Flavell H3. Infant cognition
Jean Piaget meest begrijpelijke theorie over het ontstaan van babycognitee
Recent onderzoek suggegeert dat babys veel competenter zijn cognitee dan Piaget gelooedee De baby
cognite verschilt mogelijk niet heel veel van de latere cognitee Ze zijn alleen minder volwassene
The piagetian approach
Infant cognition as sensorimotor intelligence
Piaget geloof dat er een duidelijke capaciteit voor georganiseerde sensorische en motorische actes
ontwikkelen als het kind ouder worde Kennis krijgen ze door te herkennen en een denken doen ze
met hun zintuigene Sensorimotor intelligence = kennis van de wereld door de wereld in te delen in
patronen van uit sensorische en morotsche actes gehaald patronene
Sensorimotor schemes
Assimilate en accommodate wordt gedaan door cogniteve organisate van kennis structuur in het
hooed van een kinde Piaget noem deze organisates die assimilate en accommodate aansturen
schemee Scheme = specifekk klaarstaande gelabeleerde klasse van sensori-motorische actes
sequences die het kind herhaalderlijk uitvoertk normaal gesproken als antwoord op een bepaalde
klasse van objecten oe situatese et is een mentale structuur in het kind die de basis vormt voor deze
actese De cogniteve capaciteit die onder georganiseerd gedrag ligte
Oudere mensen representeren een gegeven object met een klas terwijl een baby het object ziet als
iets waar je iets mee moet doenk actee
Schemes kunnen gecombineerd worden om zo een hoger level van sensorimotor intelligente te
behalene
Cognitive motivation
et gebruik van kennis en cogniteve vaardigheden kan aangezet worden door extrinsiek
(noncogniteek van buiten ae) oe intrinsiek (van binnen uit)e Bij jonge kinderen vaak intrinsiek op basis
van de schemesk als de objecten aanwezig zijn gebeurt er iets vanuit het kind uite Input die kinderen
nog net niet begrijpen is voor hen het meest interessante Cogniteve motvate en cogniteve
verandering is voor Piaget het creeeren van nieuwe ervaringen door het kind zele door middel van
eigen actes op de omgevinge
Piaget’s six stages of sensorimotor development
De leefijden zijn niet belangrijke Sommige gaan er sneller doorheen dan anderek de volgorde is
echter zeer van belange Geen eerdere stage kan overgeslagen zijne
Volgens Piaget begint het kind in het begin zonder basis van enkele kennis (nurture)k alleen wat
reflexene xaar sommige daarvan zijn de basis van de sensorimotorische actese ij is dus interactes:
biologische processen combineren met ervaringen om veranderingen aan te brengene
Kind moet in staat zijn om eysiek de wereld te verkennen voordat de sensorimotor intelligente op
gang komte
In stage 4 heef het kind intentonele op het doel gericht gedragk dat voorkomt uit stage 3: de
mogelijkheid om uitkomsten de reproduceren die door de schemes zijn ontstaane
Stage 5 bout daarop door door het conservateve gedrag door te zeten naar een nieuw object te
kunnen bewerken door de bestaande schemes te gebruikene
In stage 6 is het kind in staat om deferred imitaton te doen = actes woorden waargenomen maar
niet geimiteerd op een gegeven moment totdat het kind de acte reproduceerd in volle details een
hele tjd latere Ook komt hier pretend play voor = spelen met een object dat voor het kind iets anders
representeerde
Sensorische actes moeten rustg stap voor stap uitgevoerd wordene Symbolische-representates =
sneller en vrije mobiel in de operatek over het verledenk nu en toekomste
Stage 1 0-1 maand Reflexive schemes Reflexenk primair gerich op
de omgevingk eerste
, schemse
Stage 2 1-4 maanden Primary circular Individuele schems worden
reactons meer aegestemd op
omgevinge Samengenomen
voor grotere
gedragssamenstellingene
Stage 3 4-8 maanden Secondary circular Gedrag is externaliserend
reactons georienteerdk cognietee en
sociaale xeer interesse voor
de wereld en reproduceren
van uitkomsten door de
acte na te doen die tot de
uitkomst leiddee
Stage 4 8-12 maanden Coordinaton oe Intentoneel gedrag richtng
secondary circular doelene Acte en doel
reactons onderscheidene
Stage 5 12-18 maanden Tertary circular Acteek trail-error
reactons ervaringene Nieuwe actes
creerene
Stage 6 18-24 maanden The inventon oe Symbolische representate
