PEDAGOGIEK EN
GEZINSONDERSTEUNING
INLEIDING: EEN BEELD VAN EEN KIND
- pedagogiek versus pedagogische wetenschappen
- pedagogiek → wetenschappelijke studie van opvoeding, onderwijs en
vorming
- nauw verbonden met ideeën en opvattingen in een samenleving
- pedagogische wetenschappen
- meerdere sub disciplines
- meerdere pedagogische kaders
- meerdere onderzoeksmethodes
- pedagogiek: kwestie op zich
- twee wetenschapsbenaderingen
- Evidence Based Pedagogiek
- ‘wat werkt?’
- meten is weten : handvatten voor de praktijk
- voorschrijvend
- onderzoekend, geven advies, feiten geven
- pure praktische pedagogiek
- 2 tendensen
- risico reducerend denken
- risico’s vermijden
- ouders verantwoordelijk voor ontwikkeling vh kind
- streven naar risico’s beperking ⇒ steeds meer
etiketten en categorieën van risicokinderen
- individualiserend denken
- uit de samenleving halen en aparte programma's
geven
- betere integratie en marginalisering vermijden
- Fundamentele Pedagogiek
- ‘wat bedoelen we met werken?’
- trage fundamentele vraagstukken
- beschrijvend
- normatief en ethisch
- waarden en normen van de SA in vraag stellen
- onderliggende ideologische kwesties
- aandacht hebben voor de maatschappelijke context
DE WERELD IS PEDAGOGIEK EN PEDAGOGIEK IS DE WERELD
- pedagogiek is niet enkel kinderen en hun ontwikkeling
- opvoeden is meer dan stimuleren van hersenontwikkeling of andere
ontwikkelingsdomeinen
- we moeten aan kinderen de wereld uitleggen en initiëren
1
, - wereld kunnen verderzetten en vernieuwen
- opvoeden vindt plaats tussen generaties
- opvoeden → kinderen initiëren in de wereld
- kinderen uitnodigen om deel te nemen
OVER KINDEREN, DE KINDERTIJD EN KINDERBEELDEN
- levensfases die elkaar opvolgen
- mens start als kind in de kindertijd en gaat vervolgens door naar
volwassenheid
- biologisch standpunt → vlak van fysiek en cognitie te onderscheiden van
volwassene
- kinderen → aparte sociale categorie
- kenmerken gebaseerd en beïnvloed door denkwijzen van volwassene
- denkwijzen resulteren in kindbeelden
DE ONTDEKKING VAN HET KIND
- twee inzichten
- SA in vroegere tijden tot de middeleeuwen
- geen oog voor kinderen en jongeren
- geen kindperiode en dus niet op specifiek manier behandeld
- kind afgebeeld als mini-volwassene
- na de middeleeuwen
- kind en gezin kregen in geïndustrialiseerde SA een nieuwe,
bijzondere plaats
- kinderen verschenen als kwetsbaar en te beschermen
- tot 17e eeuw geen morele benadering tav kinderen
- kinderen verdwenen uit de productiesfeer
- duidelijke plek binnen ‘sentimentele vrouwelijke sfeer van
het gezin’
- 1889 → vrouwen-en kinderarbeid gereglementeerd
- veranderen kindertijd voor kinderen uit arbeidersklasse
- 18e eeuw met Rousseau: de ziel van het kind
- 1960 tot vandaag
- jeugdland
- grootbrengen door kleinhouden
- kleinhouden → niet veel verantwoordelijkheid geven
- overzicht
- kind is een aparte categorie
- in de oudheid: kind krijgt aandacht
- tot laat in de middeleeuwen: kind afgebeeld als mini-volwassene
- renaissance met Rousseau: de ziel van het kind
- geïndustrialiseerde samenleving: kind is kwetsbaar en moet
beschermd worden
- 1960 tot vandaag: jeugdland, grootbrengen door kleinhouden
- jeugdland: geïsoleerde wereld waarbij de buitenwereld wordt
verborgen voor het kind, kind weggehouden van de hard AM
realiteit
2
,DE VONDST VAN DE KINDERTIJD
- niet enkel gebaseerd op biologische kenmerken
- de kindertijd is een sociaal geconstrueerde periode
- sociale constructie → afhankelijk van de context en de tijdsgeest, MA
