PLO MT toets jaar 1
Inhoud
PLO MT toets jaar 1................................................................................................................................1
Casus 1....................................................................................................................................................2
Casus 2....................................................................................................................................................8
Casus 3..................................................................................................................................................10
Casus 4..................................................................................................................................................15
Casus 5..................................................................................................................................................22
Casus 6..................................................................................................................................................26
Casus 7..................................................................................................................................................30
Casus 8..................................................................................................................................................35
Casus 9..................................................................................................................................................43
Casus 10................................................................................................................................................48
1
,Casus 1.
Algemene indruk
Neurologie bovenste extremiteiten-1
Algemene indruk
Checklist 1: LO: Het meten van de bloeddruk
Checklist 2: LO: Algemene indruk
Checklist 3: LO: Metingen lengte, gewicht en buikomvang
Algemene indruk I
Patiënt staat in spontane houding
Beoordeel op:
- Inschatten of patiënt zieke indruk maakt
- Bewustzijn (AVPU): adequate reactie op eenvoudige opdracht/vraag
- Biologische versus kalenderleeftijd
- Pijn of ongemak: gelaatsuitdrukking, houding
- Lichaamsgeur:
o Neutraal
o Opvallend: parfum, alcohol, rook, transpiratie, ketonen, uremie, visaminen etc.
- Persoonlijke verzorging/uiterlijke kenmerken: kleding, haar
- Contact: zichtbare emoties zichtbaar?
- Opvallende zaken: piercings, tatoeages
Algemene indruk II
Patiënt staat in anatomische positie (ventraal)
Lichaamsbouw:
- Mannelijke of vrouwelijke bouw
- Voedingstoestand:
o Flanken
o Zichtbaarheid botten en pezen
o Adipeus/gezond/mager/cachectisch (extreem mager)
- Symmetrie (benoem bij asymmetrie locatie en mate)
o Schouderhoogte
o Tailledriehoek/luchtfiguren
- Opvallende aspecten (dysmorfie = abnormale vorm)
Huid:
- Basiskleur:
o Blank, getint, donker
o Zon-invloed
o Roodheid
o Kleurverschillen
o Pigmentatie
- Aanwezige bloedingen, verwondingen, hematomen
- Littekens: waar, grootte, oorzaak
- Beharingspatroon
o Mannelijk/vrouwelijk
2
, o Geschoren, haaruitval, hypertrichose (overbeharing), hirsutisme (mannelijke
overbeharing bij een vrouw), kaalheid
- Handen, vingers, nagels:
o Aan/afwezigheid van vergroeiingen
o Trommelstokvingers
o Putjesnagels
o Lijnen
Lichaamsbouw en huid ook lateraal en dorsale zijde beoordelen!
Symmetrie – opvallende aspecten
Palpatie huid
Beoordeel op:
- Huidtemperatuur met handrug op thoraxwand: verhit, warm, koel, koud
- Vochtigheidsgraad: klam, zweten
Metingen lengte, gewicht en buikomvang
- Lengte:
o Schoenen uit, haar los
o Hielen tegen achterwand
o Ogen en bovenkant oren op zelfde hoogte
o Noteer centimeters in halve centimeter nauwkeurig
- Gewicht:
o Nulpunt is 0 kg
o Noteer kilogram in halve kilo nauwkeurig
o Mate van ontkleding vermelden (ontkleed tot op ondergoed)
- Bereken BMI: gewicht / lengte2 (gezond 18,5 – 24,9 kg/m2)
- Buikomvang:
o Ontspannen rechtop staan met handen naar lichaam
o Meetlint boven bekkenkam en onder ribben in flank
o Noteer centimeters, verhoogd cardiovasculair risico:
Vrouwen: > 88 cm
Mannen: > 102 cm
Specifieke aspecten
Beoordeel op:
- Icterus:
o Sclerae wit: geen icterus
o Scleae geel: icterus
- Anemie: kijk in ooglidrand (conjuctiva en ooglidrand) en handpalmen
o Roze goed doorbloed: geen anemie
o Bleek: mogelijk anemie
- Cyanose: tong uitsteken en mondslijmvlies beoordelen (centraal) en kleur van vingers
(perifeer)
o Roze: geen cyanose
o Blauw/paars: cyanose
- Oedeem
3
, o Peri-orbitaal oedeem: beiderzijds onderoog op oogkasrand druk geven: putje?
