Agogische methoden
Les 1
Hs 1
Social casework= methode, proces op microniveau, Hoe op een procesmatige wijze samen met
hulpvragers/ cliënten/ hun context aan de slag gaan met het oog op het bereiken van een gewenst
situatie of een sociale verandering binnen de huidige of concrete situatie(s).
Welke organisaties?
CAW, JAC, OCMW, leerlingenbegeleiding, CGGZ, CLB…
HS 2
2.1. De internationale definitie als beginpunt
Fundamentele vraag: wie of wat moet worden veranderd; het individu, het netwerk en de omgeving
of de maatschappelijke structuren?
2.2. Een gewijzigde maatschappelijke context
- begin 20ste eeuw: economische crisis armoede
- sociaal werk bestond uit liefdadigheidswerk door vrijwilligers
- Amerika: Mary Richmond (grondlegger sociaal werk)
- Vrijwilligers werden omgeschoold naar professionals
2 uitgangspunten:
- Professional had steeds een persoonlijk contact met de hulpvrager.
- De persoon diende steeds in de context van de omgeving te worden gezien: “person in
environment”.
,2.3. Waarden in sociaal werk: vroeger en nu
2.4. Waarden in het sociaal werk
Betekenis van Empowerment:
- Definitie: “Een proces van versterking waarbij individuen, organisaties en gemeenschappen
greep krijgen op de eigen situatie en hun omgeving en dit via het verwerven van controle, het
aanscherpen van kritisch bewustzijn en het stimuleren van participatie”.
- Empowermentparadigma: autonomie in verbondenheid.
- De mens staat centraal niet de pathologie.
- Relatie met de cliënt staat centraal.
- Is niet gelijk aan de DIY visie!
, Hoofdstuk 3: Hoe verloopt het proces (niet) in Social casework?
3.1. Inleidende begrippen
Social Casework =
- Oudste methode
- Gericht op problematische situaties waarin ---personen, gezinnen en groepen zich bevinden
te beïnvloeden
- Op een procesmatige wijze
- Vanuit een bepaalde plaats of organisatie
- Door het gebruik van hulpbronnen uit de micro, meso- en macro-omgeving
- Waarbij de relatie een essentiële rol speelt
Methode of methodiek?
- METHODE = een systematiek van werken, doelgericht en procesmatig. Visie en waarden!!!
- METHODIEK = de leer van dergelijke methode, methodiek is de grote visie, veel ruimer,
waarin een methode staat
- Manier van werken (de methode) is niet te vatten vanuit één theorie.
We werken op een eclectische-integratieve manier:
(Eclectische opstelling: de keuze wordt bepaald door de organisatie zelf of door de problematiek of
de eigenheid van de doelgroep of de cliënt, of vanuit de persoonlijke competentie van de
hulpverlener)
- Deze keuze wordt gemaakt door de organisatie zelf of
- Vanuit de persoonlijke competentie van de hulpverlener
- Altijd in DIALOOG met de client en diens omgeving
- Waarbij uitgangspunt is = it works?
Het begrip “eclectisch-integratief”
Eclectisch ?
- Willekeur.
- Op systematische wijze integreren van elementen uit diverse theorieën en
(praktijk)ervaring.
Integratief?
De uiteindelijke aanpak is een integratie van diverse referentiekaders, werkwijzen, settings,
strategieën en technieken.
Hoe?
Bepaald door de organisatie, door de doelgroep, de cliënt, of vanuit de persoonlijke competenties
van de hulpverlener.
Les 1
Hs 1
Social casework= methode, proces op microniveau, Hoe op een procesmatige wijze samen met
hulpvragers/ cliënten/ hun context aan de slag gaan met het oog op het bereiken van een gewenst
situatie of een sociale verandering binnen de huidige of concrete situatie(s).
Welke organisaties?
CAW, JAC, OCMW, leerlingenbegeleiding, CGGZ, CLB…
HS 2
2.1. De internationale definitie als beginpunt
Fundamentele vraag: wie of wat moet worden veranderd; het individu, het netwerk en de omgeving
of de maatschappelijke structuren?
2.2. Een gewijzigde maatschappelijke context
- begin 20ste eeuw: economische crisis armoede
- sociaal werk bestond uit liefdadigheidswerk door vrijwilligers
- Amerika: Mary Richmond (grondlegger sociaal werk)
- Vrijwilligers werden omgeschoold naar professionals
2 uitgangspunten:
- Professional had steeds een persoonlijk contact met de hulpvrager.
- De persoon diende steeds in de context van de omgeving te worden gezien: “person in
environment”.
,2.3. Waarden in sociaal werk: vroeger en nu
2.4. Waarden in het sociaal werk
Betekenis van Empowerment:
- Definitie: “Een proces van versterking waarbij individuen, organisaties en gemeenschappen
greep krijgen op de eigen situatie en hun omgeving en dit via het verwerven van controle, het
aanscherpen van kritisch bewustzijn en het stimuleren van participatie”.
- Empowermentparadigma: autonomie in verbondenheid.
- De mens staat centraal niet de pathologie.
- Relatie met de cliënt staat centraal.
- Is niet gelijk aan de DIY visie!
, Hoofdstuk 3: Hoe verloopt het proces (niet) in Social casework?
3.1. Inleidende begrippen
Social Casework =
- Oudste methode
- Gericht op problematische situaties waarin ---personen, gezinnen en groepen zich bevinden
te beïnvloeden
- Op een procesmatige wijze
- Vanuit een bepaalde plaats of organisatie
- Door het gebruik van hulpbronnen uit de micro, meso- en macro-omgeving
- Waarbij de relatie een essentiële rol speelt
Methode of methodiek?
- METHODE = een systematiek van werken, doelgericht en procesmatig. Visie en waarden!!!
- METHODIEK = de leer van dergelijke methode, methodiek is de grote visie, veel ruimer,
waarin een methode staat
- Manier van werken (de methode) is niet te vatten vanuit één theorie.
We werken op een eclectische-integratieve manier:
(Eclectische opstelling: de keuze wordt bepaald door de organisatie zelf of door de problematiek of
de eigenheid van de doelgroep of de cliënt, of vanuit de persoonlijke competentie van de
hulpverlener)
- Deze keuze wordt gemaakt door de organisatie zelf of
- Vanuit de persoonlijke competentie van de hulpverlener
- Altijd in DIALOOG met de client en diens omgeving
- Waarbij uitgangspunt is = it works?
Het begrip “eclectisch-integratief”
Eclectisch ?
- Willekeur.
- Op systematische wijze integreren van elementen uit diverse theorieën en
(praktijk)ervaring.
Integratief?
De uiteindelijke aanpak is een integratie van diverse referentiekaders, werkwijzen, settings,
strategieën en technieken.
Hoe?
Bepaald door de organisatie, door de doelgroep, de cliënt, of vanuit de persoonlijke competenties
van de hulpverlener.