinische inspanningstesten kunnen we doen
 Constant work: testen met constante belasting, vaak gebruikt bij patiënten die we
niet maximaal mogen testen
 Labotest (fiets of loopband)
 Uitkomstmaat in revalidatie-onderzoek (hoe lang kan een patiënt een
submaximale belasting volhouden)
 Zuurstofopname kinetiek als maat voor de physical fitness (of recuperatie
polsfrequentie kan ook gebruikt worden)
 Fieldtest
 Zes minuten wandeltest
 Stair climbing test
 Incremental test: test met toenemende belasting
 Labotest (fiets of loopband)
 Bepaling van de piek responses (VO2, VCO2, HR, VE, STCO2)
 Fieldtest
 Incremental shuttle walking/running test