opvattingen
- gebaseerd op de MA context van dat moment
- uit zich in verschillende contexten
- juridisch: minderjarig vs meerderjarig
- sociologisch: afhankelijk vs onafhankelijk
- overgang onafhankelijk door alleen te gaan wonen, beëindigen
studies, …
- ontwikkelingspsychologie: jongvolwassene vs volwassene, uitgerekte
kindertijd
- kindertijd krijgt vorm in relatie tot andere personen en in relatie tot de bredere MA
context
HET DENKEN IN KINDBEELDEN
- kindbeeld
- verwijzen naar de ideologische basis die ten grondslag ligt aan elke manier
van denken, spreken en handelen ten aanzien van kinderen en jongeren
- manieren waarop volwassene kijkt en denkt over kinderen
- sterk verbonden aan de maatschappelijke context
- religieuze, politieke of filosofische opvattingen
- MA verandert, de kindbeelden veranderen ook
- verschillende kindbeelden vullen elkaar aan
- kunnen naast elkaar staan in één periode
- variëren binnen verschillende contexten
- gevolg van macrosociale veranderingen
- kindbeelden hebben invloed op
- hoe het kind naar zichzelf kijkt
- de verwachtingen van ouders en leerkrachten
- de relatie tussen kind en opvoeder en de manier van handelen
- de manier waarop men spreekt en de verwachting van de maatschappij
- het beleid en de acties die men opzet (sociaal, economisch en cultureel)
DE KINDBEELDEN
HET VOORSPELBARE KIND
- kind is voorspelbaar in zijn ontwikkeling
- volwassene houdt de ontwikkeling in de hand door
- vroegtijdige opsporing, diagnose en classificatie
- kind is maakbaar
- kind voldoen aan voorwaarde voor een bepaalde leeftijd
KIND ALS BURGER
- met rechten en plichten
- volwassene beschouwt het kind als nog-niet-burger
3
, - opvoeden tot burgerschap
HET WITTE KIND
- doorsnee kind heeft geen kleur, niet meertalig en heft christelijke tradities
- volwassene houdt geen rekening met diversiteit en structurele discriminatie
KIND ALS RISICO
- kind loopt gevaar
- zelf een gevaar voor de maatschappij
- volwassene beschermt het kind tegen gevaren van de samenleving en omgekeerd
KIND ALS HELD
- kinderen gezien en gewaardeerd voor hun potentieel in het hier-en-nu
- kind is weerbaar, inventief, flexibel, onconventioneel en vrij
- volwassene waardeert het kind voor zijn potentieel in het hier en nu
- toeschouwer en biedt enkel hulp waar nodig
KIND ALS KAPITAAL
- kind is een investering in de toekomst
- invloed van het economisch denken op de opvoeding
- volwassene heeft de verantwoordelijkheid om dit kapitaal te koesteren
4
GEZINSONDERSTEUNING
INLEIDING: EEN BEELD VAN EEN KIND
- pedagogiek versus pedagogische wetenschappen
- pedagogiek → wetenschappelijke studie van opvoeding, onderwijs en
vorming
- nauw verbonden met ideeën en opvattingen in een samenleving
- pedagogische wetenschappen
- meerdere sub disciplines
- meerdere pedagogische kaders
- meerdere onderzoeksmethodes
- pedagogiek: kwestie op zich
- twee wetenschapsbenaderingen
- Evidence Based Pedagogiek
- ‘wat werkt?’
- meten is weten : handvatten voor de praktijk
- voorschrijvend
- onderzoekend, geven advies, feiten geven
- pure praktische pedagogiek
- 2 tendensen
- risico reducerend denken
- risico’s vermijden
- ouders verantwoordelijk voor ontwikkeling vh kind
- streven naar risico’s beperking ⇒ steeds meer
etiketten en categorieën van risicokinderen
- individualiserend denken
- uit de samenleving halen en aparte programma's
geven
- betere integratie en marginalisering vermijden
- Fundamentele Pedagogiek
- ‘wat bedoelen we met werken?’
