100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Abma samenvatting hoofdstuk 5 t/m 10

Rating
3.0
(3)
Sold
3
Pages
27
Uploaded on
25-10-2017
Written in
2017/2018

Uitgebreide samenvatting van de belangrijkste stof uit hoofdstuk 5 t/m 10 uit Abma.

Institution
Course










Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Connected book

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Summarized whole book?
No
Which chapters are summarized?
H5, h6, h7, h8, h9 en h10
Uploaded on
October 25, 2017
Number of pages
27
Written in
2017/2018
Type
Summary

Subjects

Content preview

ODG Abma


Hoofstuk 5: sociale interventies

In de sociale wetenschappen zijn natuurwetenschappelijke en geesteswetenschappelijke
tendensen te vinden. Door het prestige van de natuurwetenschappen, zou men verwachten
dat de positivistische methodologie allang de overhand zouden hebben. Dit is alleen nog niet
gebeurd. Er is blijkbaar een factor waardoor er ook aandacht moet worden geschonken aan
menselijk en maatschappelijk functioneren dat minder makkelijk meetbaar is; de
interpreterende, geesteswetenschappelijke methodiek is dus ook belang in de sociale
wetenschappen. Dit komt doordat de sociale wetenschappen een maatschappelijke rol
hebben.

Interventies
 Interventie of interveniëren betekent letterlijk: (het) tussen beide komen of ingrijpen.
 Sociale interventies zijn erop gericht het handelen en het gedrag van mensen te
beïnvloeden.
 De sociale wetenschappers hebben een belangrijke functie ingenomen als het gaat
om het analyseren van persoonlijke en maatschappelijke problemen en het vinden
van oplossingen. Zij leveren de legitimatie voor allerlei soorten interventies in allerlei
leefsituaties die door verschillende partijen als problematisch worden beschouwd.
 Een ingenieur is de prototype interventiedeskundige. Zij hebben de kennis van
natuurwetenschappelijke mechanismen en kunnen op basis daarvan concrete
analyses maken en vanuit daar berekenen hoe sterk iets moet zijn.
 Die aanpak komen we ook tegen in de sociale wetenschappen (social engeneering).
Hieronder wordt een technische, ingenieurachtige aanpak verstaan, ondanks dat het
in de sociale wetenschappen niet draait om het bouwen of construeren in de
materiële zin van het woord. Er wordt veelal gebruikt gemaakt van statistische
methodes, met bijvoorbeeld tests en experimenten. Sociale wetenschappen hebben
als doel: het inzichtelijker en daarmee hanteerbaarder maken van maatschappelijke
kwesties en dan met name snelle sociale veranderingen.
 Dit doen ze door het aanbieden van interpretatiekaders. Interpretaties zijn altijd
handelingsimplicaties, dit houdt in dat de interpretatie van een probleem dominant
wordt en effect gaat hebben op het handelen.

Interventielogica
 Bij een interventie zijn in beginsel vier partijen betrokken: maatschappelijke
autoriteiten,onderzoekers, interventiespecialisten en de objecten (individuen,
gezinnen, groepen of maatschappelijke categorieën.
 Interventielogica bestaat in essentie uit de vier elementen van object, oorzaken, doel
en middelen.
o Het object van de interventielogica is een ongewenst verschijnsel waar één of
meerdere individuen tegen aan lopen (een probleem). Om een
probleemobject te zijn, is het noodzakelijk dat een theoretisch beeld van het
probleem wordt geschetst.
o Om een probleem effectief op te lossen, is het belangrijk dit bij de
wortels/oorzaak te doen. Van sociaal wetenschappers wordt verwacht dat zij
de essentiële mechanismen achter het probleem bekend maken.
o Het derde element van de doel focust zich op de ideaalsituatie (doel) na de
interventie.
o Om dit te bewerkstelligen, is het ook belangrijk om naar de middelen te kijken.
 Terwijl de interventiedoelen meestal vanuit de politiek en het beleid worden
geformuleerd – al dan niet gesouffleerd door sociaal wetenschappers – is het
ontwerpen van de interventiemiddelen over het algemeen de taak van
sociaalwetenschappelijk opgeleide professionals.

