Boek 1:
Hoofdstuk 1:
Winston Smith, 39 jaar, woont in Victory Mansions. Over al hangen posters met BIG
BROTHER IS WATCHING YOU. The Party is de baas over Airstrip One, vroeger Engeland,
wat weer een groot deel is van Oceania. Iedereen heeft een telescreen waar propaganda op
verspreid wordt, maar waar ook de thoughtpolice mensen in de gaten houdt. Hij werkt bij het
Ministry of Truth, om alle historische gebeurtenissen om te zetten naar het perspectief van
de Party. Er zijn ook de Ministry of Peace, die gaan over oorlog, de Ministry of Plenty, die
economische tekortkomingen plannen en de Ministry of Love, die afschuwelijke events
organiseert vanuit de inner Party.
WAR IS PEACE
FREEDOM IS SLAVERY
IGNORANCE IS STRENGTH
Winston heeft een dagboek gekocht in the proletarian district waar de proles wonen. Zij
hebben geen telescreens omdat zij zo zwak zijn dat ze niet als gevaar worden gezien voor
de Party. Hij schrijft over Julia, wie werkt in the Fiction Department of the Ministry of Truth.
Hij haat haar, omdat hij haar leuk vindt maar niet kan krijgen. Liefde en alles wat daar mee
te maken heeft is verboden. Ook over O’Brien, waarvan hij denkt dat hij ook tegen de Party
is. In de two minutes hate worden alle vijanden van Oceania afgezeikt. Hij dacht dat hij in de
ogen van O’Brien dezelfde haat voor Big Brother zag als hij zelf heeft. DOWN WITH BIG
BROTHER heeft hij vaak in zijn dagboek geschreven, hij heeft Thoughtcrime begaan.
Hierdoor blijft Winston geen gewone burger meer, hij zal, sooner or later, gepakt worden.
Hier wordt ook duidelijk dat de Party er alles aan doet om iedereen under control te houden.
Hoofdstuk 2:
Hij denkt dat het de Thought Police al is als er op de deur wordt geklopt, maar het is zijn
buurvrouw mrs parsons die zijn hulp nodig heeft. Haar kinderen zijn Junior Spies en
verklaren hem een thought criminal, dat hebben ze ook bij hun vader gedaan. De party heeft
ook invloed op het familieleven. De kinderen mogen niet naar de hanging, wat ze niet leuk
vinden. Terug in zijn appartement denkt hij aan zijn droom: ‘’We shall meet in the place
where there is no darkness’’. Winston denkt dat O’Brien het zegt. Dat is ook zo aan het
einde van het boek, maar niet zoals Winston verwacht.
Hoofdstuk 3:
Hij droomt over een zinkend schip met zijn moeder, hij voelt zich verantwoordelijk voor het
weggaan van zijn moeder bij de politieke zuivering. Daarna over the golden country, waar
julia naakt naar hem toe komt rennen, wat later ook echt gaat gebeuren, ook nog het woord
Shakespeare. Een piep maakt hem wakker voor Physical jerks, zijn oefeningen. Hij kan zich
niks meer van zijn jeugd herinneren, omdat hij geen foto’s en documenten mag bewaren.
Oceania zou altijd oorlog hebben met Eurasia en vrienden met Eastasia, maar hij weet dat
het niet zo is, net zoals de lengte van het bestaan van Big Brother. The Party heeft ook de
geschiedenis in de hand. Dan noemt de telescreen zijn naam dat hij meer zijn best moet
doen.Winston is best wel negatief over zijn leven, hij weet zeker dat hij gepakt gaat worden.
Hij gelooft dat hij niks aan zijn lot kan doen.Ook komt naar voren dat Londen een vervallen
plek is.
Hoofdstuk 4:
, Winston gaat naar zijn werk, the Records section of the Ministry of Truth. Hij werkt met a
speakwrite, hij update de orders van Big Brother, who never can be wrong. Hij is bezig met
een bericht van Comrade Withers, waarin hij een trouwe party member wordt genoemd,
terwijl hij nu al is executed als enemy. Hij verandert de naam naar Comrade Ogilvy.
Hoofdstuk 5:
Winston luncht met Syme, die werkt aan het woordenboek van Newspeak. Ze verwijderen
woorden om Thoughtcrime onmogelijk te maken. Mr Parsons komt de kantine in en vraag
om een bijdrage voor de Hate Week. Hij verontschuldigt zich voor zijn kinderen, maar is
trots. Dan maakt de Ministry of Plenty bekend dat de productie van chocolade wordt
verminderd, terwijl dat gisteren ook zo was, maar niemand lijkt dat op te merken. Julia kijkt
naar hem, hij is weer bang dat ze een Party agent is.
Hoofdstuk 6:
Winston denkt na over seks, zijn laatste keer was met een proles prostitute. The Party wil de
pleasure ervan weghalen en het alleen een duty maken, producing new Party members. Zijn
vrouw Katherine verliet hem toen ze geen kinderen samen konden krijgen. Hij wil graag een
affair, als een ultimate act of rebellion.
Doublethink: the ability to believe and disbelieve simutaneously in the same idea, zoals War
is peace, freedom is slavery. Dit ook bij het werk van Winston, maar hij vindt dit moeilijk.
Winston realiseert dat zijn eigen nervous systeem zijn aartsvijand is, omdat hij constant in de
gaten wordt gehouden. Aan het einde van dit boek blijkt dit ook bij zijn marteling.
Hoofdstuk 7:
Winston denkt dat alleen een revolutie kan komen door de Proles, 85% van de mensen.
Maar zij weten niet dat de Party hen onderdrukt. Hij bekijkt een geschiedenis boek voor
kinderen. The party claims dat ze mooie steden hebben gebouwd, maar dat is Londen zeker
niet. Ze zeggen dat het leven verbeterd is, maar Winston betwijfelt dat sterk.
In the end the Party would announce that two and two made five, and you would have to
believe it.
Winston betrapte de partij op een leugen in 1960, toen hij gearresteerden in een café zag
zitten. Er was een foto, maar hij had hem vernietigd, maar in zijn geheugen niet. Winston
begint zijn dagboek te zien als een brief aan O’Brien, van wie hij nog steeds overtuigd is ook
een vijand van de Party te zijn. Hij beseft dat de Party iedereen alles laat ontkennen wat hij
zij ziet of hoort. True freedom lies in the ability to interpret reality as one perceives it, to be
able to say 2 + 2 = 4.
Hoofdstuk 8:
When memory failed and written records were falsified…
Winston gaat naar de prole district, hij praat met een oude man in een café over de
geschiedenis wat de Party claims, maar de oude man weet het niet meer. Hier beseft
Winston dat de waarheid alleen bij de proles kan liggen, maar zij vergeten het. Hij loopt naar
de tweedehandswinkel waar hij ook zijn dagboek heeft gekocht en koop papier van Mr.
Charrington, die hem ook een kamer laat zien zonder telescreen met een schilderij van St.
Clement’s Chruch. Als hij naar huis gaat ziet hij Julia en snelt naar huis. Daar bedenkt hij dat
het beter is om zelfmoord te plegen, omdat de Party hem gaat martelen. Maar als hij denkt
aan O’Brien wordt hij rustiger en kijkt naar Big Brother.
De winkel is een soort teken van de geschiedenis, wat Winston erg belangrijk vindt. De