o Enkeloedeem: beiderzijds druk geven op enkel: putje = oedeem
- Huidturgor: pak huidplooi onder clavicula op met duim en wijsvinger en laat los:
o Snel verstrijkend: goede hydratietoestand
o Traag verstrijkend: mogelijke uitdroging
Vitale functies
Pols
- Palpeer polsslag met de vingertoppen
o Niet spoed: a. radialis pols
o Spoed: a. femoralis, a. carotis
- Tel pulsaties gedurende minimaal 15 seconde
- Benoem bevindingen:
o Frequentie slagen per minuut
o Ritme: regelmatig/onregelmatig
o Kwaliteit: krachtig, alle slagen even sterk
- Tachycardie > 100 / min – bradycardie < 60 / min
Ademhaling
- Observatie thorax, buik en houding in aansluiting op tellen van pols
- Tel ademhaling gedurende 30 seconden
- Benoem bevindingen:
o Frequentie in ademhalingen/minuut
o Ademhalingspatroon: borst/buikademhaling of combinatie
- Tachypnoe > 20 / min – bradypnoe < 10 / min
Bloeddrukmeting
- Voorbereiding
o Controleer voor gebruik of bloeddrukmanchet helemaal leeg is
o Breng bloeddrukmanchet aan om de bovenarm ongeveer 3 cm proximaal van
elleboogplooi
o Pijl naar buitenkant wijzend naar a. brachialis
o 1 vinger tussen arm en manchet
o Stethoscoop op membraan?
o Controleer op arm van patiënt of stethoscoop warm genoeg is
1. Palpeer a. radialis terwijl manchet wordt opgepompt
2. Pomp manchet op tot pulsaties niet meer gevoeld worden + 30 mmHg
3. Plaats stethoscoop in oren
4. Plaats membraanzijde stethoscoop in elleboogplooi (geen contact met manchet)
5. Laat bloeddrukmanchet leeglopen
6. Luister naar opkomen (systolische druk) en wegvallen (diastolische druk)
7. Laat manchet helemaal leeglopen
Verslaglegging
Vertel patiënt de waarden die zijn bepaald.
Noteer: RR (systolische)/(diastolische) mmHg li/re arm, liggend/zittend en tijd
4
Inhoud
PLO MT toets jaar 1................................................................................................................................1
Casus 1....................................................................................................................................................2
Casus 2....................................................................................................................................................8
Casus 3..................................................................................................................................................10
Casus 4..................................................................................................................................................15
Casus 5..................................................................................................................................................22
Casus 6..................................................................................................................................................26
Casus 7..................................................................................................................................................30
Casus 8..................................................................................................................................................35
Casus 9..................................................................................................................................................43
Casus 10................................................................................................................................................48
1
,Casus 1.
Algemene indruk
Neurologie bovenste extremiteiten-1
Algemene indruk
Checklist 1: LO: Het meten van de bloeddruk
Checklist 2: LO: Algemene indruk
Checklist 3: LO: Metingen lengte, gewicht en buikomvang
Algemene indruk I
Patiënt staat in spontane houding
Beoordeel op:
- Inschatten of patiënt zieke indruk maakt
- Bewustzijn (AVPU): adequate reactie op eenvoudige opdracht/vraag
- Biologische versus kalenderleeftijd
- Pijn of ongemak: gelaatsuitdrukking, houding
- Lichaamsgeur:
o Neutraal
o Opvallend: parfum, alcohol, rook, transpiratie, ketonen, uremie, visaminen etc.
- Persoonlijke verzorging/uiterlijke kenmerken: kleding, haar
- Contact: zichtbare emoties zichtbaar?
- Opvallende zaken: piercings, tatoeages
Algemene indruk II
Patiënt staat in anatomische positie (ventraal)
Lichaamsbouw:
- Mannelijke of vrouwelijke bouw
- Voedingstoestand:
o Flanken
o Zichtbaarheid botten en pezen
o Adipeus/gezond/mager/cachectisch (extreem mager)
- Symmetrie (benoem bij asymmetrie locatie en mate)
o Schouderhoogte
o Tailledriehoek/luchtfiguren
- Opvallende aspecten (dysmorfie = abnormale vorm)
Huid:
- Basiskleur:
o Blank, getint, donker
o Zon-invloed
o Roodheid
o Kleurverschillen
o Pigmentatie
- Aanwezige bloedingen, verwondingen, hematomen
- Littekens: waar, grootte, oorzaak
- Beharingspatroon
o Mannelijk/vrouwelijk
2
, o Geschoren, haaruitval, hypertrichose (overbeharing), hirsutisme (mannelijke
overbeharing bij een vrouw), kaalheid
- Handen, vingers, nagels:
o Aan/afwezigheid van vergroeiingen
o Trommelstokvingers
o Putjesnagels
o Lijnen
Lichaamsbouw en huid ook lateraal en dorsale zijde beoordelen!
