Functie
1. Beweging skeletdelen
2. Handhaving houding (spiertonus, ‘tension’)
• Ondersteuning weke delen
3. Openen/sluiten ingangen
• Vb maagportier soms, urinewegen
4. Voortbeweging
• Lichaamsvloeistoffen, voedsel, lucht, baring
5. Handhaving lichaamstemperatuur
• Rillen spieren in actie
3 types spierweefsel
Hartspierweefsel
Onwillkeurig
Skeletspierweefsel
Dwarsgestreept spierweefsel
Willekeurig
Glad spierweefsel, vb maag
Onwillekeurig
Morfologie van de spier
, Spieren bestaan uit
Grote en kleinere spierbundels omgeven door spierbundelschedes,
o Die bestaan uit spiervezels omgeven door spiervezelschedes (macro).
Spiervezels bestaan op hun beurt uit
Myofibrillen die sarcomeren bevatten,
o Sarcomeren zijn eenheden opgebouwd uit eiwitfilamenten (myosine en
actine) die zo gerangschikt zijn dat de spiercel een dwarse streping vertoont
(micro).
Spiercontractie
Prikkeloverdracht
Zoals impulsgeleiding
Motorische eenheid
= 1 motorisch neuron – meerdere spiervezels
Vb oog: 2a3, been: 100
o Hoe minder hoe nauwkeuriger
Spieren: vb geen pijn na lang zitten van motorische eenheden
wisselen elkaar af geen vermoeidheid bij spiertonus
Contractiecyclus
Enkelvoudige samentrekking