Fuut
Biotoop: sloten, vochtige weilanden,
Biotoop: grote plassen en meren me
grachten, beken, meren en kusten
oevervegetatie, maar ook in vaarten, k
parken en in grachten in steden
Wilde eend
Roerdomp
Biotoop: rustige, begroeide waterpartijen,
sloten, oevers van plassen en nestelen ook bij
Biotoop: laaglandmoerassen met fl
rivieren.
rietvelden
Ekster
Biotoop: hoge bomen, maar ook in doornige Sperwer
struiken; heeft voorkeur voor open gebieden,
boerenland en bosranden; plaatselijk Biotoop: bos en park
algemeen in steden.
, Wulp Aalscholver
Biotoop: Broedt in duinen, weilanden, Biotoop: Leeft nabij zout en zoet water
moerassen, etc., met dichte vegetatie, maar in kolonies bij grote wateren en vee
nooit onder bomen. Foerageert in open bomen. Nabij het IJsselmeergebie
terrein, bijvoorbeeld in weilanden Waddeneilanden, Deltagebied en Hol
duinen en moerasgebieden.
, Ringmus
Huismus
Biotoop: open landschap met verspreide
Biotoop: Vrijwel uitsluitend nabij men
bomen, boomgaarden, etc. Komt vaak nabij
nederzettingen. Kan buiten broedse
boerderijen voor. Waar huismussen ontbreken
soms ver van menselijke bebouwing
komen ringmussen in steden voor.
aangetroffen.