Overzicht van medicatie en hun werking per categorie:
H6 → Stimulantia (sympatische zenuwstelsel, reactievermogen, alertheid)
Cafeïne
Doel → blokkeren van adenosinereceptor (adenosine antagonist)
Voordeel → zeer potent en hogere doseringen leiden niet per se tot grotere effecten. Weinig
bijwerkingen.
Adenosine inhibeert de afgifte van neurotransmitters als dopamine, noradrenaline, glutamaat of
GABA. Door dit te blokkeren komt er dus MEER van deze neurotransmitters vrij. Dit zorgt voor
versnellend effect op reactietijdtaken en vermogen om langdurig signalen te detecteren.
Nicotine
Doel → stimuleren van de nicotine-acetylcholinereceptor (nAChR) waardoor reactietijden sneller
worden en mensen minder snel uitgaan van hun eerste ingeving.
Nadeel → erg verslavend. Bij verslaving sprake van een ongevoelig beloningssysteem voor andere
bronnen van genot.
Het stimuleren van de nAChR-receptor in zowel perifere als centrale zenuwstelsel leidt tot openen
van Na+ kanalen en potentieel tot het ontstaan van actiepotentialen. Dit verklaart de versnelde
reactietijd. Het heeft ook indirect effect op beschikbaarheid van dopamine (DA) in de nucleus
accumbens, wat zorgt voor het verslavende effect.
Amfetamine
Doel → binden aan transporter en blokkeren heropname DA, NE en mindere mate 5-HT. Ook het
bevorderen van omgekeerde transport (dit doet methylfenidaat NIET)
Voordeel → effecten houden lang aan door afbraak in lever.
Nadeel → langdurig gebruik kan leiden tot amfetaminepsychose of schizofrene symptomen
Doordat amefetamine niet alleen heropname tegen gaat, maar ook de productie van dopamine,
noradrenaline en serotonine stimuleert is dit een erg effectief medicijn voor bijvoorbeeld ADHD. Het
wordt echter niet zo vaak voorgeschreven door de duidelijke nadelen.
Methylfenidaat
Doel → blokkeert de heropname van dopamine en norepinefrine, waardoor meer hiervan in de
synaptische ruimte blijft.
Voordeel → direct werking, terwijl andere psychofarmaca vaak 2 tot 4 weken nodig hebben. Blijft 4
keer zo lang gebonden aan receptor als cocaïne
Methylfenidaat is beter bekend als Ritalin, en wordt dan ook meestal voorgeschreven aan kinderen met
ADHD.
H6 → Stimulantia (sympatische zenuwstelsel, reactievermogen, alertheid)
Cafeïne
Doel → blokkeren van adenosinereceptor (adenosine antagonist)
Voordeel → zeer potent en hogere doseringen leiden niet per se tot grotere effecten. Weinig
bijwerkingen.
Adenosine inhibeert de afgifte van neurotransmitters als dopamine, noradrenaline, glutamaat of
GABA. Door dit te blokkeren komt er dus MEER van deze neurotransmitters vrij. Dit zorgt voor
versnellend effect op reactietijdtaken en vermogen om langdurig signalen te detecteren.
Nicotine
Doel → stimuleren van de nicotine-acetylcholinereceptor (nAChR) waardoor reactietijden sneller
worden en mensen minder snel uitgaan van hun eerste ingeving.
Nadeel → erg verslavend. Bij verslaving sprake van een ongevoelig beloningssysteem voor andere
bronnen van genot.
Het stimuleren van de nAChR-receptor in zowel perifere als centrale zenuwstelsel leidt tot openen
van Na+ kanalen en potentieel tot het ontstaan van actiepotentialen. Dit verklaart de versnelde
reactietijd. Het heeft ook indirect effect op beschikbaarheid van dopamine (DA) in de nucleus
accumbens, wat zorgt voor het verslavende effect.
Amfetamine
Doel → binden aan transporter en blokkeren heropname DA, NE en mindere mate 5-HT. Ook het
bevorderen van omgekeerde transport (dit doet methylfenidaat NIET)
Voordeel → effecten houden lang aan door afbraak in lever.
Nadeel → langdurig gebruik kan leiden tot amfetaminepsychose of schizofrene symptomen
Doordat amefetamine niet alleen heropname tegen gaat, maar ook de productie van dopamine,
noradrenaline en serotonine stimuleert is dit een erg effectief medicijn voor bijvoorbeeld ADHD. Het
wordt echter niet zo vaak voorgeschreven door de duidelijke nadelen.
Methylfenidaat
Doel → blokkeert de heropname van dopamine en norepinefrine, waardoor meer hiervan in de
synaptische ruimte blijft.
Voordeel → direct werking, terwijl andere psychofarmaca vaak 2 tot 4 weken nodig hebben. Blijft 4
keer zo lang gebonden aan receptor als cocaïne
Methylfenidaat is beter bekend als Ritalin, en wordt dan ook meestal voorgeschreven aan kinderen met
ADHD.