, ODG Abma



Rivaliserende interventielogica’s
 De afgelopen eeuw heeft een proces van professionalisering plaatsgevonden,
waardoor sociaal wetenschappers als deskundigen zijn geaccepteerd op allerlei
maatschappelijke terreinen. De keerzijde daarvan is dat er een permanente
diskwalificatie heeft plaatsgevonden van allerlei (oudere) vormen van kennis en
bemoeienis.
 Terwijl de sociale wetenschappen zich verder ontwikkelden, ontstonden er steeds
meer rivaliserende groepen. De strijd tussen de interventielogica's in de praktijk
kunnen op twee manieren worden weergegeven (verschuiving van
praktijkparadigma’s).
o Ten eerste het triomfalistisch standpunt: dit is een strijd tussen oude
denkbeelden en nieuwe denkbeelden.
o Ten tweede het constructivistisch standpunt: hierbij is sprake van een
wisselend waarheidsregime zonder dat er groei is van kennis. Er is geen
‘absolute’ waarheid, alleen de strijd om waarheid, om de meest
gezaghebbende interpretatie. Feiten bestaan dus niet los van interpretaties.

Rationele ficties
 Interventieperspectieven lossen elkaar af zonder dat er van vooruitgang sprake is,
dus het lijkt alsof het constructivistische standpunt de geschiedenis aan zijn zijde
heeft.
 Dit blijkt niet waar te zijn, stelt Van Wel. Interventieperspectieven hebben met hun vier
bouwstenen een rationele structuur, die wordt ingevuld met redenaties die de
betrokkenen als ‘waar’ beschouwen. Echter, deze redenaties zijn bedacht door
sociaal wetenschappers. Er is dus sprake van een imaginaire component, de fictie.
 Rationele ficties = iets dat is verzonnen op een rationele wijze.
 Er zit een langzame vooruitgang in bij de opeenvolging van interventieperspectieven.
De vooruitgang is niet zomaar afhankelijk van de kennis van psychische
mechanismen, want ook welvaart en opleidingsniveau spelen een rol. Bovendien is
niet ieder willekeurig perspectief bruikbaar: het moet passen bij de ‘rationaliteit’ van
de betreffende tijd en cultuur. En dan is er ook nog de praktijk zelf, als proof of the
pudding: sommige interventies blijken echt effectiever te zijn dan andere. Kennis die
is overgehouden aan voorgaande successen en mislukkingen houdt de
wetenschappers kritisch over hun interventies.

Het belang van expertise
 Philip Spinhoven pleit ervoor dat interventies pas toegepast moeten worden als
wetenschappelijk is aangetoond dat ze werken.
o Idolen (van de klinisch psycholoog) = het binnendringen van dagelijkse
praktische begrippen en uitgangspunten in de wetenschapsbeoefening.
o Psychotherapeuten leiden volgens hem aan een conformatiebias = de neiging
om de eigen ervaringen met een beperkte groep patiënten te gebruiken als
bevestiging voor de effectiviteit van hun interventies.
 Evidence-based practice (EBP) = werkwijze waarin ‘toevallige behandelpreferenties’
van professionals zoveel mogelijk worden uitgeschakeld. Het is een variant op
evidence-based medicine (EBM) = geneeskundig handelen dat, waar het kan, alleen
bestaat uit procedures die bewezen effectief zijn. Daarbij wordt onderscheid gemaakt
naar verschillende niveaus van bewijskracht.
 Randomised controlled trials (RCT’s) = onderzoeken met willekeurige toewijzing van
patiënten in een experimentele conditie en controlegroep.
 De verhouding tussen wetenschap en praktijk wordt hier impliciet als
eenrichtingsverkeer opgevat. Wetenschap geldt namelijk als de basis voor het

, ODG Abma


rationeel maatschappelijk handelen en de patiënt is hier het doorgeefluik van. De
praktijk blijft echter een black box, want hoe de nieuwe kennis wordt ontvangen en
getransformeerd blijft buiten beeld. Op deze manier is de wisselwerking tussen
wetenschap en praktijk slecht zichtbaar.
 Om die reden stellen psychotherapeuten zich op als ervaringsdeskundigen; zij willen
hun praktijkkennis gebruiken om interventies toe te passen. Hier botsen de
interventieperspectieven.
 Praktijk is meer dan toegepaste wetenschap: in de wijze waarop een praktisch
probleem wordt opgelost, zijn wetenschappelijke elementen ingebouwd.

