H1 Introductie
Psychiatrie is de studie van het psychisch lijden, een psychiater is een medische arts. Zijn rol is
het stellen van een diagnose, voorschrijven van medicatie en behandelen van de aandoening.
Vragen die steeds terugkomen zijn:
A) hoe vaak komt de stoornis voor? = prevalentie
B) wat zijn de kenmerken? = symptomen
C) hoe is het ontstaan? = oorzaak
D) hoe wordt het behandeld? = behandeling
E) wat is de prognose? = prognose
F) valt het te voorkomen? = preventie
Psychopathologie = deelgebied van de psychiatrie en klinische psychologie dat zich bezig houdt
met diverse vormen van afwijkende emoties, gedachten en gedrag, de oorzaken daarvan en
behandelmethoden.
Prevalentie van psychische stoornissen (% van de gehele bevolking):
ooit in het leven: gemiddeld 45%,
in het afgelopen jaar: 20-25%,
contact met GGZ: 15%
Criteria voor afwijkend gedrag/een stoornis:
1) Het gedrag/ziektebeeld moet abnormaal zijn (sterk anders van gemiddeld)
2) Het ziektebeeld moet last veroorzaken (ofwel voor persoon zelf of voor omgeving)
->> Vanuit het boek:
1) Uitzonderlijk
2) Sociaal afwijkend
3) Foute perceptie of interpretatie van de realiteit
4) Aanzienlijk emotioneel lijden van de persoon
5) Ongepast of contraproductief gedrag
6) Gevaar
Rol van cultuur: Psychiatrie houdt zich bezig met afwijkend gedrag; dit verschilt per cultuur.
Sommige culturen hebben andere gedragsregels waardoor de definitie van afwijkend eigenlijk
per cultuur verschilt. Het voorkomen van stoornissen verschilt soms per cultuur en ook de
behandeling van stoornissen.
Historische visies op afwijkend gedrag:
Hippocrates (2500 jr. geleden): grondlegger van studie medicijnen, opvatting: ziekte van
lichaam en geest is het gevolg van natuurlijke oorzaken (evenwicht in lichaamssappen =
humores).
Arabische psychiatrie: vooruitstrevend voor hun tijd (middeleeuwen)! Besteedden veel
aandacht aan behandelingen, theorieën en diagnostiek. Hadden een mensgerichte
benadering van geesteszieken, waarschijnlijk door voorschriften uit de Koran.
, Middeleeuwen: doctrine van bezetenheid, geloof in het bovennatuurlijke neemt weer toe.
Onderdeel van de lessen van de katholieke kerk. Afwijkend gedrag is een teken van de
duivel met exorcisme/uitdrijvingen en heksenvervolging als behandeling.
Rond 1600: bouw van gekkenhuizen, ver buiten de bewoonde wereld. Erbarmelijke
omstandigheden, publiek kon tegen betaling komen kijken.
Vanaf 1800 hervormingen! Pussin en Pinel (Franse artsen), mensen die afwijkend gedrag
vertonen zijn gewoon zien en hebben recht op een menselijke bejegening -> morele
therapie.
Anti-psychiatrische beweging: jaren ’70, deze beweging gaat ervan uit dat psychische
stoornissen überhaupt niet bestaan, maar een gevolg zijn van de maatschappij. Heeft
invloed gehad op de grootschalige verminderen van psychiatrische ziekenhuizen en
opkomst ambulante behandelingen.
Huidige trends: van verzorgingsstaat naar participatiesamenleving, nadruk op eigen
kracht en empowerment, inzet van ervaringsdeskundigen en zelfhulpgroepen.
Herstelbenadering en veel aandacht voor taboes en de-stigmatisering.
Ethische principes psychologisch onderzoek: informed consent (vrijheid om al dan niet deel te
nemen aan onderzoek) en vertrouwelijkheid (anonimiteit bij deelname aan onderzoek).
H2 Visies op afwijkend gedrag en
behandelmethoden
Grote verschillen/stromingen in de psychiatrie.
Belangrijkste:
1) biologische (hersen) verklaringen
2) psychoanalyse
3) gedragsmatig
4) cognitief
5) cliëntgericht
Overkoepelend model
Het diathese stress model; ieder mens wordt geboren met een zekere aanleg voor bepaalde
stoornissen. Of deze stoornissen tot uiting komen is afhankelijk van omgevingsfactoren zoals
stress, verlies, rouw.
Biologisch perspectief
Sinds de jaren ’80 weer gegroeid door verschillende oorzaken: ontdekking van succesvolle
medicijnen voor psychische aandoeningen, het hersenonderzoek kwam op, de derde editie van
de DSM kwam uit en er zijn sterk verbeterde technieken om hersenfuncties en lichamelijke
processen te meten in wetenschappelijk onderzoek.
Adequate lichamelijke en hersenprocessen zijn een voorwaarde voor ons functioneren.
Biologische processen worden beïnvloed door psychologische en sociale processen en
omgekeerd.
Concordantie = mate waarin stoornissen binnen 1 familie voorkomen.
Zenuwstelsel
Het zenuwstelsel bestaat uit twee belangrijke onderdelen:
- Centrale zenuwstelsel: hersenen en ruggenmerg
- Perifere zenuwstelsel: zenuwen