Leerdoelen Psychologie
Student weet wat onder het kennisdomein psychologie wordt verstaan.
Psychologie: de ‘logie’ van de ‘psyche’, ofwel: studie van mentale processen &
gedrag.
Psychologie is een wetenschap waarbij gedrag bestudeerd wordt en waarbij
gedragsevidentie gebruikt wordt om de interne processen te begrijpen die aan dat
gedrag ten grondslag liggen.
Pseudo psychologie: niet-onderbouwede psychologische aannamen die zich als
wetenschappelijke waarheid voordoen.
Student kan onderscheid maken tussen psychologie en psychiatrie.
Student kent de zes belangrijkste perspectieven in de psychologie.
6 perspectieven
Cognitieve perspectief
Behavioristisch perspectief
Whole person, mens-als-geheel perspectief
Ontwikkelingsperspectief
Socio cultureel perspectief
Modern biologisch perspectief
Student kent de verschillen tussen de zes perspectieven in de psychologie.
Cognitieve perspectief
Gericht op mentale processen zoals, leren, geheugen, gedachtes en
percepties
Geest als computerachtige machine
Hoe emotie en motivatie gedachte en perceptie beïnvloeden.
Structuralisme (o.a. Wundt) = vroege stroming binnen de psychologie die stelde dat
door middel van introspectie men de structuur van het bewustzijn kon ontdekken.
Kritiek:
Mensen zien de wereld niet in onderdelen maar als geheel (schaakbord en
schaduwen)
Functies van de mens zijn onderbelicht (functionalisme)
Functionalisme: kent zijn oorsprong in de VS, daar waren psychologen meer
geïnteresseerd in de functies die het bewustzijn heeft, met als belangrijkste vraag:
kan het verbeterd worden?
Introspectie is subjectief (behaviorisme)
Behaviorisme
Gericht op leren, beheersing van gedrag door de omgeving, stimuli en
responsen maar geen mentale processen.
In tegenstelling tot eerder genoemde stromingen was een groep psychologen
niet overtuigd van het belang van het bewustzijn.
, Deze behavioristen vonden dat gedrag voortkomt uit de input die je geeft als
je de omgeving kunt bepalen, kun je het gedrag voorspellen.
Klassiek conditioneren
Operant conditioneren
Belonen en straffen
Kritiek:
Black box(=dat wat ik niet kan zien) voldoet niet.
Cognities moeten worden onderzocht.
Resulteert in modern cognitief perspectief en later ook modern biologisch
perspectief.
Hele mens perspectief/whole person
Maar we kijken bij het cognitief behavioristisch en biologisch perspectief maar naar
kleine stukjes mens. Nooit naar de hele mensen! Wat maakt de mens wie hij is.
Het psychodynamische perspectief richt zich op onbewuste motivatie en
geestelijke stoornissen. Onbewuste conflicten (psychodynamica)
Het humanistische perspectief dat zich toelegt op geestelijke gezondheid en
menselijk potentieel. Potentieel (humanistisch)
Het karaktertrekken en temperament perspectief dat persoonskenmerken en
individuele verschillen benadrukt. Eigenschappen (karaktertrekken)
Sigmund Freud:
Freud constateerde dat ziekten konden voortkomen uit psychische problemen.
Die psychische problemen kwamen voort uit problemen uit de jeugd.
Door middel van psychoanalyse kunnen ziekten verholpen worden.
Ontwikkelingsperspectief
Nature-nurture
Mensen veranderen op voorspelbare wijze naarmate de invloeden van
erfelijkheid en omgeving zich in de loop van de tijd ontplooien.
Veranderingen in psychologisch functioneren tijdens het leven.
Socioculturele perspectief
Sociale invloeden op gedrag en mentale processen.
Hoe individuen functioneren in groepen.
Cultuur en culturele verschillen.
Mens is nooit alleen omgeving, groepen en cultuur
Biologisch perspectief
Richt zich op hersenen (zenuwstelsel)
Hormoonstelsel (endocrien systeem)
Genetica
Fysieke kenmerken
, Willem Wundt: 1879 richt het eerste psychologische laboratorium op (startpunt
moderne psychologie)
Darwin 1809-1882: evolutie theorie, bepaalde dieren hebben zich aangepast aan de
omgeving.
Descartes 1596-1650: mens als machine bestudeerd.
Student kan aangeven hoe deze perspectieven bruikbaar zijn voor het in beeld
brengen van een opvoedingsvraag van een medeopvoeder.
