T. Madern (2015)
Haal mensen die rondkomen van een klein budget uit hun tunnelvisie
Mensen met een klein budget (door een laag inkomen of door schuldenproblematiek)
nemen vaak andere beslissingen dan mensen die niet van een klein budget hoeven rond te
komen. Hun keuzes lijken vaak minder slim te zijn en hun situatie niet ten goede te komen.
Verbinding met geld & gedrag: de invloed van de omgeving
In Geld & Gedrag, de theoretische basis staat beschreven dat iemands houding en zijn
persoonlijkheid van invloed zijn op zijn gedrag. Daarnaast speelt de omgeving waarin
iemand leeft een rol, zowel de economische omgeving als de fysieke en sociaal-culturele
omgeving. Het gebrek aan geld laat iemand nooit met rust en beïnvloedt zijn gedrag.
Consumenten die weinig te besteden hebben, denken voortdurend aan hoe ze moeten
rondkomen. Uit onderzoek van Mullainathan en Shafir (2013) blijkt dat het gevoel van
schaarste, zoals gebrek aan geld, een groot deel van het denkvermogen inneemt. Dit geeft
naast allerlei materiële problemen ook mentale problemen.
De theorie: de gevolgen van gebrek aan geld
Verklaring gedrag arme mensen
Van oudsher zijn er 2 perspectieven die het gedrag van mensen met een klein budget
proberen te verklaren:
1. Armen zijn, net als andere mensen in de maatschappij, individuen die op een
rationele manier hun doelen nastreven. Deze gedachte komt voort uit de
rationelekeuzetheorie: een persoon baseert zijn keuze op rationeel en bewust
denken. Deze theorie maakt geen onderscheid tussen mensen met veel of weinig
geld. Arme mensen zouden zich niet anders moeten gedragen dan rijke(re) mensen.
2. ‘De cultuur van armoede’ is een andere – omstreden – theorie die veronderstelt dat
individuen met een laag inkomen een ander waardesysteem hebben dan mensen
met een hoger inkomen. Volgens deze theorie zijn arme mensen pathologisch
onbekwaam om weloverwogen keuzes te maken.
Shah, Mullainathan en Shafir (2012) stellen een derde, vernieuwende theorie over armoede
voor. Het geldgebrek zorgt ervoor dat mensen andere keuzes maken. Volgens deze theorie
zijn arme mensen dus niet arm omdat ze onbekwaam zijn (persoonskenmerk) en daarom
dommere beslissingen nemen, maar het gebrek aan geld (de omgeving) zorgt ervoor dat ze
andere keuzes maken.
Beperkte mentale capaciteit
Volgens Mullainathan en Shafir (2013) neemt armoede zodanig bezit van iemands denken,
dat hij minder ruimte over heeft om aan andere dingen te denken. De mentale capaciteit
van mensen is namelijk beperkt. Bandbreedte = Als een deel van de cognitieve capaciteit in
beslag wordt genomen, waardoor er dus minder capaciteit over is voor andere dingen.
Het gebrek aan geld Iaat mensen die rond moeten komen van een klein budget nooit met
rust. Schaarste eist de aandacht onvrijwillig en onbewust op, waardoor mensen die een
gebrek aan geld ervaren zich minder goed kunnen concentreren op andere dingen. Een deel
van de bandbreedte van mensen met gebrek aan geld, wordt dus constant in beslag
genomen door wat ze niet hebben: geld.