Aangezichtsschedel: geeft vorm en steun (steunfunctie voor de neus, ogen en de mond)
hersenschedel: beschermt de hersenen
De hersenschedel ligt om de hersenen heen en bestaat uit: schedeldak (bovenste deel van de
schedel) en schedelbasis (vormt de bodem van de schedelholte)
Het schedeldak bestaat uit:
• Het voorhoofdsbeen
• 2 wandbeenderen
• Het achterhoofdsbeen
• 2 slaapbeenderen
In de schedelbasis komen de volgende botstukken voor:
Het zeefbeen
Het wiggebeen
het rotsbeen
het onderste gedeelte van het voorhoofdsbeen
het onderste gedeelte van het achterhoofdsbeen
Verschillende beenderen van het hoofd:
Het voorhoofdsbeen:
• Vormt de bovenkant van de oogkassen
Wandbeenderen:
• Liggen aan de weerszijden van de hersenschedel
Achterhoofdsbeen:
• Vormt de achterkant en de onderkant van de schedel
• Samen met de atlas vormt het achterhoofdsbeen een eigewricht
Slaapbeenderen:
Liggen aan weerszijden van de hersenschedel. Het slaapbeen bestaat uit verschillende delen:
• De schelp: daar zit de uitwendige ooropening
• Het tepelvormige uitsteeksel
• Het jukbeenuitsteeksel
• Het rotsbeen: hierin ligt het inwendig gehoororgaan en het evenwichtsorgaan
Het wiggebeen:
• Vormt het grootste deel van de schedelbasis
• Samen met het gedeelte van het voorhoofdsbeen vormt het wiggebeen de achterwanden
van de oogkassen
• Turks zadel: uitholling, waarin de hypofyse (hersenaanhangsel) ligt
, Het zeefbeen:
Vormt het dak van de neusholte
De beenderen van de aangezichtsschedel
De aangezichtsschedel bestaat uit de volgende beenderen:
Het neusbeen:
Is aan de bovenkant verbonden met het voorhoofdsbeen en aan de zijkanten met de bovenkaak
ploegschaarbeen: vorm het neustussenschot. Deelt de neusholte in tweeën
jukbeen:
• vormt ondergrond wang
• onderzijde jukbeen zit het:
slaapbeenuitsteeksel
• jukboog = slaapbeenuitsteeksel + jukbeenuitsteeksel
bovenkaak:
• ligt aan de voorzijde van de aangezichtsschedel
• Is ontstaan uit vergroeiing van twee beenderen
• Grootste botstuk van het aangezichtsschedel
• bevat kaakholten
• Openingen onder de oogkasranden hebben de functie als uittredingsplaats voor bloedvaten
en zenuwen.
Onderkaak:
Wat vormt het kaakgewricht: gewrichtsuitsteeksels, gewrichtskopjes en het slaapbeen
Het tongbeen:
Is een sesambeen, heeft geen directe verbinding met een ander botdeel