Samenvatting aardrijkskunde
Hoofdstuk 3: Brazilië
§3.3 Klimaten en landschappen
Brazilië maakt voor een groot deel uit van de Zuid-Amerikaanse plaat. Aan de westzijde van de plaat
ligt een subductiezone -> ontstaan Andesgebergte.
Vanuit de Andes stromen rivieren richting oost, vormen samen stroomgebied voor de Amazone.
Brazilië bestaat uit 4 klimaatzones:
1. Noord -> Tropisch regenwoud (AF-klimaat)
2. Ten zuiden -> Uitgestrekte zone savanneklimaat (AW-klimaat)
3. Rond Steenbokskeerkring -> Gematigde klimaatzone (deel CW-klimaat -> Chinaklimaat)
4. Zuidelijkste deel -> gematigd klimaat (CF-klimaat)
4 factoren die zorgen voor klimaatverschillen:
1. Breedteligging: hoe dichterbij de evenaar, hoe warmer het klimaat.
2. Ligging aan zee: op het zuidelijk halfrond is minder landmassa en meer oppervlaktewater dan
op noordelijk halfrond. Het oppervlaktewater rond Zuid-Amerika -> verkoeling. Omdat water
langzamer opwarmt als land, heeft te gebied langs de Steenbokskeerkring een gematigd
klimaat.
3. Windsystemen: Januari heeft een laagdrukgebied, in juli verplaatst dit naar het noordelijk
halfrond. Een groot deel van Brazilië heeft dan te maken en hoogdrukgebied.
4. Ligging van gebergte: de wind komt meestal uit het oosten, boven de oceaan heeft de wind
veel waterdamp opgenomen. Door de ligging van de gebergtes wordt de wind gedwongen te
stijgen, waardoor deze afkoelt en waterdamp condenseert: er ontstaat dan stuwingsneerslag.
De amazone ligt in het tropisch regenwoud (selva) hier moet het het hele jaar warmer dan 18°C zijn,
met een jaarlijkse neerslag van meer dan 1700mm. De biodiversiteit is hier groot.
Langs de noordkust wordt het natuurlijke ecosysteem gevormd door mangrove. Op veel plekken zijn
mangroves gekapt om plaats te maken voor de garnalenteelt.
Ten zuiden v/d amazone ligt de savanne. Het noordoostelijke deel is het droogst <- caatinga of
doornstruiksavanne. Het grootste deel van het savannegebied bestaat uit boomsavanne (cerrado). De
grassavanne, komt alleen voor in het noordelijke deel van Zuid-Amerika.
Een groot deel v/d oorspronkelijke begroeiing aan de oostkust van Brazilië bestaat uit Atlantisch bos.
Vooral CW-klimaat/ Chinaklimaat.
In het uiterste zuiden, waar een gematigd zeeklimaat heerst, liggen de zogenoemde pampa’s
(graslanden).
Hoofdstuk 3: Brazilië
§3.3 Klimaten en landschappen
Brazilië maakt voor een groot deel uit van de Zuid-Amerikaanse plaat. Aan de westzijde van de plaat
ligt een subductiezone -> ontstaan Andesgebergte.
Vanuit de Andes stromen rivieren richting oost, vormen samen stroomgebied voor de Amazone.
Brazilië bestaat uit 4 klimaatzones:
1. Noord -> Tropisch regenwoud (AF-klimaat)
2. Ten zuiden -> Uitgestrekte zone savanneklimaat (AW-klimaat)
3. Rond Steenbokskeerkring -> Gematigde klimaatzone (deel CW-klimaat -> Chinaklimaat)
4. Zuidelijkste deel -> gematigd klimaat (CF-klimaat)
4 factoren die zorgen voor klimaatverschillen:
1. Breedteligging: hoe dichterbij de evenaar, hoe warmer het klimaat.
2. Ligging aan zee: op het zuidelijk halfrond is minder landmassa en meer oppervlaktewater dan
op noordelijk halfrond. Het oppervlaktewater rond Zuid-Amerika -> verkoeling. Omdat water
langzamer opwarmt als land, heeft te gebied langs de Steenbokskeerkring een gematigd
klimaat.
3. Windsystemen: Januari heeft een laagdrukgebied, in juli verplaatst dit naar het noordelijk
halfrond. Een groot deel van Brazilië heeft dan te maken en hoogdrukgebied.
4. Ligging van gebergte: de wind komt meestal uit het oosten, boven de oceaan heeft de wind
veel waterdamp opgenomen. Door de ligging van de gebergtes wordt de wind gedwongen te
stijgen, waardoor deze afkoelt en waterdamp condenseert: er ontstaat dan stuwingsneerslag.
De amazone ligt in het tropisch regenwoud (selva) hier moet het het hele jaar warmer dan 18°C zijn,
met een jaarlijkse neerslag van meer dan 1700mm. De biodiversiteit is hier groot.
Langs de noordkust wordt het natuurlijke ecosysteem gevormd door mangrove. Op veel plekken zijn
mangroves gekapt om plaats te maken voor de garnalenteelt.
Ten zuiden v/d amazone ligt de savanne. Het noordoostelijke deel is het droogst <- caatinga of
doornstruiksavanne. Het grootste deel van het savannegebied bestaat uit boomsavanne (cerrado). De
grassavanne, komt alleen voor in het noordelijke deel van Zuid-Amerika.
Een groot deel v/d oorspronkelijke begroeiing aan de oostkust van Brazilië bestaat uit Atlantisch bos.
Vooral CW-klimaat/ Chinaklimaat.
In het uiterste zuiden, waar een gematigd zeeklimaat heerst, liggen de zogenoemde pampa’s
(graslanden).
