Boek: geschiedenis & samenleving
Hoofdstuk 7
Tijd van pruiken en revolutes 1700-1800
- Slavenarbeid op plantages en de opkomst van het abolitonisme
- Het streven naar grondrechten en naar politeke invloed van de burgerij in de Franse
en de Bataafse revolute
7.1 verdeeldheid in de republiek
De plotselinge door van stadhouder-koning Willem III geef de regenten de kans om hun
eigen posite weer te versterken oor geen nieuwe stadhouder te benoemen: het tweede
stadhouderloze tjdperk van 1702-1747. De regenten spreken van de ware vrijheid: zonder
toezicht van de stadhouder kunnen ze hun eigen gang gaan.
De Friese Nassaus krijgen de bezitngen in de Nederlanden en de ttel Prins van Oranje en
Pruisen krijgt de bezitngen buiten de Nederlanden en ook de ttel van Prins van Oranje.
In de eerste helf van de 18e eeuw geldt de republiek nog steeds als een grote mogendheid.
Republiek is betrokken bij e verbonden die in Europa worden gesloten.
Opvolgingskwestes in Spanje en Oostenrijk leiden tot oorlogen, waarbij de Zuidelijke
Nederlanden vaak het strijdtoneel zijn. Bij de Vrede van Utrecht (1713) verwerf de
Republiek zelfs nog enige gebiedsuitbreiding. Dit verzwakte de posite van de Republiek door
enorme spanningen tussen ambites en nanciële mogelijkheden.
Een regentenbestuur zonder stadhouder wordt steeds meer een familieregering of een
regering van weinigen oligarchie. Bestuur wordt gevormd door een steeds kleinere groep
mensen, die niet openstaat voor nieuwkomers. Onderling worden de winstgevende ambten
verdeeld. De grens tussen algemeen belang en eigenbelang wordt steeds vager. Regenten
krijgen zo veel inkomsten.
De regenten meten zich een Franse levensstjl aan (mooie buitenhuizen laten bouwen).
Regenten buitenhuizen, grote tuin, pruiken, hoepelrokken defigheid
Bestuur regenten zijn niet in staat problemen op te lossen.
Tijdens de strijd om de opvolging in Oostentjk wil e republiek neutraal blijven. Door
Frankrijk raakt de Republiek betrokken. Franse legers vallen in 1747 Staats-Vlaanderen
binnen. De Friese stadhouder Willem begint in Zeeland te verzeten. Willem wordt als
Willem IV stadhouder over alle gewesten en dat stadhouderschap wordt erfelijk.
Er zijn grote verwachtngen van de stadhouder Fransen verslaan lukt niet. Franse
legers nemen Bergen op Zoom en Maastricht in. Bij de Vrede van Aken in 1748 krijgt de
Republiek alle verloren gebieden terug.
Verwachtngen binnenlands gebied inperken macht oligarchische regenten en herziening
belastngsysteem pamfleten. Herstel van de prins zijn bevoegdheden om bestuurders te
benoemen wordt geregeld. De stadhouder kan zich weer gaan bemoeien met de benoeming
van de stadsbestuurders.
Willem IV krijgt met grote onrust te maken over de belastngen. Die belastnginning wordt
voor een bepaald bedrag verpacht aan belastngpachters, die vervolgens hun gang kunnen
gaan. Wat ze meer innen zijn hun inkomsten. In 1748 komt het uit tot rellen waarbij huizen
van belastngpachters geplunderd worden (pachtersoproer). Verpachtng wordt afgeschaf.
De inning wordt verzorgd door ambtenaren die een vast salaris krijgen.
Hoofdstuk 7
Tijd van pruiken en revolutes 1700-1800
- Slavenarbeid op plantages en de opkomst van het abolitonisme
- Het streven naar grondrechten en naar politeke invloed van de burgerij in de Franse
en de Bataafse revolute
7.1 verdeeldheid in de republiek
De plotselinge door van stadhouder-koning Willem III geef de regenten de kans om hun
eigen posite weer te versterken oor geen nieuwe stadhouder te benoemen: het tweede
stadhouderloze tjdperk van 1702-1747. De regenten spreken van de ware vrijheid: zonder
toezicht van de stadhouder kunnen ze hun eigen gang gaan.
De Friese Nassaus krijgen de bezitngen in de Nederlanden en de ttel Prins van Oranje en
Pruisen krijgt de bezitngen buiten de Nederlanden en ook de ttel van Prins van Oranje.
In de eerste helf van de 18e eeuw geldt de republiek nog steeds als een grote mogendheid.
Republiek is betrokken bij e verbonden die in Europa worden gesloten.
Opvolgingskwestes in Spanje en Oostenrijk leiden tot oorlogen, waarbij de Zuidelijke
Nederlanden vaak het strijdtoneel zijn. Bij de Vrede van Utrecht (1713) verwerf de
Republiek zelfs nog enige gebiedsuitbreiding. Dit verzwakte de posite van de Republiek door
enorme spanningen tussen ambites en nanciële mogelijkheden.
Een regentenbestuur zonder stadhouder wordt steeds meer een familieregering of een
regering van weinigen oligarchie. Bestuur wordt gevormd door een steeds kleinere groep
mensen, die niet openstaat voor nieuwkomers. Onderling worden de winstgevende ambten
verdeeld. De grens tussen algemeen belang en eigenbelang wordt steeds vager. Regenten
krijgen zo veel inkomsten.
De regenten meten zich een Franse levensstjl aan (mooie buitenhuizen laten bouwen).
Regenten buitenhuizen, grote tuin, pruiken, hoepelrokken defigheid
Bestuur regenten zijn niet in staat problemen op te lossen.
Tijdens de strijd om de opvolging in Oostentjk wil e republiek neutraal blijven. Door
Frankrijk raakt de Republiek betrokken. Franse legers vallen in 1747 Staats-Vlaanderen
binnen. De Friese stadhouder Willem begint in Zeeland te verzeten. Willem wordt als
Willem IV stadhouder over alle gewesten en dat stadhouderschap wordt erfelijk.
Er zijn grote verwachtngen van de stadhouder Fransen verslaan lukt niet. Franse
legers nemen Bergen op Zoom en Maastricht in. Bij de Vrede van Aken in 1748 krijgt de
Republiek alle verloren gebieden terug.
Verwachtngen binnenlands gebied inperken macht oligarchische regenten en herziening
belastngsysteem pamfleten. Herstel van de prins zijn bevoegdheden om bestuurders te
benoemen wordt geregeld. De stadhouder kan zich weer gaan bemoeien met de benoeming
van de stadsbestuurders.
Willem IV krijgt met grote onrust te maken over de belastngen. Die belastnginning wordt
voor een bepaald bedrag verpacht aan belastngpachters, die vervolgens hun gang kunnen
gaan. Wat ze meer innen zijn hun inkomsten. In 1748 komt het uit tot rellen waarbij huizen
van belastngpachters geplunderd worden (pachtersoproer). Verpachtng wordt afgeschaf.
De inning wordt verzorgd door ambtenaren die een vast salaris krijgen.