Uitwerking college en aantekeningen:
3 groepen parodontale chirurgie:
Coemetech: bv. gingivectomie,
recessiebedekking.
Reetaurateve tandheelkunde:
bv. bij ontsteking na verkeerde
plaatsing facings.
Behandeling verdiepte pockete:
bv. fapoperate.
Hietologieche verandering na initile behandeling:
Afname aantal bloedvaten.
Minder vochtopname in bindweefsel.
Afname ontstekingsinfltraat.
Aanmaak nieuwe collageenvezels tonus.
Klinieche verandering na initile behandeling:
Minder bloeding.
Minder zwelling.
Meer stevigheid.
Minder PPD: probing pocket depth.
Meer recessies.
Meer aanhechtng: m.b.v. hemidesmosomen in epitheel, niet m.b.v. bindweefselvezels
(irreversibel).
Typisch bij Zweedse studies: het lukt om optmale MM toe te passen
- Plaquescores zijn net iets hoger bij diepe pockets dan bij ondiepe pockets
Reden: bij diepe pockets komen meer eiwiten vrij.
Badereten etudiee: herhaling
- maakte in haar studie gebruik van de premolaren in de BK waarbij het meestal 2 wortelige
elementen zijn. Molaren werden in het onderzoek niet meegenomen.
Plaquescores:
College 6: Indicatee parodontale chirurgie OE Parodontologie 3 (periode 3.1)
1
, - Plaquescore standaard hoger bij diepere pockets t.o.v. ondiepe pockets. Dit komt door de
verhoogde aanwezigheid van eiwiten voedingsbron voor bacteriën snellere uitgroei
bioflm.
Bloedingsscores:
Pocketdiepte:
Recessie:
Aanhechtngsniveau:
- Initële behandeling in ondiepe pockets resulteert in aanhechtngsverlies advies: als het
niet nodig is, geen behandeling in ondiepe pockets.
- Vanaf pockets van 5 treedt iets recessie en aanhechtngswinst op.
Vuistregel I, C, P, vrije vlakken M: restpocket = beginpocket/2 +1.
Bij molaren wordt minder reacte op initële behandeling verwacht door anatomische factoren
(groeven, furcates, etc).
Elementen hebben efect op het buurelement. Wanneer de 26 een angulair defect heef, wat het
efect van behandeling verminderd, kan de 25 ondanks goede behandeling ook minder herstel
tonen.
Bij behandeling van furcates treedt altjd aanhechtngsverlies op.
- Dit hoef niet negatef te zijn, kan juist meer toegankelijkheid bieden.
Voor een patënt de nazorg in gaat, moet afgevraagd worden of de huidige status stabiel is en
stabiel gehouden kan worden.
In het dossier moet onderscheid gemaakt worden tussen een etabiele en niet etabiele “nazorg”
patënt.
College 6: Indicatee parodontale chirurgie OE Parodontologie 3 (periode 3.1)
2