Biologie 5.1: Wetenschappelijk en betrouwbaar
Het belang van wetenschappelijk onderzoek
Wetenschappelijk onderzoek begint altijd met waarneming → observatie. Nieuwe biologische kennis
vindt toepassing in landbouw, veeteelt, klimaatonderzoek en gezondheidszorg. Wanneer blijkt dat een
onderzoeker valse of onbetrouwbare resultaten heeft gemeld, ontstaat er veel ophef.
Schrijven over wetenschappelijk
Wetenschapper publiceren hun werk in wetenschappelijke tijdschriften vol met vakjargon.
Deze informatie wordt ‘vertaald’ door populairwetenschappelijke tijdschriften en Wikipedia naar
leesbare artikelen → bevat verwijzingen naar oorspronkelijke bronnen.
Controle van wetenschappelijk onderzoek
Bij het systeem van collegiale toetsing bekijken deskundigen voorafgaand aan een publicatie de
gevolgde methode, de manier waarop meetgegevens zijn weergegeven en de manier waarop
resultaten verwerkt zijn. Ook kijken ze kritisch naar de conclusies.
Controle = collegiale toetsing en herhaling van het onderzoek.
Kwaliteit van wetenschappelijk onderzoek
Goed wetenschappelijk onderzoek is kwalitatief: het is haalbaar en volgt een systematische aanpak:
1. De onderzoeksvraag: een heldere, eenduidige vraag over een waargenomen verschijnsel.
2. De hypothese: een voorlopig antwoord op de onderzoeksvraag → argumenten.
3. Materiaal en methode: een nauwkeurige beschrijving van het experiment.
4. Resultaten en verwerking: de overzichtelijk vastgelegde waarnemingen en meetgegevens van het
experiment → tabellen, diagrammen, foto’s, films en tekeningen.
5. Conclusie: het antwoord op de onderzoeksvraag.
6. Discussie: een bevestiging of verwerping van de hypothese + uitleg en verklaring van de resultaten,
verbeterpunten en vragen voor een vervolgonderzoek.
Wettelijke en ethische grenzen beperken een onderzoek.
Biologie 5.2: Natuurwetenschappelijke experimenten
Controle-experiment
Met een controle-experiment of blanco controleer je of de variabele die je onderzoekt de oorzaak is
voor het resultaat of dat er een andere factor in het spel is → belangrijk.
Variabelen
Met controle-experimenten is het belangrijk dat er steeds maar één factor tegelijk verschilt.
De afhankelijke variabele is wat de onderzoeker meet of waarneemt als gevolg van wat hij varieert.
De onafhankelijke variabele is wat de onderzoeker zelf varieert.
Het is belangrijk dat duidelijk wordt benoemd wat de afhankelijke en onafhankelijke variabele is.
Experimenteren volgens de regels
Bij experimenteel onderzoek varieert de onderzoeker zelf de variabele.
Alle andere manier van onderzoek zijn niet-experimenteel of beschrijvend → observering.
Onderzoeksverslag
Door je onderzoek vast te leggen in een degelijk verslag, is het experiment herhaalbaar, controleerbaar
en bruikbaar voor andere onderzoeken.
Het belang van wetenschappelijk onderzoek
Wetenschappelijk onderzoek begint altijd met waarneming → observatie. Nieuwe biologische kennis
vindt toepassing in landbouw, veeteelt, klimaatonderzoek en gezondheidszorg. Wanneer blijkt dat een
onderzoeker valse of onbetrouwbare resultaten heeft gemeld, ontstaat er veel ophef.
Schrijven over wetenschappelijk
Wetenschapper publiceren hun werk in wetenschappelijke tijdschriften vol met vakjargon.
Deze informatie wordt ‘vertaald’ door populairwetenschappelijke tijdschriften en Wikipedia naar
leesbare artikelen → bevat verwijzingen naar oorspronkelijke bronnen.
Controle van wetenschappelijk onderzoek
Bij het systeem van collegiale toetsing bekijken deskundigen voorafgaand aan een publicatie de
gevolgde methode, de manier waarop meetgegevens zijn weergegeven en de manier waarop
resultaten verwerkt zijn. Ook kijken ze kritisch naar de conclusies.
Controle = collegiale toetsing en herhaling van het onderzoek.
Kwaliteit van wetenschappelijk onderzoek
Goed wetenschappelijk onderzoek is kwalitatief: het is haalbaar en volgt een systematische aanpak:
1. De onderzoeksvraag: een heldere, eenduidige vraag over een waargenomen verschijnsel.
2. De hypothese: een voorlopig antwoord op de onderzoeksvraag → argumenten.
3. Materiaal en methode: een nauwkeurige beschrijving van het experiment.
4. Resultaten en verwerking: de overzichtelijk vastgelegde waarnemingen en meetgegevens van het
experiment → tabellen, diagrammen, foto’s, films en tekeningen.
5. Conclusie: het antwoord op de onderzoeksvraag.
6. Discussie: een bevestiging of verwerping van de hypothese + uitleg en verklaring van de resultaten,
verbeterpunten en vragen voor een vervolgonderzoek.
Wettelijke en ethische grenzen beperken een onderzoek.
Biologie 5.2: Natuurwetenschappelijke experimenten
Controle-experiment
Met een controle-experiment of blanco controleer je of de variabele die je onderzoekt de oorzaak is
voor het resultaat of dat er een andere factor in het spel is → belangrijk.
Variabelen
Met controle-experimenten is het belangrijk dat er steeds maar één factor tegelijk verschilt.
De afhankelijke variabele is wat de onderzoeker meet of waarneemt als gevolg van wat hij varieert.
De onafhankelijke variabele is wat de onderzoeker zelf varieert.
Het is belangrijk dat duidelijk wordt benoemd wat de afhankelijke en onafhankelijke variabele is.
Experimenteren volgens de regels
Bij experimenteel onderzoek varieert de onderzoeker zelf de variabele.
Alle andere manier van onderzoek zijn niet-experimenteel of beschrijvend → observering.
Onderzoeksverslag
Door je onderzoek vast te leggen in een degelijk verslag, is het experiment herhaalbaar, controleerbaar
en bruikbaar voor andere onderzoeken.