Samenvatting Recht: een introductie. Inleiding Recht 1e jaar SJD

H1 – Recht algemeen

Privaatrecht: civiel recht of burgerlijk recht. Je staat als burger tegenover een andere burger
(natuurlijke personen en rechtspersonen).
Publiekrecht: rechtsbetrekkingen tussen burger en de overheid.

Vormen van recht
- Materieel recht: regels waarin her recht personen bepaalde gedragingen voorschrijft
of verbiedt.
- Formeel recht: hulprecht, is van toepassing als jouw recht is geschonden of je jouw
verplichting niet nakomt.
- Objectief recht: het geheel van rechtsregels die in Nederland gelden.
- Subjectief recht: juridische bevoegdheden die een persoon kan hebben op basis van
het objectieve recht. Aanspraak maken op objectief recht.
- Aanvullend recht: vult afspraken van partijen aan als zij op een bepaald onderdeel
zelf niets hebben geregeld.  contractsvrijheid in het privaatrecht  volgens de
regels gedragen mag, is niet verplicht.
- Dwingend recht: verplichte regels.

Rechtsbronnen
- De wet: wetten in formele zin gemaakt door de staatsorganen  Staten-Generaal +
regering, provincie, gemeente.
- De jurisprudentie: (vaste) rechtspraak, rechtsbron wanneer het probleem niet in de
wet te vinden is.
- Het gewoonterecht: vloeien voort uit het echte leven en gewoontes, overtreden
hiervan heeft strafbare gevolgen.
o Nadelen: rechtsonzekerheid en rechtsongelijkheid.
- Het verdrag: overeenkomsten tussen staten, staten/internationale organisaties (EU),
Raad van Europa en VN.

Totstandkoming wetten
Taken van de Staat:
- Wetten maken
- Besturen
- Rechtspraak

H2 – Verbintenissenrecht

Onrechtmatige daad art. 6:162 J 6:163 BW
- Causaal verband tussen onrechtmatige daad en schade
- (Im)materiële schade
- Toerekenbaarheid
- relativiteitsvereiste
Rechtmatige daden:
- Onverschuldigde betaling art. 6:203 BW
- Ongerechtvaardigde verrijking art. 6:212 BW
- Zaakwaarneming art. 6:198 BW

, Rechtshandeling: vereist een op rechtsgevolg gerichte wil die zich door een verklaring heeft
geopenbaard.
- Nietig indien;
o Wilsontbreken 3:33 J 3:34 BW
 Wil en verklaring komen niet overeen
 Verklaring onder invloed van geestelijke stoornis
o Strijd met openbare orde of goede zeden 3:40 BW
o Strijd met de wet 3:40 BW
o Niet in de voorgeschreven vorm 3:37 BW
- Vernietigbaar indien;
o Wilsgebreken 3:44 J 6:228 BW
 Dwaling
 Bedrog
 Bedreiging
 Misbruik van omstandigheden
o Handelingsonbekwaamheid 3:32 BW
 Minderjarig
 Onder curatele gesteld

Wat als verbintenissen niet of gebrekkig worden nagekomen?
- Schadevergoeding eisen
- Eigen prestatie opschorten
- Overeenkomst ontbinden
- Nakoming vorderen

Schadevergoeding bij wanprestatie 6:74 BW
Tekortkoming in de nakoming  causaal verband  schade
Toerekening  blijvende onmogelijkheid van nakoming of verzuim.

Een overeenkomst is altijd een verbintenis, maar een verbintenis is niet altijd een
overeenkomst:
- Overeenkomst is tussen twee of meerdere partijen, met rechtshandeling
- Verbintenis kan ontstaan door een onrechtmatige daad, zonder rechtshandeling

H10 – Huurrecht

Vereisten huurovereenkomst
- In gebruik verstrekken van een zaak door verhuurder
- Het leveren van een tegenprestatie door huurder

Plichten huurovereenkomst
Verhuurder:
- Ter beschikking stellen en laten van het gehuurde
- Goede staat van onderhouden houden en gebreken verhelpen
Huurder:
- Tegenprestatie voldoen