Practice-based evidence
 Kritiek op EBP in psychische en sociale interventies luidt: de gebruikte
onderzoeksmethode (RTC) past niet bij het object van onderzoek. EBP veronderstelt
namelijk dat oorzaak-gevolgrelaties eenduidig zijn vast te stellen. Dit gebeurt meestal
via gecontroleerde (experimentele) procedures, maar de hulpverleningspraktijk leent
zich daar niet voor; er zijn allerlei storende variabelen. Bovendien wordt niet
onderzocht waardoor het werkt, alleen maar óf het werkt. Ook is de effectiviteit van
een interventie bijna altijd minder dan wanneer de interventie onder ideale
omstandigheden wordt uitgevoerd. Daarom is het verstandig om naast de evidence-
based (wetenschappelijke kennis) ook een praktijkgerichte kennis te gebruiken. Dit is
practiced-based evidence.
 De oplossing zou zijn dat er een samenvoeging komt van wetenschappelijke kennis
en praktijkgerichte kennis. De vraag waar men dan zou moeten uitgaan, is hoe
mensen een beslissing nemen in complexe situaties. In dit geval zijn er
praktijkwerkers én experts nodig.

Expert worden
 Volgens filosoof Hubert Dreyfus word je geen expert door protocollen te volgen. Hij
heeft een model met vijf fasen ontwikkeld, over hoe je een expert kunt worden. Deze
fasen van vaardighedenverwerking vormen de vijf niveaus van expertise.
o Fase 1: hier leert men vooral de regels die horen bij niet-ambigue kenmerken
van een situatie; die regels zijn als het ware contextvrij. De beginneling
(novice) moet vooral opletten of zij de aangeleerde regels volgt.
o Fase 2: de gevorderde beginner heeft in deze fase al meer geleerd van het
werken in levensechte situaties. Ervaring is in deze fase belangrijker dan
expliciete verbale beschrijvingen.
o Fase 3: in deze fase handelt de competente actor met een bepaald doel en
voelt hij zichzelf verantwoordelijk voor zijn handelingen.

- Persoon laat regelgeleid denken als basis voor zijn handelen los en door interpretatie of
oordeelvorming komt de focus te liggen op patroonherkenning –

o Fase 4: de persoon is nu in staat om intuïtief te reageren op patronen, zonder
ze uiteen te halen (bedreven, proficient).
o Fase 5: in deze fase is de persoon één geworden met de situatie waar een
oplossing voor moet worden gevonden (virtuoos). Hier vindt ook reflectie
plaats, niet in de vorm van calculerende probleemoplossing, maar door het
kritisch nadenken over de eigen intuïties en het al dan niet valideren van de
beslissing.

Uit de tussenstap tussen 3 en 4 volgen twee dingen. ten eerste vereisen succesvolle
interventies ervaringskennis, dat wil zeggen: situationele kennis. De tweede gevolgtrekking is
dat het handelen van experts berust op sociale patroonherkenning die onmiddellijk handelen
mogelijk maakt.
$4.19
Get access to the full document:
Purchased by 3 students

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached

Reviews from verified buyers

Showing all 3 reviews
8 year ago

8 year ago

8 year ago

3.0

3 reviews

5
0
4
1
3
1
2
1
1
0
Trustworthy reviews on Stuvia

All reviews are made by real Stuvia users after verified purchases.

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
aswwatkunjeermee Universiteit Utrecht
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
229
Member since
9 year
Number of followers
180
Documents
204
Last sold
10 months ago

3.5

125 reviews

5
11
4
61
3
40
2
9
1
4

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions