100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting Landelijke Kennistoets Taal Pabo LKT

Rating
4.2
(6)
Sold
40
Pages
11
Uploaded on
29-12-2018
Written in
2018/2019

Samenvatting van de stof die je moet kennen voor de Landelijke Kennistoets Taal voor de Pabo.

Institution
Course









Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Connected book

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Summarized whole book?
Yes
Uploaded on
December 29, 2018
Number of pages
11
Written in
2018/2019
Type
Summary

Subjects

Content preview

Basiskennis taalonderwijs

Hoofdstuk 1: De kennisbasis Nederlandse taal

Domeinen taalonderwijs:
1. Mondelinge taalvaardigheid
2. Woordenschat
3. Beginnende geletterdheid
4. Voortgezet technisch lezen
5. Begrijpend lezen
6. Stellen
7. Jeugdliteratuur
8. Taalbeschouwing
9. Spelling

Hoofdstuk 2: Taalonderwijs en taal

Geletterdheid is het vermogen om schriftelijke taal te begrijpen en te gebruiken.
Het leren lezen in groep 3 wordt ook wel aanvankelijk lezen genoemd, daarna gaat een kind
voortgezet lezen. Met voortgezet technisch lezen wordt bedoeld dat je de tekst kunt
decoderen; het gaat om vlot en nauwkeurig lezen. Een andere vorm van voortgezet lezen is het
begrijpend lezen. Bij taalbeschouwing gaat het om reflecteren op taal. Een onderdeel hiervan
is de traditionele grammatica: zinnen ontleden.

Hoofdstuk 3: Mondelinge taalvaardigheid

Theorieën over taalverwerving
1. Behaviorisme: kinderen leren taal door imitatie.
2. Creatieve constructietheorie (mentalisme): kinderen beschikken over een aangeboren
taalvermogen.
3. Interactionele benadering: het belang van het aangeboren taalleervermogen in
combinatie met het taalaanbod van de omgeving en de interactie.

Taalverwervingsproces:
1. Prelinguale periode (0 tot 1 jaar):
- Vocaliseren: klinkers produceren
- Vocaal spel: gevarieerde klanken en medeklinkers produceren
- Brabbelen: klankgroepen herhalen
2. De linguale periode (1 tot 9 jaar):
2.1. Vroeglinguale periode (1 tot 2,5 jaar):
- Eenwoordzin: kind is in staat om met één woord een mededeling te doen
- Tweewoordzin: kind kan met behulp van taal relaties aangeven met twee woorden
- Meerwoordzin: kind maakt zinnen van meerdere woorden
2.2. Differentiatiefase (2,5 tot 5 jaar):
- Kinderen leren dat woorden van vorm kunnen veranderen en dat dit iets betekent
- Kinderen ontdekken regelmatigheden in de taal → overgeneralisatie: kinderen
passen onterecht bepaalde taalregels toe
2.3. Voltooiingsfase (5 tot 9 jaar):
- Processen uit de vorige fases worden verder uitgebouwd

, Tweedetaalverwerving:
Simultane tweetaligheid: twee talen tegelijkertijd leren.
Successieve tweetaligheid: tweede taal na eerste taal leren. Hierbij maakt kind gebruik van de
eerste taal voor het leren van de tweede, waarbij soms interferentiefouten (fouten door de
verschillen in de taal) voorkomen).

Een luisterstrategie is een manier van luisteren die iemand hanteert om een luisterdoel te
bereiken. Er zijn vier verschillende strategieën:
1. Globaal luisteren: begrijpen van de informatie.
2. Intensief luisteren: details in je opnemen.
3. Kritisch luisteren: tijdens luisteren een mening vormen.
4. Gericht luisteren: selecteren wat je wilt weten.

Spreekdoelen:
Informeren, amuseren, instrueren, overtuigen.

Gesprekssoorten:
Monoloog, dialoog en groepsgesprek.

Hoofdstuk 4: Woordenschat

Het mentaal lexicon is het woordgeheugen.

Identiteiten van een woord:
1. Akoestische identiteit: klank
2. Articulatorische identiteit: uitspraak
3. Fonologische identiteit: akoestische en articulatorische identiteit samen
4. Morfologische identiteit: opbouw
5. Semantische identiteit: betekenis
6. Syntactische identiteit: mogelijke combinaties met andere woorden
7. Orthografische identiteit: spelling

Concrete betekenis: iets wat je concreet kunt aanwijzen of ervaren.
Stoel = het kinderzitje in de woonkamer.
Abstracte betekenis: het idee of concept dat iemand heeft (zoals in woordenboek).
Stoel = kinderstoel, bureaustoel, eetkamerstoel: heeft een zitvlak en rugleuning.
Contextuele betekenis: betekenis duidelijk maken door het in een context te plaatsen.
Stoel = een meubel, kan erop zitten, aan tafel, stoelendans mee doen.

Diepe woordkennis: kinderen breiden woordenschat uit door de betekenis van de woorden
verder uit te diepen (een bureaustoel en een eetkamerstoel zijn ook stoelen).

Productieve woordenschat: actieve woordenschat, woorden die een kind produceert.
Receptieve woordenschat: passieve woordenschat, woorden die een kind begrijpt.

Principes voor woordenschatverwerving:
1. Labelen: woord koppelen aan een voorwerp of gebeurtenis.
2. Categoriseren: een woord onderbrengen in een categorie.
3. Netwerkopbouw: betekenissen aan een woord koppelen.
$5.45
Get access to the full document:
Purchased by 40 students

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached

Reviews from verified buyers

Showing all 6 reviews
9 months ago

2 year ago

4 year ago

5 year ago

6 year ago

6 year ago

4.2

6 reviews

5
2
4
3
3
1
2
0
1
0
Trustworthy reviews on Stuvia

All reviews are made by real Stuvia users after verified purchases.

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
elinepeters Hogeschool Arnhem en Nijmegen
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
82
Member since
8 year
Number of followers
71
Documents
6
Last sold
1 month ago

4.0

20 reviews

5
7
4
8
3
4
2
0
1
1

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions