①METHODE = EEN BEPAALDE MANIER VAN WERKEN ②METHODIEK = DE LEER DIE RICHTING GEEFT AAN DE KEUZE VAN METHODEN
DEFINITIE ✓ Een gesystematiseerde wijze van werken om een doel te bereiken ✓ Methodiek is methodenleer
✓ Een omschreven en doelgerichte werkwijze om met een ✓ Verschil met methode
cliënt/groep in een bepaalde situatie een bepaald vraagstuk op te ▪ Ruimer dan concreet handelen
lossen; het geeft richting aan het handelen van de hulpverlener door ▪ Nadenken over dat handelen + ordenen
aanwijzingen voor het gebruik van instrumenten en technieken ▪ Overkoepelend kader
▪ Geeft antwoord op: “Welke methode(n) is/zijn in deze situatie
zinvol?”
KENMERKEN ✓ Vaak een theoretische achtergrond ✓ Een verzameling van methoden
▪ Theoretisch kader geeft verantwoording aan het handelen ▪ Een samenhangend geheel van methoden
▪ Methoden kunnen ook toevallig ontdekt worden door het ✓ Helpt kiezen
spontane handelen = voor-methodisch handelen ▪ Het geeft aanwijzingen om te kunnen kiezen welke methode het
✓ Gericht op een doelgroep best geschikt zijn in een bepaalde hulpverleningssituatie
▪ Niet enkel de cliënt, maar ook het cliëntsysteem ✓ Gebaseerd op theorie en praktijk
✓ Doelgericht ▪ Praktijk omdat een methodiek vaak ontstaat uit praktijkervaring in
▪ Men werkt planmatig, doet iets op een bepaalde manier en wisselwerking met praktijkonderzoek, uitgevoerd door
heeft daarbij een doel voor ogen wetenschappers
✓ Doordacht ▪ Het is steeds in ontwikkeling
▪ Niet lukraak ✓ Ethische en normatieve stellingnames
✓ Systematisch ▪ Er wordt duidelijk gemaakt welke waarden en normen er zijn die als
▪ Bewust ≠ stappen in bepaalde volgorde basis dienen voor het handelen
✓ Procesmatig ✓ Helpt nadenken en ordenen
▪ Flexibel omspringen met een methode; soms moet deze ▪ Nadenken over het doen van de methode en er in zekere mate een
worden bijgestuurd, nadat werd geëvalueerd ordening aanbrengen
✓ Persoonlijk gekleurd ✓ Abstracter dan methode
▪ De kleur van de gebruikte methode hangt af van de ▪ Het is meer omvattend; biedt een kader voor hulpverleners om voor
persoonlijkheid van de persoon die het toepast, de bepaalde methoden al dan niet te kiezen
opvattingen, kennis en vaardigheden
WERKDEFINITIE ✓ De theorie die achter de methode schuilgaat + ontstaansgrond ✓ Beroepsmethodiek = samenhangend geheel van visie, uitgangspunten
① en maatschappelijke achtergrond en praktijktheoretische keuzen waarmee de beroepsgroep haar
_____________
VERWANTE ✓ Doelgroep beroeps handelen herkenbaar maakt en verantwoordt
BEGRIPPEN ② ✓ Doelen + effecten ✓ Instellingsmethodiek = de methodiek die een organisatie als
✓ Concrete manier van werken uitgangspunt voor het handelen neemt
✓ Kwaliteit van de personen en organisatie ✓ Basismethodiek = ondersteunt om op een doelgerichte en
systematische manier hulp te verlenen binnen het ruime werkveld
van de bachelor in de orthopedagogie
✓ Methodologie = studie van methoden om tot kennis te komen in een
bepaald vakgebied
DEFINITIE ✓ Een gesystematiseerde wijze van werken om een doel te bereiken ✓ Methodiek is methodenleer
✓ Een omschreven en doelgerichte werkwijze om met een ✓ Verschil met methode
cliënt/groep in een bepaalde situatie een bepaald vraagstuk op te ▪ Ruimer dan concreet handelen
lossen; het geeft richting aan het handelen van de hulpverlener door ▪ Nadenken over dat handelen + ordenen
aanwijzingen voor het gebruik van instrumenten en technieken ▪ Overkoepelend kader
▪ Geeft antwoord op: “Welke methode(n) is/zijn in deze situatie
zinvol?”
KENMERKEN ✓ Vaak een theoretische achtergrond ✓ Een verzameling van methoden
▪ Theoretisch kader geeft verantwoording aan het handelen ▪ Een samenhangend geheel van methoden
▪ Methoden kunnen ook toevallig ontdekt worden door het ✓ Helpt kiezen
spontane handelen = voor-methodisch handelen ▪ Het geeft aanwijzingen om te kunnen kiezen welke methode het
✓ Gericht op een doelgroep best geschikt zijn in een bepaalde hulpverleningssituatie
▪ Niet enkel de cliënt, maar ook het cliëntsysteem ✓ Gebaseerd op theorie en praktijk
✓ Doelgericht ▪ Praktijk omdat een methodiek vaak ontstaat uit praktijkervaring in
▪ Men werkt planmatig, doet iets op een bepaalde manier en wisselwerking met praktijkonderzoek, uitgevoerd door
heeft daarbij een doel voor ogen wetenschappers
✓ Doordacht ▪ Het is steeds in ontwikkeling
▪ Niet lukraak ✓ Ethische en normatieve stellingnames
✓ Systematisch ▪ Er wordt duidelijk gemaakt welke waarden en normen er zijn die als
▪ Bewust ≠ stappen in bepaalde volgorde basis dienen voor het handelen
✓ Procesmatig ✓ Helpt nadenken en ordenen
▪ Flexibel omspringen met een methode; soms moet deze ▪ Nadenken over het doen van de methode en er in zekere mate een
worden bijgestuurd, nadat werd geëvalueerd ordening aanbrengen
✓ Persoonlijk gekleurd ✓ Abstracter dan methode
▪ De kleur van de gebruikte methode hangt af van de ▪ Het is meer omvattend; biedt een kader voor hulpverleners om voor
persoonlijkheid van de persoon die het toepast, de bepaalde methoden al dan niet te kiezen
opvattingen, kennis en vaardigheden
WERKDEFINITIE ✓ De theorie die achter de methode schuilgaat + ontstaansgrond ✓ Beroepsmethodiek = samenhangend geheel van visie, uitgangspunten
① en maatschappelijke achtergrond en praktijktheoretische keuzen waarmee de beroepsgroep haar
_____________
VERWANTE ✓ Doelgroep beroeps handelen herkenbaar maakt en verantwoordt
BEGRIPPEN ② ✓ Doelen + effecten ✓ Instellingsmethodiek = de methodiek die een organisatie als
✓ Concrete manier van werken uitgangspunt voor het handelen neemt
✓ Kwaliteit van de personen en organisatie ✓ Basismethodiek = ondersteunt om op een doelgerichte en
systematische manier hulp te verlenen binnen het ruime werkveld
van de bachelor in de orthopedagogie
✓ Methodologie = studie van methoden om tot kennis te komen in een
bepaald vakgebied