www.estudio.be – studiebegeleiding Gent
EXAMEN: CONTRACTENRECHT met oplossingen
1. Welke stelling is juist?
a) onderhandse contracten kunnen aan derden worden tegengeworpen als ze vaste datum hebben
en als de tegenwerpelijkheid in een wet is voorzien.
Correct, denk bijvoorbeeld aan een huurcontract.
b) door sterkmaking gaat de belover een resultaatsverbintenis aan tegen de medecontractant in
naam en voor rekening van de andere medecontractant.
Fout, gaat over de lastgeving en niet de sterkmaking.
c) het overlijden van een contractpartij heeft steeds tot gevolg dat de erfgenamen van de volledige
nalatenschap , het contract moeten verderzetten.
Fout, dit is niet het geval bij intuïtu personae.
d) een derde die medeplichtig is aan contractbreuk tussen de contractpartijen, kan schadevergoeding
verschuldigd zijn op basis van een contractuele band.
Fout, de derde heeft geen contract, kan dus enkel buitencontractueel.
2. De huurder van een winkelpand (handelshuur) betaalt al 4 maanden geen huur meer en zoekt
ondertussen een overnemer voor zijn winkel. De huurder bevindt zich in het 4de jaar van de
huurovereenkomst. Als immobiliënmakelaar hebt u een koper voor het gebouw maar die wil enkel
een eigendom die niet meer belast is met een huurovereenkomst. Uw klant, de eigenaar, vraagt u
advies over de vraag hoe hij vlug (d.w.z. uiterlijk binnen de 2 maanden) de huurovereenkomst kan
beëindigen. Uw advies is:
a) Een vordering tot nietigheid van de huurovereenkomst starten omdat de huurder al 4 maanden
niet betaalt.
Fout, gaat niet over de nietigheid,want het is een wanprestatie.
b) Door middel van een gerechtsdeurwaarder een opzeg betekenen die, omdat een
gerechtsdeurwaarder dat doet, onmiddellijke uitwerking heeft en de huurder binnen de maand het
pand moet verlaten.
Fout, de verhuurder moet een opzegtermijn respecteren van één jaar en kan slechts om bepaalde
redenen het goed zelf betrekken.
c) Een vordering tot huurverbreking starten en de vrederechter overtuigen dat de verbreking terecht
is en de huurovereenkomst kan opgezegd worden.
Fout, gaat om een wanprestatie. Bij verbreking wordt het contract gewoon stopgezet.
d) Een vordering tot huurontbinding starten en de vrederechter overtuigen van de huurontbinding
1
EXAMEN: CONTRACTENRECHT met oplossingen
1. Welke stelling is juist?
a) onderhandse contracten kunnen aan derden worden tegengeworpen als ze vaste datum hebben
en als de tegenwerpelijkheid in een wet is voorzien.
Correct, denk bijvoorbeeld aan een huurcontract.
b) door sterkmaking gaat de belover een resultaatsverbintenis aan tegen de medecontractant in
naam en voor rekening van de andere medecontractant.
Fout, gaat over de lastgeving en niet de sterkmaking.
c) het overlijden van een contractpartij heeft steeds tot gevolg dat de erfgenamen van de volledige
nalatenschap , het contract moeten verderzetten.
Fout, dit is niet het geval bij intuïtu personae.
d) een derde die medeplichtig is aan contractbreuk tussen de contractpartijen, kan schadevergoeding
verschuldigd zijn op basis van een contractuele band.
Fout, de derde heeft geen contract, kan dus enkel buitencontractueel.
2. De huurder van een winkelpand (handelshuur) betaalt al 4 maanden geen huur meer en zoekt
ondertussen een overnemer voor zijn winkel. De huurder bevindt zich in het 4de jaar van de
huurovereenkomst. Als immobiliënmakelaar hebt u een koper voor het gebouw maar die wil enkel
een eigendom die niet meer belast is met een huurovereenkomst. Uw klant, de eigenaar, vraagt u
advies over de vraag hoe hij vlug (d.w.z. uiterlijk binnen de 2 maanden) de huurovereenkomst kan
beëindigen. Uw advies is:
a) Een vordering tot nietigheid van de huurovereenkomst starten omdat de huurder al 4 maanden
niet betaalt.
Fout, gaat niet over de nietigheid,want het is een wanprestatie.
b) Door middel van een gerechtsdeurwaarder een opzeg betekenen die, omdat een
gerechtsdeurwaarder dat doet, onmiddellijke uitwerking heeft en de huurder binnen de maand het
pand moet verlaten.
Fout, de verhuurder moet een opzegtermijn respecteren van één jaar en kan slechts om bepaalde
redenen het goed zelf betrekken.
c) Een vordering tot huurverbreking starten en de vrederechter overtuigen dat de verbreking terecht
is en de huurovereenkomst kan opgezegd worden.
Fout, gaat om een wanprestatie. Bij verbreking wordt het contract gewoon stopgezet.
d) Een vordering tot huurontbinding starten en de vrederechter overtuigen van de huurontbinding
1