new means mogelijkheidene Einde
through mental sensorimotor actes
combinatons
The Object concept
Object permanente = het object blijf hetzelede in tjd en ruimtee Idee van Piagete
Piaget’s studies
Concepte van objecten in niet aangeboren maar aangeleerd door ervaringe De verwerving daarvan is
een langdurig proces dat het hele sensorimotor deel duurte en dit proces bestaat uit een universele
volgorde van ontwikkelingsstages:
- Stage 1-2: een bewegend object volgen met de ogen totdat het verdwijnt uit beelde xeteen
verliezen van interessee Volgens Piaget weet het kind niet oe het blijf bestaane
- Stage 3:ancitperen van toekomstge posites door de richtng van de beweginge et kind
grijpt alleen naar het deel van een object dat te zien ise het kind denkt dat het object dan niet
meer blijf bestaane
- Stage 4: kind kan object zoeken ook al is het bedekte xaar hij zoekt dan bij hetgene wat
bekend is en vaker voor gekomen ise A-not B error = laten zien dat je object verstop bij
locate A meerdere keren totdat het kind telkens daar zoekte Daarna laten zien dat je het
object verstopt bij locate Be het kind gaat nog steeds bij A zoekene
- Stage 5: kind zoekt op de plaats waar het object het laatst gezien ise het kind kan alleen nog
niet zoeken op een plek waar het object verdwenen kan zijn buiten zijn beelde et kind kan
dus wel omgaan met visuele displacementsk maar niet met invisible displacementse
- Stage 6: kind kan nu ook antciperen over wat er gebeurd kan zijn buiten zijn oe haar zichte
More recent research
Kinderen weten veel meer ober objecten dan Piaget dachte Een kind kan incompetent eruit zien maar
dat betekend niet at hij dat ook echt ise Piaget’s conclusies over oe het kind wel oe niet het object
snapte was gebasseerd op eysieke actes zoals grijpene et gedrag van kinderen komt overeen met
wat Piaget vondk maar dat betekend niet oe een kind wel oe niet gelooed dat het object verdwijnte
Violaton-of expectancy paradigm Thomas Bower en William Charlesworth: onderzoek met
habituate van een molen die ronddraaite Twee beeldene Ae possible event: object komt er tegen aan
Jean Piaget meest begrijpelijke theorie over het ontstaan van babycognitee
Recent onderzoek suggegeert dat babys veel competenter zijn cognitee dan Piaget gelooedee De baby
cognite verschilt mogelijk niet heel veel van de latere cognitee Ze zijn alleen minder volwassene
The piagetian approach
Infant cognition as sensorimotor intelligence
Piaget geloof dat er een duidelijke capaciteit voor georganiseerde sensorische en motorische actes
ontwikkelen als het kind ouder worde Kennis krijgen ze door te herkennen en een denken doen ze
met hun zintuigene Sensorimotor intelligence = kennis van de wereld door de wereld in te delen in
patronen van uit sensorische en morotsche actes gehaald patronene
Sensorimotor schemes
Assimilate en accommodate wordt gedaan door cogniteve organisate van kennis structuur in het
hooed van een kinde Piaget noem deze organisates die assimilate en accommodate aansturen
schemee Scheme = specifekk klaarstaande gelabeleerde klasse van sensori-motorische actes
sequences die het kind herhaalderlijk uitvoertk normaal gesproken als antwoord op een bepaalde
klasse van objecten oe situatese et is een mentale structuur in het kind die de basis vormt voor deze
actese De cogniteve capaciteit die onder georganiseerd gedrag ligte
Oudere mensen representeren een gegeven object met een klas terwijl een baby het object ziet als
iets waar je iets mee moet doenk actee
Schemes kunnen gecombineerd worden om zo een hoger level van sensorimotor intelligente te
behalene
Cognitive motivation
et gebruik van kennis en cogniteve vaardigheden kan aangezet worden door extrinsiek
(noncogniteek van buiten ae) oe intrinsiek (van binnen uit)e Bij jonge kinderen vaak intrinsiek op basis
van de schemesk als de objecten aanwezig zijn gebeurt er iets vanuit het kind uite Input die kinderen
nog net niet begrijpen is voor hen het meest interessante Cogniteve motvate en cogniteve
verandering is voor Piaget het creeeren van nieuwe ervaringen door het kind zele door middel van
eigen actes op de omgevinge
Piaget’s six stages of sensorimotor development