- trage fundamentele vraagstukken
- beschrijvend
- normatief en ethisch
- waarden en normen van de SA in vraag stellen
- onderliggende ideologische kwesties
- aandacht hebben voor de maatschappelijke context
DE WERELD IS PEDAGOGIEK EN PEDAGOGIEK IS DE WERELD
- pedagogiek is niet enkel kinderen en hun ontwikkeling
- opvoeden is meer dan stimuleren van hersenontwikkeling of andere
ontwikkelingsdomeinen
- we moeten aan kinderen de wereld uitleggen en initiëren
1
, - wereld kunnen verderzetten en vernieuwen
- opvoeden vindt plaats tussen generaties
- opvoeden → kinderen initiëren in de wereld
- kinderen uitnodigen om deel te nemen
OVER KINDEREN, DE KINDERTIJD EN KINDERBEELDEN
- levensfases die elkaar opvolgen
- mens start als kind in de kindertijd en gaat vervolgens door naar
volwassenheid
- biologisch standpunt → vlak van fysiek en cognitie te onderscheiden van
volwassene
- kinderen → aparte sociale categorie
- kenmerken gebaseerd en beïnvloed door denkwijzen van volwassene
- denkwijzen resulteren in kindbeelden
DE ONTDEKKING VAN HET KIND
- twee inzichten
- SA in vroegere tijden tot de middeleeuwen
- geen oog voor kinderen en jongeren
- geen kindperiode en dus niet op specifiek manier behandeld
- kind afgebeeld als mini-volwassene
- na de middeleeuwen
- kind en gezin kregen in geïndustrialiseerde SA een nieuwe,
bijzondere plaats
- kinderen verschenen als kwetsbaar en te beschermen
- tot 17e eeuw geen morele benadering tav kinderen
- kinderen verdwenen uit de productiesfeer
- duidelijke plek binnen ‘sentimentele vrouwelijke sfeer van
het gezin’
- 1889 → vrouwen-en kinderarbeid gereglementeerd
- veranderen kindertijd voor kinderen uit arbeidersklasse
- 18e eeuw met Rousseau: de ziel van het kind
- 1960 tot vandaag
- jeugdland
- grootbrengen door kleinhouden
- kleinhouden → niet veel verantwoordelijkheid geven
- overzicht
- kind is een aparte categorie
- in de oudheid: kind krijgt aandacht
- tot laat in de middeleeuwen: kind afgebeeld als mini-volwassene
- renaissance met Rousseau: de ziel van het kind
- geïndustrialiseerde samenleving: kind is kwetsbaar en moet
beschermd worden
- 1960 tot vandaag: jeugdland, grootbrengen door kleinhouden
- jeugdland: geïsoleerde wereld waarbij de buitenwereld wordt
verborgen voor het kind, kind weggehouden van de hard AM
realiteit
2
,DE VONDST VAN DE KINDERTIJD
- niet enkel gebaseerd op biologische kenmerken
- de kindertijd is een sociaal geconstrueerde periode
- sociale constructie → afhankelijk van de context en de tijdsgeest, MA
opvattingen
- gebaseerd op de MA context van dat moment
- uit zich in verschillende contexten
- juridisch: minderjarig vs meerderjarig
- sociologisch: afhankelijk vs onafhankelijk
- overgang onafhankelijk door alleen te gaan wonen, beëindigen
studies, …
- ontwikkelingspsychologie: jongvolwassene vs volwassene, uitgerekte
kindertijd
- kindertijd krijgt vorm in relatie tot andere personen en in relatie tot de bredere MA
context
HET DENKEN IN KINDBEELDEN
- kindbeeld
- verwijzen naar de ideologische basis die ten grondslag ligt aan elke manier
van denken, spreken en handelen ten aanzien van kinderen en jongeren
- manieren waarop volwassene kijkt en denkt over kinderen
- sterk verbonden aan de maatschappelijke context
- religieuze, politieke of filosofische opvattingen
- MA verandert, de kindbeelden veranderen ook
- verschillende kindbeelden vullen elkaar aan
- kunnen naast elkaar staan in één periode
- variëren binnen verschillende contexten
- gevolg van macrosociale veranderingen
- kindbeelden hebben invloed op
- hoe het kind naar zichzelf kijkt
- de verwachtingen van ouders en leerkrachten
- de relatie tussen kind en opvoeder en de manier van handelen
- de manier waarop men spreekt en de verwachting van de maatschappij
- het beleid en de acties die men opzet (sociaal, economisch en cultureel)
DE KINDBEELDEN
HET VOORSPELBARE KIND
- kind is voorspelbaar in zijn ontwikkeling
- volwassene houdt de ontwikkeling in de hand door
- vroegtijdige opsporing, diagnose en classificatie
- kind is maakbaar
- kind voldoen aan voorwaarde voor een bepaalde leeftijd
KIND ALS BURGER
- met rechten en plichten
- volwassene beschouwt het kind als nog-niet-burger
3
, - opvoeden tot burgerschap
HET WITTE KIND
- doorsnee kind heeft geen kleur, niet meertalig en heft christelijke tradities
- volwassene houdt geen rekening met diversiteit en structurele discriminatie
KIND ALS RISICO
- kind loopt gevaar
- zelf een gevaar voor de maatschappij
- volwassene beschermt het kind tegen gevaren van de samenleving en omgekeerd
KIND ALS HELD
- kinderen gezien en gewaardeerd voor hun potentieel in het hier-en-nu
- kind is weerbaar, inventief, flexibel, onconventioneel en vrij
- volwassene waardeert het kind voor zijn potentieel in het hier en nu
- toeschouwer en biedt enkel hulp waar nodig
KIND ALS KAPITAAL
- kind is een investering in de toekomst
- invloed van het economisch denken op de opvoeding
- volwassene heeft de verantwoordelijkheid om dit kapitaal te koesteren
4