LVB en delinquentie
Verklaringen oververtegenwoordiging LVB’ers in strafrechtketen:
- Differential detection hypothesis = voor een persoon met lage IQ is de kans
groter om opgepakt te worden door de politie
- LVB’ers vertonen eerder niet sociaal wenselijk gedrag
- LVB’ers zijn gemakkelijker te beïnvloeden en hebben een beperkt inzicht in
oorzaak en gevolg
- LVB’ers hebben en onvermogen om regels na te leven
Risicofactoren bij jongeren met LVB:
- Slechte schoolresultaten
- Delinquente vrienden
- Depressieve stemmingen
- Middelenmisbruik
- Gescheiden ouders
- Stress in het gezin
- Slechte relatie met moeder
- Fysieke straffen
- Ongunstige woonsituatie
Meer problemen op het gebied van cognitieve vaardigheden, sociale
vaardigheden en relaties.
Vaak meerdere risicofactoren tegelijkertijd
Kindfactoren:
- Schoolproblematiek en schooluitval
- Minder sterke sociale vaardigheden
- Minder beschermende factoren
- Moeite met plannen en organiseren van taken
Gezinsfactoren:
- Ouders minder voldoening uit interactie met kind en kind voldoet minder aan
verwachtingen
- Ouders verminderd competentiegevoel, slechte partnerrelatie
- Ouders meer negatieve levensgebeurtenissen
Omgevingsfactoren:
- SES en slechte buurt
- LVB wordt niet herkend door omgeving
Sekse en delinquentie
Soorten delicten en geslacht:
- Vermogensdelicten: 26% is meisje en 74% jongen
- Mishandeling: 23% is meisje en 77% is jongen
- Winkeldiefstal: 50% meisje en 50% jongen
Risicofactoren die bij meisjes groter zijn dan bij jongens:
- Weinig ondersteuning moeder
- Slechte moeder-kindrelatie
- Negatieve levenservaringen
- Depressieve klachten en suïcidaal gedrag
- Neurocognitieve factoren (laag IQ, leesproblemen etc.)
- Agressie
Factoren die wel voor meisjes maar niet voor jongens van belang zijn, worden ook
wel gendersensitieve factoren genoemd.
, Opvoeding, gehechtheid en delinquentie
Belangrijkste opvoeddimensies:
- Ondersteuning = positieve en negatieve gedragingen die gericht zijn op het
kind
- Controle = begrenzen en bijsturen van het gedrag van het kind
Opvoedstijlen:
- Autoritair = weinig ondersteuning, veel controle
- Autoritatief = veel steun en controle
- Permissief = veel steun, weinig controle veel gedragsproblemen
- Verwaarlozing = weinig steun en controle
Theorie van Gottfredson & Hirschi = ouderlijke controle kan zelfcontrole onder
jongeren vergroten, wat kans op delinquent gedrag verkleint
Coercion theorie van Patterson = Ouders leren kinderen agressief en antisociaal
gedrag aan door dit gedrag in het dagelijks leven te belonen of te bekrachtigen
doordat zij bij negatief gedrag het kind zijn of haar zin geven.
Veilige gehechtheid is een beschermende factor voor delinquentie, want jongeren
hechten meer waarde aan het oordeel en verwachtingen van de ouders.
Samenhang opvoeding & delinquentie:
- Verwaarlozing
- Vijandigheid
- Afwijzing
- Monitoring
- Ouderlijke kennis over wat het kind doet en waar het is
- Openheid van het kind hierover
Kindermishandeling en verwaarlozing
Soorten mishandeling:
- Actieve mishandeling = schade wordt actief toegebracht aan een kind door
bijvoorbeeld fysieke mishandeling, emotionele mishandeling en seksueel
misbruik.
- Passieve mishandeling = schade wordt passief toegebracht door
bijvoorbeeld emotionele of medische verwaarlozing.
Theorieën:
- Gehechtheidstheorie = mishandeling wordt veroorzaakt door slechte ouder-
kindrelatie. Een ouder kan veel stress ervaren hierdoor, wat kan leiden tot
mishandeling en/of verwaarlozing
- Psychodynamische verklaringen Freud = verstoorde relatie is oorzaak van
kindermishandeling, maar er is sprake van mentale afwijkende processen bij
de ouder, wat resulteert in een negatieve relatie met het kind.
- Leertheoretisch perspectief Corby = kindermishandeling is aangeleerd gedrag
- Cognitief georiënteerde verklaringen = manier waarop ouders hun kind en
gedrag waarnemen. Als ouders negatieve beeldvorming hebben over hun kind
is dat de oorzaak voor mishandeling.
Sociaalecologisch model van Belsky = ontwikkeling van het kind wordt vormgegeven
door biologische processen, de interactie tussen het kind en zijn of haar omgeving,
en de interactie tussen sociale systemen in de omgeving van het kind.
Transactioneel model van Cicchetti en Rizley = een model waarin zij stellen dat
risicofactoren voor kindermishandeling bestaan uit kenmerken van ouders, het kind
en/of de sociale omgeving van het kind. In dit model is de sociale kindomgeving
minder uitgebreid als in het model van Belsky. Transacties = risicofactoren in een
Verklaringen oververtegenwoordiging LVB’ers in strafrechtketen:
- Differential detection hypothesis = voor een persoon met lage IQ is de kans
groter om opgepakt te worden door de politie
- LVB’ers vertonen eerder niet sociaal wenselijk gedrag
- LVB’ers zijn gemakkelijker te beïnvloeden en hebben een beperkt inzicht in
oorzaak en gevolg
- LVB’ers hebben en onvermogen om regels na te leven
Risicofactoren bij jongeren met LVB:
- Slechte schoolresultaten
- Delinquente vrienden
- Depressieve stemmingen
- Middelenmisbruik
- Gescheiden ouders
- Stress in het gezin
- Slechte relatie met moeder
- Fysieke straffen
- Ongunstige woonsituatie
Meer problemen op het gebied van cognitieve vaardigheden, sociale
vaardigheden en relaties.
Vaak meerdere risicofactoren tegelijkertijd
Kindfactoren:
- Schoolproblematiek en schooluitval
- Minder sterke sociale vaardigheden
- Minder beschermende factoren
- Moeite met plannen en organiseren van taken
Gezinsfactoren:
- Ouders minder voldoening uit interactie met kind en kind voldoet minder aan
verwachtingen
- Ouders verminderd competentiegevoel, slechte partnerrelatie
- Ouders meer negatieve levensgebeurtenissen
Omgevingsfactoren:
- SES en slechte buurt
- LVB wordt niet herkend door omgeving
Sekse en delinquentie
Soorten delicten en geslacht:
- Vermogensdelicten: 26% is meisje en 74% jongen
- Mishandeling: 23% is meisje en 77% is jongen
- Winkeldiefstal: 50% meisje en 50% jongen
Risicofactoren die bij meisjes groter zijn dan bij jongens:
- Weinig ondersteuning moeder
- Slechte moeder-kindrelatie
- Negatieve levenservaringen
- Depressieve klachten en suïcidaal gedrag
- Neurocognitieve factoren (laag IQ, leesproblemen etc.)
- Agressie
Factoren die wel voor meisjes maar niet voor jongens van belang zijn, worden ook
wel gendersensitieve factoren genoemd.
, Opvoeding, gehechtheid en delinquentie
Belangrijkste opvoeddimensies:
- Ondersteuning = positieve en negatieve gedragingen die gericht zijn op het
kind
- Controle = begrenzen en bijsturen van het gedrag van het kind
Opvoedstijlen:
- Autoritair = weinig ondersteuning, veel controle
- Autoritatief = veel steun en controle
- Permissief = veel steun, weinig controle veel gedragsproblemen
- Verwaarlozing = weinig steun en controle
Theorie van Gottfredson & Hirschi = ouderlijke controle kan zelfcontrole onder
jongeren vergroten, wat kans op delinquent gedrag verkleint
Coercion theorie van Patterson = Ouders leren kinderen agressief en antisociaal
gedrag aan door dit gedrag in het dagelijks leven te belonen of te bekrachtigen
doordat zij bij negatief gedrag het kind zijn of haar zin geven.
Veilige gehechtheid is een beschermende factor voor delinquentie, want jongeren
hechten meer waarde aan het oordeel en verwachtingen van de ouders.
Samenhang opvoeding & delinquentie:
- Verwaarlozing
- Vijandigheid
- Afwijzing
- Monitoring
- Ouderlijke kennis over wat het kind doet en waar het is
- Openheid van het kind hierover
Kindermishandeling en verwaarlozing
Soorten mishandeling:
- Actieve mishandeling = schade wordt actief toegebracht aan een kind door
bijvoorbeeld fysieke mishandeling, emotionele mishandeling en seksueel
misbruik.
- Passieve mishandeling = schade wordt passief toegebracht door
bijvoorbeeld emotionele of medische verwaarlozing.
Theorieën:
- Gehechtheidstheorie = mishandeling wordt veroorzaakt door slechte ouder-
kindrelatie. Een ouder kan veel stress ervaren hierdoor, wat kan leiden tot
mishandeling en/of verwaarlozing
- Psychodynamische verklaringen Freud = verstoorde relatie is oorzaak van
kindermishandeling, maar er is sprake van mentale afwijkende processen bij
de ouder, wat resulteert in een negatieve relatie met het kind.
- Leertheoretisch perspectief Corby = kindermishandeling is aangeleerd gedrag
- Cognitief georiënteerde verklaringen = manier waarop ouders hun kind en
gedrag waarnemen. Als ouders negatieve beeldvorming hebben over hun kind
is dat de oorzaak voor mishandeling.
Sociaalecologisch model van Belsky = ontwikkeling van het kind wordt vormgegeven
door biologische processen, de interactie tussen het kind en zijn of haar omgeving,
en de interactie tussen sociale systemen in de omgeving van het kind.
Transactioneel model van Cicchetti en Rizley = een model waarin zij stellen dat
risicofactoren voor kindermishandeling bestaan uit kenmerken van ouders, het kind
en/of de sociale omgeving van het kind. In dit model is de sociale kindomgeving
minder uitgebreid als in het model van Belsky. Transacties = risicofactoren in een