De leefijden zijn niet belangrijke Sommige gaan er sneller doorheen dan anderek de volgorde is
echter zeer van belange Geen eerdere stage kan overgeslagen zijne
Volgens Piaget begint het kind in het begin zonder basis van enkele kennis (nurture)k alleen wat
reflexene xaar sommige daarvan zijn de basis van de sensorimotorische actese ij is dus interactes:
biologische processen combineren met ervaringen om veranderingen aan te brengene
Kind moet in staat zijn om eysiek de wereld te verkennen voordat de sensorimotor intelligente op
gang komte
In stage 4 heef het kind intentonele op het doel gericht gedragk dat voorkomt uit stage 3: de
mogelijkheid om uitkomsten de reproduceren die door de schemes zijn ontstaane
Stage 5 bout daarop door door het conservateve gedrag door te zeten naar een nieuw object te
kunnen bewerken door de bestaande schemes te gebruikene
In stage 6 is het kind in staat om deferred imitaton te doen = actes woorden waargenomen maar
niet geimiteerd op een gegeven moment totdat het kind de acte reproduceerd in volle details een
hele tjd latere Ook komt hier pretend play voor = spelen met een object dat voor het kind iets anders
representeerde
Sensorische actes moeten rustg stap voor stap uitgevoerd wordene Symbolische-representates =
sneller en vrije mobiel in de operatek over het verledenk nu en toekomste
Stage 1 0-1 maand Reflexive schemes Reflexenk primair gerich op
de omgevingk eerste
, schemse
Stage 2 1-4 maanden Primary circular Individuele schems worden
reactons meer aegestemd op
omgevinge Samengenomen
voor grotere
gedragssamenstellingene
Stage 3 4-8 maanden Secondary circular Gedrag is externaliserend
reactons georienteerdk cognietee en
sociaale xeer interesse voor
de wereld en reproduceren
van uitkomsten door de
acte na te doen die tot de
uitkomst leiddee
Stage 4 8-12 maanden Coordinaton oe Intentoneel gedrag richtng
secondary circular doelene Acte en doel
reactons onderscheidene
Stage 5 12-18 maanden Tertary circular Acteek trail-error
reactons ervaringene Nieuwe actes
creerene
Stage 6 18-24 maanden The inventon oe Symbolische representate
new means mogelijkheidene Einde
through mental sensorimotor actes
combinatons
The Object concept
Object permanente = het object blijf hetzelede in tjd en ruimtee Idee van Piagete
Piaget’s studies
Concepte van objecten in niet aangeboren maar aangeleerd door ervaringe De verwerving daarvan is
een langdurig proces dat het hele sensorimotor deel duurte en dit proces bestaat uit een universele
volgorde van ontwikkelingsstages:
- Stage 1-2: een bewegend object volgen met de ogen totdat het verdwijnt uit beelde xeteen
verliezen van interessee Volgens Piaget weet het kind niet oe het blijf bestaane
- Stage 3:ancitperen van toekomstge posites door de richtng van de beweginge et kind
grijpt alleen naar het deel van een object dat te zien ise het kind denkt dat het object dan niet
meer blijf bestaane
- Stage 4: kind kan object zoeken ook al is het bedekte xaar hij zoekt dan bij hetgene wat
bekend is en vaker voor gekomen ise A-not B error = laten zien dat je object verstop bij
locate A meerdere keren totdat het kind telkens daar zoekte Daarna laten zien dat je het
object verstopt bij locate Be het kind gaat nog steeds bij A zoekene
- Stage 5: kind zoekt op de plaats waar het object het laatst gezien ise het kind kan alleen nog
niet zoeken op een plek waar het object verdwenen kan zijn buiten zijn beelde et kind kan
dus wel omgaan met visuele displacementsk maar niet met invisible displacementse
- Stage 6: kind kan nu ook antciperen over wat er gebeurd kan zijn buiten zijn oe haar zichte
More recent research
Kinderen weten veel meer ober objecten dan Piaget dachte Een kind kan incompetent eruit zien maar
dat betekend niet at hij dat ook echt ise Piaget’s conclusies over oe het kind wel oe niet het object
snapte was gebasseerd op eysieke actes zoals grijpene et gedrag van kinderen komt overeen met
wat Piaget vondk maar dat betekend niet oe een kind wel oe niet gelooed dat het object verdwijnte
Violaton-of expectancy paradigm Thomas Bower en William Charlesworth: onderzoek met
habituate van een molen die ronddraaite Twee beeldene Ae possible event: object komt er tegen aan