Symmetrie – opvallende aspecten
Palpatie huid
Beoordeel op:
- Huidtemperatuur met handrug op thoraxwand: verhit, warm, koel, koud
- Vochtigheidsgraad: klam, zweten
Metingen lengte, gewicht en buikomvang
- Lengte:
o Schoenen uit, haar los
o Hielen tegen achterwand
o Ogen en bovenkant oren op zelfde hoogte
o Noteer centimeters in halve centimeter nauwkeurig
- Gewicht:
o Nulpunt is 0 kg
o Noteer kilogram in halve kilo nauwkeurig
o Mate van ontkleding vermelden (ontkleed tot op ondergoed)
- Bereken BMI: gewicht / lengte2 (gezond 18,5 – 24,9 kg/m2)
- Buikomvang:
o Ontspannen rechtop staan met handen naar lichaam
o Meetlint boven bekkenkam en onder ribben in flank
o Noteer centimeters, verhoogd cardiovasculair risico:
Vrouwen: > 88 cm
Mannen: > 102 cm
Specifieke aspecten
Beoordeel op:
- Icterus:
o Sclerae wit: geen icterus
o Scleae geel: icterus
- Anemie: kijk in ooglidrand (conjuctiva en ooglidrand) en handpalmen
o Roze goed doorbloed: geen anemie
o Bleek: mogelijk anemie
- Cyanose: tong uitsteken en mondslijmvlies beoordelen (centraal) en kleur van vingers
(perifeer)
o Roze: geen cyanose
o Blauw/paars: cyanose
- Oedeem
3
, o Peri-orbitaal oedeem: beiderzijds onderoog op oogkasrand druk geven: putje?
o Enkeloedeem: beiderzijds druk geven op enkel: putje = oedeem
- Huidturgor: pak huidplooi onder clavicula op met duim en wijsvinger en laat los:
o Snel verstrijkend: goede hydratietoestand
o Traag verstrijkend: mogelijke uitdroging
Vitale functies
Pols
- Palpeer polsslag met de vingertoppen
o Niet spoed: a. radialis pols
o Spoed: a. femoralis, a. carotis
- Tel pulsaties gedurende minimaal 15 seconde
- Benoem bevindingen:
o Frequentie slagen per minuut
o Ritme: regelmatig/onregelmatig
o Kwaliteit: krachtig, alle slagen even sterk
- Tachycardie > 100 / min – bradycardie < 60 / min
Ademhaling
- Observatie thorax, buik en houding in aansluiting op tellen van pols
- Tel ademhaling gedurende 30 seconden
- Benoem bevindingen:
o Frequentie in ademhalingen/minuut
o Ademhalingspatroon: borst/buikademhaling of combinatie
- Tachypnoe > 20 / min – bradypnoe < 10 / min
Bloeddrukmeting
- Voorbereiding
o Controleer voor gebruik of bloeddrukmanchet helemaal leeg is
o Breng bloeddrukmanchet aan om de bovenarm ongeveer 3 cm proximaal van
elleboogplooi
o Pijl naar buitenkant wijzend naar a. brachialis
o 1 vinger tussen arm en manchet
o Stethoscoop op membraan?
o Controleer op arm van patiënt of stethoscoop warm genoeg is
1. Palpeer a. radialis terwijl manchet wordt opgepompt
2. Pomp manchet op tot pulsaties niet meer gevoeld worden + 30 mmHg
3. Plaats stethoscoop in oren
4. Plaats membraanzijde stethoscoop in elleboogplooi (geen contact met manchet)
5. Laat bloeddrukmanchet leeglopen
6. Luister naar opkomen (systolische druk) en wegvallen (diastolische druk)
7. Laat manchet helemaal leeglopen
Verslaglegging
Vertel patiënt de waarden die zijn bepaald.
Noteer: RR (systolische)/(diastolische) mmHg li/re arm, liggend/zittend en tijd
4