Student weet wat onder het kennisdomein psychologie wordt verstaan.
Psychologie: de ‘logie’ van de ‘psyche’, ofwel: studie van mentale processen &
gedrag.
Psychologie is een wetenschap waarbij gedrag bestudeerd wordt en waarbij
gedragsevidentie gebruikt wordt om de interne processen te begrijpen die aan dat
gedrag ten grondslag liggen.
Pseudo psychologie: niet-onderbouwede psychologische aannamen die zich als
wetenschappelijke waarheid voordoen.
Student kan onderscheid maken tussen psychologie en psychiatrie.
Student kent de zes belangrijkste perspectieven in de psychologie.
6 perspectieven
Cognitieve perspectief
Behavioristisch perspectief
Whole person, mens-als-geheel perspectief
Ontwikkelingsperspectief
Socio cultureel perspectief
Modern biologisch perspectief
Student kent de verschillen tussen de zes perspectieven in de psychologie.
Cognitieve perspectief
Gericht op mentale processen zoals, leren, geheugen, gedachtes en
percepties
Geest als computerachtige machine
Hoe emotie en motivatie gedachte en perceptie beïnvloeden.
Structuralisme (o.a. Wundt) = vroege stroming binnen de psychologie die stelde dat
door middel van introspectie men de structuur van het bewustzijn kon ontdekken.
Kritiek:
Mensen zien de wereld niet in onderdelen maar als geheel (schaakbord en
schaduwen)
Functies van de mens zijn onderbelicht (functionalisme)
Functionalisme: kent zijn oorsprong in de VS, daar waren psychologen meer
geïnteresseerd in de functies die het bewustzijn heeft, met als belangrijkste vraag:
kan het verbeterd worden?
Introspectie is subjectief (behaviorisme)
Behaviorisme
Gericht op leren, beheersing van gedrag door de omgeving, stimuli en
responsen maar geen mentale processen.
In tegenstelling tot eerder genoemde stromingen was een groep psychologen
niet overtuigd van het belang van het bewustzijn.
, Deze behavioristen vonden dat gedrag voortkomt uit de input die je geeft als
je de omgeving kunt bepalen, kun je het gedrag voorspellen.
Klassiek conditioneren
Operant conditioneren
Belonen en straffen
Kritiek:
Black box(=dat wat ik niet kan zien) voldoet niet.
Cognities moeten worden onderzocht.
Resulteert in modern cognitief perspectief en later ook modern biologisch
perspectief.
Hele mens perspectief/whole person
Maar we kijken bij het cognitief behavioristisch en biologisch perspectief maar naar
kleine stukjes mens. Nooit naar de hele mensen! Wat maakt de mens wie hij is.
Het psychodynamische perspectief richt zich op onbewuste motivatie en
geestelijke stoornissen. Onbewuste conflicten (psychodynamica)
Het humanistische perspectief dat zich toelegt op geestelijke gezondheid en
menselijk potentieel. Potentieel (humanistisch)
Het karaktertrekken en temperament perspectief dat persoonskenmerken en
individuele verschillen benadrukt. Eigenschappen (karaktertrekken)
Sigmund Freud:
Freud constateerde dat ziekten konden voortkomen uit psychische problemen.
Die psychische problemen kwamen voort uit problemen uit de jeugd.
Door middel van psychoanalyse kunnen ziekten verholpen worden.
Ontwikkelingsperspectief
Nature-nurture
Mensen veranderen op voorspelbare wijze naarmate de invloeden van
erfelijkheid en omgeving zich in de loop van de tijd ontplooien.
Veranderingen in psychologisch functioneren tijdens het leven.
Socioculturele perspectief
Sociale invloeden op gedrag en mentale processen.
Hoe individuen functioneren in groepen.
Cultuur en culturele verschillen.
Mens is nooit alleen omgeving, groepen en cultuur
Biologisch perspectief
Richt zich op hersenen (zenuwstelsel)
Hormoonstelsel (endocrien systeem)
Genetica
Fysieke kenmerken
, Willem Wundt: 1879 richt het eerste psychologische laboratorium op (startpunt
moderne psychologie)
Darwin 1809-1882: evolutie theorie, bepaalde dieren hebben zich aangepast aan de
omgeving.
Descartes 1596-1650: mens als machine bestudeerd.
Student kan aangeven hoe deze perspectieven bruikbaar zijn voor het in beeld
brengen van een opvoedingsvraag van een medeopvoeder.
