Samenvatting - Financiële analyse (Had 18/20)

Leerpad 1: balans en resultatenrekening

De balans wordt op het einde van de boekhoudperiode opgesteld.

Het heeft de staat van de bezittingen en schulden van de onderneming op deze datum weer

Het is een momentopname  foto van de toestand op de laatste dag van de boekhoudperiode
Aan het begin van de volgende boekhoudperiode hervat de onderneming haar activiteiten met deze
bezittingen en schulden als startpositie

BALANS
ACTIVA PASSIVA
Vaste activa: Eigen vermogen:
- Bezittingen - EV = totaal actief – VV
- Blijven duurzaam in de onderneming - Bedrag dat toekomt aan de eigenaar, na
aanwezig aflossen van schulden uit het VV
- Doel: inzetten om de bedrijfsactiviteit - Schuld van onderneming aan de eigenaar
mogelijk te maken
3 categorieën:
3 categorieën: - Geplaats kapitaal
- Immateriële VA o Waarde v.d. middelen die de
- Materiële VA eigenaars hebben ingebracht
- Financiële VA - Overgedragen winst of verlies
o Waarde v.d. groei of inkrimping
Voorbeelden: - Reserves (= niet-uitgekeerde winst
- Terreinen & gebouwen
- Machines & installaties
- Meubilair & rollend materieel
Vlottende activa: Vreemd vermogen:
- Bezittingen - Schulden
- Roterende frequentie, lijven niet duurzaam - Bedragen verschuldigd @ partijen die
in de onderneming verschillend zijn v.d. eigenaar
- Vormen het onderwerp van de
bedrijfsuitvoering 2 categorieën:
- Lange termijnschulden
3 categorieën: - Korte termijnschulden
- Voorraad handelsgoederen
- vorderingen Voorbeelden:
- liquide middelen en geldbeleggingen - Financiële schulden
- Schulden @leveranciers

Lijst van rechthebbenden met verschuldigd
Alle bezittingen van de onderneming
Concreet & waardevol
= bedrag – schuld @ derden ofwel @ eigenaar
Geen bezit, geen geld – wel een abstracte lijst

,Het resultaat van de onderneming wordt op het einde van het boekjaar berekend

Winst of verlies = alle opbrengsten – alle kosten die tijdens het boekjaar genoteerd zijn.

Het is geen moment opname dus geen foto, maar eerder een film van alle transacties

Aan het begin van het boekjaar begint de onderneming met een blanco resultatenrekening

De winst of het verlies kan gezien worden als een maat voor de groei van de onderneming

RESULTATENREKENING
KOSTEN OPBRENGSTEN
- Aankoop van handelsgoederen* - Verkoop van handelsgoederen
- Aankoop diensten (elektriciteit, water, gas, - Financiële opbrengsten (bv. rente)
vervoer, …)
- Lonen - Vennootschapsbelasting (terugtrekken)
- Jaarlijkse afschrijvingen (= slijtage)
o Deze kosten laten toe de waarde
van vaste activa te spreiden over
hun levensduur
o Een kost ≠ een uitgave
- Financiële kosten (bv. interesten)
- Vennootschapsbelastingen


* Is een KOST en geen aangroei van de voorraad. Pas op het einde v.d. boekhoudperiode wordt de
voorraad aangepast. Indien blijkt dat niet alle stuks werden verkocht, wordt de waarde van het
overschot vanuit de kosten verplaatst naar de voorraad.

,Toepassing Notelaar (zie ook apart blad):
Balans onderneming Notelaar op 31/12/20X0
Beginbalans
Activa Codes Passiva Codes
Oprichtingskosten 20 EIGEN VERMOGEN 10/15 37.000
VAST ACTIEF 21/28 42.000 Kapitaal 10 30.000
Immaterieel vaste activa 21 8.000 Reserve en overgedragen resultaat 13/14 7.000
Materieel vaste activa 22/27 34.000
Financieel vaste activa 28 3.000 SCHULDEN 17/49 9.730
Schulden op meer dan één jaar 17 2.000
Financiële schulden 170/4 2.000
VLOTTENDE ACTIVA 29/58 4.730 Schulden op ten hoogste één jaar 42/48 7.730
Schulden op meer dan één jaar die binnen
Vorderingen op meer dan één jaar 29 het jaar vervallen 42 400
Voorraad 3 1.340 Financiële schulden 43 3.270
Handelsvorderingen 40 2.430 Handelsschulden 44 3.800
Geldbeleggingen 50/53 0 Belastingschulden 45 260
Liquide middelen 54/58 960 Overige schulden 0
TOTAAL DER ACTIVA 20/58 46.730 TOTAAL DER PASSIVA 10/49 46.730


Gebeurtenissen tijdens het boekjaar 01/01/20X1 – 31/12/20X1
- De onderneming heeft voor €320.000 goederen verkocht.
o RR – omzet

- Klanten betalen gemiddeld na 45 dagen.
o Balans – handelsvorderingen

- De onderneming kocht voor €210.000 handelsgoederen. Hiervan blijft 1% in voorraad.
o RR – handelsgoederen en voorraadwijziging

- De onderneming betaalt haar leveranciers gemiddeld na 40 dagen.
o Balans – handelsschulden

- De andere bedrijfskosten (€4.914), bezoldigingen (€60.000) en diensten en diverse goederen
(€30.000) en de interestlasten (€60) werden onmiddellijk betaald.
o RR  interestlasten – financiële kosten

- Het percentage voor de vennootschapsbelastingen bedraag 30%.
o RR – belastingen = 30% van winst/verlies voor belastingen

- (Ter controle:) de winst na belastingen (9904) bedraagt €11.288.
o RR

- De onderneming heeft een investeringskrediet met vaste kapitaalaflossingen. Die bedragen
jaarlijks €400.
o Balans – schulden op meer dan één jaar die binnen het jaar vervallen

- De onderneming gaat een nieuwe obligatielening aan van €12.000 op 5 jaar.
o Balans – schulden op meer dan één jaar – financiële schulden

- Er wordt een kapitaalverhoging doorgevoerd t.b.v. €8.000.
o Balans – kapitaal

, - De materieel vaste activa (MVA) werden voor €1.000 afgeschreven.
o RR – afschrijvingen
o Balans – materiële vaste activa (-)

- Er werd een nieuwe machine aangekocht ter waarde van €20.000.
o Balans – materiële vaste activa

- Van de verschuldigde vennootschapsbelastingen werd reeds €4.488 vooraf betaald is.
o Balans – belastingschulden

- 60% van de winst zal uitgekeerd worden aan de aandeelhouders en 40% zal overgedragen
worden naar volgend jaar.
o Balans – overige schulden = 60% uit te keren dividenden

- Op het einde van het boekjaar zijn er geen geldbeleggingen.
o Balans


Test jezelf samenstelling resultatenrekening Esposa:
Beginbalans onderneming Esposa NV




Gebeurtenissen tijdens het boekjaar (voor het opstellen RR 1e kwartaal)
- Omzet per maand:
o januari: € 210.000
o februari: € 210.000
o maart: € 300.000
o (april: € 360.000)
- Kostprijs van verkochte goederen: 80% van omzet van dat kwartaal
- Aankopen van handelsgoederen/maand: 80% van omzet van volgende maand
- Diensten en diverse goederen: € 2.000/maand
- Financiële kosten/kwartaal: € 7.500